Wanneer de Noordpool moet blijven zoals hij nu is, mag niets veranderen. Met deze waarheid als een koe mag de lezer van het IPCC-rapport zich tevreden stellen. Maar waarom zouden we?
Daarom nu op climategate alweer aflevering 5 in het IPCC-foutenfestival uit hoofdstuk 4 werkgroep 2, waarin Nederland bijdragen levert via hoofdauteur Rik Leemans.

Een volgend blog behandelt de overdrijving van soortenachteruitgang in Arctische gebieden. Deze bijdrage gaat in op de claim dat bij huidige koude condities de biodiversiteit hoog is. Het aanhalen van deze quote lijkt een beetje mieren***ken.
Maar de manier waarop deze quote in de tekst staat op bladzijde 230 van hoofdstuk 4 werkgroep 2, wekt de suggestie dat veel op het spel staat in de arctische natuur dankzij opwarming. Hoeveel waarheid zit hier in?

The Arctic significantly contributes to global biodiversity (Chapin et al., 2005a; Usher et al., 2005).

Campagnesite Hier.nu. komt uiteraard met de onvermijdelijke ijsbeer en verdwijnende ecosystemen, verwijzend naar het IPCC. Het fotootje is aan deze site ontleend.

Als er één harde natuurwet is, dan is het deze: de soortenrijkdom, de biodiversiteit neemt exponentieel af van de evenaar naar de Noordpool. Het leven draait namelijk op (zonne)energie, en daarvan hebben arctische gebieden een structureel tekort. Al is watertekort in arctische streken een goede tweede levensbeperkende factor. Dus vragen wij ons af: hoeveel gezelschap kan de ijsbeer in deze barre streken verliezen?

Statistisch significant
Veel slechter dan nu kan het niet worden. Standaardwerk ‘The Arctic Wildlife’van Bryan Sage uit 1987 geeft 48 zoogdiersoorten, maar velen daarvan als de wolf zijn niet uniek. Echt arctische zoogdieren zijn op twee handen te tellen. Op Groenland leven 9 soorten, waaronder lemmingen, enkele sneeuwhaasvarianten, de muskusos, de ijsbeer en nog enkele zeehonden.

    • ‘It can be seen that out of a world total of about 4,000 species,

the variety of terrestrial mammals in the Arctic is low

    and consists of slightly modified shrews, hares, rodents, wolves, foxes, bears and deer’

Er zijn wereldwijd 4260 zoogdiersoorten, wat de mondiale bijdrage van arctische soorten zet op 1,1 procent, en wanneer je arctic-only rekent (9 soorten) kom je op 0,2 procent. De IPCC-auteurs bedoelden waarschijnlijk statistisch significant. Maar we nemen hun hartenkreet serieus.

Het IPCC-citaat is overigens ook niet te vinden in Usher et al, één van de auteurs van het grijze ACIA-rapport: de Arctic Climate Impact Assessment. Dit is een advocacy-science rapport (de nuttige gegevens zitten verpakt in campagnetaal) gesponsord door onder andere het Wereldnatuurfonds.

Spitsbergen
De beste inventarisatie van arctische soortenrijkdom is volgens Usher et al gedaan op Spitsbergen. IN totaal werden hier 5000 soorten geteld, vooral korstmossen en schimmels (1217) en algen (1059). Er werden 9 zoogdieren aangetroffen, en 78 vogelsoorten.

Van die vogelsoorten komt ruim de helft ook buiten arctische gebieden voor. Er zijn wereldwijd ongeveer 9000 vogelsoorten, en in totaal zijn ongeveer anderhalf miljoen soorten door de wetenschap beschreven.
IN een gunstig geval biedt een gematigd arctisch gebied (want de Golfstroom verwarmt de westkant van Spitsbergen) dus een bijdrage van ongeveer 1/3de procent aan ’s werelds kruipende en vliegende gedierte.

Een andere inventarisatie in Usher et al geeft het volgende

    • The Arctic has around 1735 species of vascular

 

    • plants, 600 bryophytes, 2000 lichens, 2500 fungi,

 

    • 75 mammals, 240 birds, 3300 insects dominated by the

 

    • Diptera (two-winged flies), 300 spiders, 5 earthworms,

 

    • 70 enchytraeid worms, and 500 nematodes.

This species
diversity represents a small but variable percentage of
the world’s species,

Het aantal vogels is overigens gebaseerd op de vogels die er ooit zijn gesignaleerd. Het Arctic Wildlife Refuge in Alaska geeft bijvoorbeeld 207 gesignaleerde soorten.

Dramatische opwarming
Voor biodiversiteit kun je dus beter thuisblijven. Wel kennen de polen explosies in biomassa, dus gewicht in levend materiaal. Die explosies vinden plaats tijdens een dramatische periode van opwarming die we de zomer noemen. Even in de 24-uurs zomerdagen ziet het leven haar kans, om zich in de lange koude donkere maanden dan weer te verschuilen, of te vertrekken.

Vooral de arctische wateren zijn in de zomer rijk bedeeld in biomassa, verschillende kreeftachtigen en plankton waarop vinvissen hun trek afstemmen (de rest van het jaar verblijven ze rond Hawaii). Maar dat is het dan wel ongeveer.

Meer warmte: meer soorten
Bij opwarming vestigen zich méér nieuwe soorten in het gebied. De taiga (naaldwoud) kruipt omhoog, en de toendravegetatie kan zich noordwaarts uitbreiden waar nu poolwoestijn ligt.Maar.. De IPCC auteurs van werkgroep 2 hoofdstuk 4 stellen:

In contrast, northern range expansions of more southern species are expected, e.g., moose and red fox (Callaghan et al., 2005). Some colonisers might ultimately need to be considered ‘invasive’ species

Voor de neutrale lezer lijkt dit citaat onschuldig, maar natuurbeschermers weten hier beter. Invasive species is niet minder dan een ecologenscheldwoord. Een dier kan bij veel natuurbeschermers weinig grotere zonden begaan, dan de historische beschrijvingen overtreden in de veldgids. Exoot heet hij dan (‘niet van hier’), een succesvol exoot heet al gauw een plaagdier wat rijmt er op exoot? De echte puristen noemen nieuwkomers ‘faunavervalsing’. Je kunt natuurlijk ook de veldgids aanpassen in plaats van de situatie in het veld.

De natuur in het Poolgebied moet van het IPCC dus bevriezen in een vermeende ideaaltoestand, verandering is altijd achteruitgang. Het is dit jaar het jaar Internationaal Jaar van de Biodiversiteit. Laten we volgend jaar weer een nieuw Darwinjaar organiseren.

Huiswerk
Het probleem van biodiversiteit aan de polen is voorlopig niet de mogelijke gevolgen van eventuele opwarming in de toekomst. Wist u bijvoorbeeld dat er koraalriffen groeiden in de kille Barentszee? En dat deze het slechtst bestudeerd zijn van alle riffen? Het ACIA-rapport wordt op vele plekken geciteerd, maar dat zegt misschien meer over het gebrek aan betere neutrale literatuur.

De meeste biologen (waaronder onze eerder aangehaalde vriend Hoegh Guldberg) doen veel liever onderzoek in tropische oorden, wat ook maakt dat de arctische biodiversiteit slecht is gekarteerd. Dus de IPCC-(en ACIA) auteurs leveren uitzonderlijk knap werk, door een klimaatimpact te voorspellen op onbekende populatiegroottes.

Van Blz 540 van het ACIA-rapport pluk ik een kers, die de auteurs van het Vijfde IPCC-rapport als huiswerkopdracht mogen meenemen

What should be done now before the anticipated
changes occur? First, it is important to document the
current state of the Arctic’s biodiversity. Local inventories
of biodiversity have generally not been carried out,
although the inventory for Svalbard is a striking exception,

Er is meer te doen, dan met modellen schatten wat mogelijk kan gebeuren bij een eventuele opwarming in een verre toekomst bij een nog onbekend aantal dierpopulaties in een mogelijk emissiescenario, waarop eventuele vegetatieveranderingen volgen die een mogelijke impact hebben op een nu al lage biodiversiteit. Misschien dan.