Dé ‘ecologische crisis’ waarin de wereld zou verkeren is geen feit maar een mening. Vooral verkondigd door sociologen, parapsychologen, linkse kraakjongeren met meer hormonen dan humor en types als Herman Wijffels. Medemensen die niet hebben geleerd te weten waarover ze praten, maar die daar in hun carrière geen hinder van ondervinden.

Dé oplossing
Hun standpunt houdt stand wanneer je begrippen en problemen slecht definieert. De beste manier om ‘dé ecologische crisis’ te bestrijden, is dus door definities eens onder de loep te leggen. En dan verdampt ‘dé crisis’ als sneeuw voor de zon.

Al verwacht ik niet dat onze CDA-deeltijdindiaan Herman Wijffels nu zijn mond houdt. Of filosofen als Peter Sloterdijk (filosoof die zijn boek moet verkopen) enz, je verbaast je over de uiteenlopende types die in ‘dé ecologische crisis geloven’en die toch in een duister verleden gestudeerd moeten hebben.

Eerste Hamvraag: Wat is ecologie?
Om te begrijpen wat een ecologische crisis is, moet je weten wat ecologisch is, of ecologie. Ecologie bestudeert de relaties tussen organismen in hun omgeving door de tijd. Leuker kunnen we het wel maken, niet makkelijker. Er zijn oneindig veel continue fluctuerende relaties, en er is oneindig veel tijd. Maar op sommige tijd- en ruimteschalen lijkt er tijdelijk sprake van stabiliteit.

Fictief voorbeeldje: Tel het aantal eenden in uw park in 2010, vergelijk het met 1970, 1980 enz: tsjezus, het zou zomaar kunnen dat er ongeveer evenveel zitten. De omstandigheden voor succesvol eendenleven, kleuters met broodzakjes en broedkorven zijn redelijk constant gebleven.

Maar het hoeft niet. De enige norm is dat er geen norm is. Al zal uw smurf misschien crisis huilen als hij met zijn brood komt aanrennen en er zijn geen eendjes meer.

Conclusie: zelfs ‘ecologie’is vaag
De ecologie is ‘van nature’ sinds haar conceptie (naam Oikologie/ kennis van natuurlijk huishouden’= bedacht door Ernst Haeckel in 1864)een vage, merendeels beschrijvende wetenschap. Volgens de ecologische stamvader Charles Elton was ecologie dan ook niet meer dan een wetenschappelijke ‘rebranding’ van ‘natural history’.

Die bestudering van ‘natuurlijke historie’ via rariteitenkabinetten uit de tijd voor Darwin (kijk bijvoorbeeld in het Sieboldhuis in Leiden) was vooral populair onderwerp van studie bij geleerde elite, die op ontdekkingsreis ging.

 Ook serieuze Ecologie worstelt tot de dag van vandaag met een heldere definitie van zichzelf. Wat niet betekent dat je geen zinvol onderzoek kan doen: de Princeton Guide to Ecology laat zien dat je veel kennis kunt opdoen over de levende wereld en haar onderlinge relaties.

Dus wat is ‘ecologisch’ dan eigenlijk?
Als ecologie al moeilijk genoeg is, wat is ‘ecologisch’ dan? Een ecologisch wetenschapper, is iemand die ecologie als professie heeft. Verder is de aanduiding even onzinnig als ‘ingenieurisch’, of ‘brandweerisch’. 

Het gebruik van de term ging ontsporen in de tijd toen babyboomers nog jong waren. Ecologisch ging voor alles staan dat ‘antikapitalisties’ was, macrobioties etc. Je kreeg ‘ecofilosofen’, ‘ecofeministen’, ecowasmiddelen. Leuke hobbies en politiek tijdverdrijf. Maar met wetenschappelijke ecologie had het geen enkel verband.

Dus in wat voor staat moet ‘ecologisch’ verkeren om in crisis te zijn?
De combinatie ‘ecologisch’ en ‘crisis is vooral in the eye of the beholder, een kwestie van schaal, tijd en liefhebberij.

De temporele factor en ruimtelijke factor
..zijn beide van belang bij ecologie, en bij de probleemstelling die je formuleert. Verdwijnt de orca in Noord Noorwegen in de periode 1990 tot 2005 (voor de meeste ecologen al een ‘lange’ studieperiode), neemt de hoeveelheid coccolithoforen in de Barentszee af in de 20ste eeuw, neemt het aantal bacteriofagen in mijn petrischaaltje toe tussen 15:00 uur en 15:15, zodat E-coli uitsterft?

Ecologische relaties kun je tot op microbenniveau bestuderen, maar ook op grote schaal van een oceaan. (bijvoorbeeld de relatie tussen de trek van walvissen naar de equator en planktonbloei in Arctische wateren). Een schaal van 10 tot de min 9de tot 10 tot de 7de meter. Is alles binnen die 10 tot de 15de macht nu in crisis, wanneer we spreken over een ‘ecologische crisis’?

Samengevat:
,,waarover hebben we het nu in godesnaam bij deze ‘crisis’? Gaat ‘de ecologische crisis’ over de overleving van mensen? Volgens mij niet. Zonder bontgebefte blauwpieper, paarsgelikte brilkever of vunzige vinvis slaap ik geen nacht minder, produceren we geen graankorrel minder, wordt geen mens minder geboren.

En de mensen die hun mond vol hebben over ‘ecologische crisis’, converseren vooral over planten en dieren om hun punt te maken.
Volgens deze babyboomer-hobbyclubs als ‘Optimum Population Trust’ van Paul Ehrlich in Beverley Hills en andere stedelijke eliteoorden moet die mensheid dan zo onvruchtbaar worden, dat je gerust over een holocaust mag spreken.

Je moet ambitie tonen als ecoactivist, denk ik dan. Mijn persoonlijke MENING, die ik niet direct hard kan maken, is dat eco-activisme en iedere vorm van slecht gedefinieerde wereldverbeterarij voortkomt uit onvrede met jezelf en het menselijke bestaan. Ik zeg er alleen direct bij dat ik dat niet kan bewijzen.