Jeroen Hetzler.

Lang verwacht luid geklaagd, nooit gedacht toch gekregen.

Een bijdrage van Jeroen Hetzler.

Het huidige in versnelde stroming gebrachte klimaatbeleid door Minister Wiebes en de voorstellen van het VNO-NCW om massaal van het gas af te koppelen, laten vraagtekens achter. Dit na de nodige sommetjes die hierover gemaakt kunnen worden. Deze sommetjes hebben tot doel een indruk te geven van de orde van grootte van de kosten en effecten van die maatregelen en zijn beredeneerde schattingen. De conclusie luidt dat het vigerende beleid Nederland berooft van de belangrijkste bodemschatten, namelijk aard- en schaliegas, en de Nederlandse burger opscheept met astronomische kosten als verspilling door de inferieure energiebronnen zon, wind en biomassa die gelijk het toen verwelkomde Paard van Troje de ondergang van onze maatschappij zullen vormen.

Energie is immers de achilleshiel van elke beschaving: zonder energie geen leven. De inferieure energiebronnen, zon, wind en biomassa, kunnen onze moderne maatschappij niet in stand houden. Simpele natuurkunde bevestigt dit met als centraal begrip vermogensdichtheid. Nu dan als voorbeeld, wat moeten die van-het-gas-af-plannen kosten? De burger/belastingbetaler wordt door de Rijksoverheid zoals gebruikelijk in het ongewisse gelaten over de kosten. Nu dan, we hebben allereerst de € 72 miljard voor 10,5 GW windvermogen, althans volgens de Algemene Rekenkamervoor de windplannen van het Energieakkoord van 2013. Zie hier. Andere bronnen komen op € 100 miljard, een getal dat inmiddels vaker wordt gehanteerd ook door Weekblad Elsevier. Zie de berekening hier. Tevens kan men in bijlage 6 zien dat de bijdrage aan duurzaamheid 3% bedraagt.

Een extra € 44 miljard berust op het additioneel benodigd opgestelde elektrische vermogen vanwege de voorgestelde overstap door huishoudens van gas naar warmtepomp. Zie voor details hier. Er zou aldus 6,5 GW extra vermogen moeten worden opgesteld. Dus: 6,5/10,5 x €72 miljard = € 44 miljard.

Voorts moet de volledige infrastructuur van woningen worden aangepast aan afkoppeling, netverzwaring, ombouw, verwijdering en vervanging apparatuur. Kosten € 50.000/huishouden x 7,7 miljoen huishoudens = € 385 miljard. De Kamer hanteert € 60.000/hh. Zie hier. (sommige bronnen hanteren € 40.00/hh; andere tot € 70.000/hh). Ik laat nog de astronomische kosten van de verzwaring van de gehele landelijke elektrische infrastructuur als extra hoogspanningsleidingen, bekabeling etc. buiten beschouwing. Voorts kost een warmtepomp ca. €10.000 x 7,7 miljoen hh = afgerond € 80 miljard.

Het totaalbedrag wordt € 580 miljard conservatief en coulant gerekend. Wil een warmtepomp overigens goed kunnen werken, dan moet het huis goed geïsoleerd zijn. Kosten tenminste € 6.000. Dubbel glas kost tenminste € 2.500. Je komt al snel aan € 10.000/woning. In 2012 was ca.70% van de woningen voldoende geïsoleerd. Zie hier. Dus nog te isoleren: 7,7 hh x 30% x € 10.000 = € 23 miljard bovenop die €580 miljard = afgerond € 600 miljard.

Bespaard op gas wordt er niet, want gascentrales blijven nodig als achtervang. Bovendien zullen er gascentrales moeten worden bijgebouwd om de bijgeplaatste tenminste 6,5 GW windmolens te kunnen opvangen, en de geplande uitfasering van kolencentrales. In Duitsland worden bruinkoolcentrales bijgebouwd en stijgt de CO2-emissie. De PR-stunt: meer molens en zonnepanelen betekenen minder fossiel energiegebruik, en dus CO2-emissie, is dan ook onzin. Gas voor verwarming bovendien lever je aan een huishouden die het dan verbrandt. Een elektrisch gedreven warmtepomp is onvermijdelijk een stap ertussen met extra rendementsverlies. Deze extra stap kan dus nooit een voordeel bieden boven rechtstreekse verbranding van gas. Windmolens, zonnepanelen en biomassa kunnen dit niet opvangen.

Een wel zinnig alternatief is kernenergie. Helaas echter, net zoals nu met de gasrekening gebeurt, werden in Europa de kosten kunstmatig ad absurdum opgedreven vanwege onrealistische veiligheidsmaatregelen. Thoriumcentrales blijven een ondergeschoven kindje. In Azië denkt men realistischer en zijn de kosten van een kerncentrale aanmerkelijk lager en de kansen voor thorium veel hoger.

Wat draagt de illusoire ‘uitfasering’ van huishoudelijk gas uiteindelijk bij aan de klimaatdoelen? Zoals de berekening van bovengenoemde 3% voor windmolens, zo kan die ook voor gas worden berekend. Deze is 735/3155 PJ = 23% van alle energie. Zie onderaan dit stroomdiagram. Het verbruik door huishoudens is 51%. Zie hier:

Het grootste deel van het aardgas wordt in Nederland verbruikt in de gebouwde omgeving (voornamelijk kleinverbruik); zo’n 51%. De industrie in Nederland verbruikt momenteel rond de 32%, waarvan de variatie grotendeels te verklaren is door de economische conjunctuur. Het gasverbruik in elektriciteitscentrales is in 2013 15%

Derhalve 23 x 51% = 11,7%. Totaal: wind 3% + extra uit 6,5 GW 1,8% + gas 11,7% = 16,5%. Deze toch al geringe bijdrage wordt door toegenomen, duurder, importgas op kosten van de huishoudens, teniet gedaan. Opslag is immers wensdenken.

Deze geringe winst en de hoge kosten zijn niet verwonderlijk. Immers, windenergie is qua vermogensdichtheid inferieur t.o.v. fossiele, laat staan kernenergie. Deze natuurkundige wet kan niet omzeild worden door demonisering van de twee laatstgenoemde energiebronnen. Bovendien zijn wind- en zonenergie stochastisch weersafhankelijk en hebben om hierdoor een praktische leveringszekerheid van 0%. Gas- en kerncentrales hebben een leveringszekerheid van 98% en een technische levensduur van tenminste 40 jaar tegenover 15 en 25 jaar voor resp. windmolens en zonnepanelen. Het is dus al met al onlogisch om te denken dat onze moderne maatschappij het welvaartsniveau zou kunnen handhaven met behulp van uitsluitend energiebronnen als zon, wind en biomassa.

Conclusies

Duurzaam geachte energiebronnen zijn onbetaalbaar, kunnen door hun natuurkundige inferioriteit nooit aan de eisen van onze moderne maatschappij voldoen, dragen dientengevolge niet bij aan de, inmiddels weerlegde onderbouwing van, wat thans als klimaatdoelen worden nagestreefd en betekenen door de huidige plannen de teloorgang van de Nederlandse welvaartsmaatschappij.

Het is aan de Rijksoverheid en vooral de lokale overheden om een realistisch beleid te voeren. Het zou toe te juichen zijn als deze overheden zich zouden losmaken van wensdenken, partijideologie en demonisering. De burger/belastingbetaler zou er heel erg bij gebaat zijn. Ik blijf optimist tot in de kist.