Ik volg sinds enige tijd de column van Joris Luyendijk in het magazine van NRC Handelsblad. Zijn columns staan gratis op het de website van NRC. Wie is Joris Luyendijk ook al weer? Hij werd bekend door het presenteren van het programma Zomergasten en ook wel door zijn boek Het zijn net mensen. Luyendijk zelf zegt over dat boek:

Het zijn net mensen gaat over mijn tijd als correspondent Midden-Oosten, tussen 1998 en 2003. Ik probeer te laten zien dat nieuwsmedia maar een minuscuul deel van de werkelijkheid kunnen laten zien. Dit minuscule deel is zwaar gefilterd, vervormd, gemanipuleerd en partijdig, maar het wordt door kijkers, lezers en luisteraars thuis aangezien voor de objectieve werkelijkheid. Nieuwsmedia laten hun publiek ook in die waan want eerlijk zeggen hoe weinig je weet, hoe weinig je daarvan kunt laten zien en dan ook nog uitleggen waarom objectiviteit een fictie is… Uitzonderingen daargelaten krijgen ze het niet over hun lippen of in hun pagina’s.

In dit boek was hij bijzonder kritisch en relativerend over journalisten en de journalistiek. In zijn NRC column houdt Luyendijk zich niet met de islam bezig maar met duurzaamheid. De intro bij zijn column luidt:

Joris Luyendijk wil journalistiek bedrijven met andere middelen, met als casus: verslaggeving over invoering van de elektrische auto in Nederland.

Elektrische auto
Na tientallen gesprekken met de markt is Luyendijks conclusie dat het nog hoogst onzeker is dat de elektrische auto het in de toekomst gaat maken. Los van de invoering van de elektrische auto vindt hij dat Nederland duurzamer moet worden. Daarbij verwijst hij ook geregeld naar ‘de klimaatcrisis’.

Ik raakte geïnteresseerd in hem toen in een uitzending van Zomergasten in 2007 de gast Hany Abu-Assad een fragment van de BBC-documentaire The Power of Nightmares liet zien. Deze zeer interessante documentaire probeert duidelijk te maken dat regeringen Nightmares (de Koude Oorlog, moslimterrorisme) bewust overdrijven om daarmee aan de macht te blijven. Ik zag onmiddellijk de parallel met de klimaatcrisis waar overheden ook angsten aanwakkeren om vervolgens zichzelf een rol toe te eigenen bij het ‘oplossen’ van dit probleem. Maar wat schetste mijn verbazing, vlak na het fragment noemde Luyendijk de opwarming van de aarde juist wel een zeer concreet probleem (of iets in die trant).

Dat fascineerde me en het fascineert me nog steeds. Als hij zich net zo kritisch opstelt in het klimaatdebat als in de tijd dat hij in het Midden-Oosten zat, dan zou hij toch op zijn minst moeten inzien dat er nog vele haken en ogen zitten aan de bewijsvoering? Gisteren was in zijn column opnieuw te lezen dat Luyendijk nog weinig af weet van het klimaatdebat. Desalniettemin heeft hij niets op met sceptische geluiden. Hij vergelijkt de fouten in het IPCC-rapport met het verkeerd spellen van de naam van een patiënt die longkanker heeft:

Stel je hebt net gehoord dat je longkanker hebt, en dan ontdek je dat in de  diagnose je naam verkeerd staat gespeld. Heb je dan opeens geen kanker meer? Ontbied je dan de arts om  stampvoetend te verklaren dat je ‘geen  enkele fout meer accepteert’? Om daarna opgelucht een sigaret te roken?
Er staan fouten in het klimaatrapport van het IPCC. Als ik het goed begrijp, staan die fouten in het speculatieve gedeelte over de mogelijke impact van klimaatverandering op economie en samenleving, en dus niet in het stuk over klimaatverandering zelf. Toch  schrijven serieuze media en columnisten nu: joepie, er is niets bewezen.

Ernstig zieke aarde?
De vergelijking doet vermoeden dat hij vindt dat de aarde ‘ernstig ziek’ is en de fouten in het IPCC-rapport zijn van dien aard dat hooguit ‘planeet’ gespeld was als ‘planet’.Veel lezers hier zullen een andere mening toegedaan zijn. Ja, de meeste gevonden fouten staan in WG2 van het IPCC-rapport en dat deel is speculatiever dan WG1. De ernst van de fouten zit echter vooral in de eenzijdigheid. Alle fouten gaan een kant op, ze maken het klimaatprobleem ernstiger dan zij is, zoals Simon Rozendaal hier ook uitlegt.

Het wordt nog erger voor Luyendijk:

Het zijn beangstigende tijden. Ik  sprak laatst een hoofdredacteur aan op de vrije baan die hij klimaatcomplotdenkers gaf. Stel dat jouw columnist gelooft dat de Mossad achter 11 september zit, noem je dan zo iemand een  ‘9/11 scepticus’? De hoofdredacteur  lachte: ‘Ik wil gewoon bladen verkopen, als ik de baas word van het Nederlands Dagblad dan ga ik christelijke taal uitslaan.’
Op zo’n moment word ik gewoon misselijk. Hier heb je dus iemand die  het verhaal de wereld instuurt dat klimatologen voor eigen gewin ons een klimaatcrisis aanpraten, terwijl hij zelf die klimaatcrisis ontkent om puur commerciële redenen. Beangstigend  idee dat zo’n hoofdredacteur best een psychopaat kan zijn, iemand die zelf empathische vermogens mist en intens geniet van het terroriseren van anderen.

Trouw?
Ik ben nu toch wel oprecht benieuwd welke hoofdredacteur Luyendijk hier bedoelt, want zo gemakkelijk krijgen klimaatsceptici geen podium in Nederland, zeker niet in de ‘kwaliteitskranten’ (Wellicht is het Trouw, waar Hans Labohm geregeld een opiniestuk publiceert). Maar los daarvan, de man die in het Midden-Oosten zag hoe ongelooflijk moeilijk het voor journalisten is om ook maar een minuscuul deel van de werkelijkheid te laten zien, brengt het eveneens eindeloos complexe klimaatdebat terug tot de clichés van klimatologen vs klimaatcomplotdenkers en links/rechts denken:

Rechts is tegen klimaatbeleid, want de opwarming is  niet bewezen.

Joris, de media en de politiek spelen een rolletje in het klimaatdebat, maar het gaat uiteindelijk om wat er in de wetenschap gebeurt. In dat verband is het aardig te vermelden dat twee uitgesproken Nederlandse klimaatsceptici, en wetenschappers met een solide staat van dienst, Henk Tennekes en Bas van Geel, beiden hartstikke links zijn.

Luyendijk ziet een en al ellende:

Wat een ramp. Of klimaatverandering blijkt toch een misvatting – dan is de wetenschap een afschuwelijke klap  toegebracht, en kun je wachten op de  volgende aanslag, bijvoorbeeld op de  evolutieleer (ook zoiets: de klimaatcomplotdenkers zijn heel vaak dezelfde mensen die geen enkele twijfel aan Darwin accepteren). Of klimaatverandering blijkt reëel, en dan hebben we  essentiële tijd verknoeid met moddergooien. Je zit in een trein die waarschijnlijk keihard op een afgrond afraast, en de discussie gaat over de kleur van de trein.

Tenminste houdt hij rekening met dat klimaatverandering een misvatting kan zijn, maar dan nog moeten we in zijn ogen iets doen, want de trein raast waarschijnlijk op de afgrond af. Dit is de overbekende ‘vluchtroute’ van het voorzorgprincipe waar discussies zo vaak op uitdraaien. Jaap Hanekamp liet deze week hier nog zien waarom die redenering mank gaat.

Hoewel ik het op vele punten niet eens ben met zijn column blijf ik hem volgen. Gewoon om te zien waar zijn zoektocht hem heen zal brengen. Vroeg of laat denk ik dat hij zal inzien dat over de klimaatcrisis een nieuwe The Power of Nightmares gemaakt zal worden.