Vandaag verdwenen alle oesterbanken weer uit de wereld in onze massamedia, zodat we ons zilte blubbermaal wel kunnen schudden. De bron was een wereldwijd geplaatst persbericht, van de studie van Michael Beck van de Nature Conservancy. Hij stuurde even zijn paper in Bioscience op. Die kun je hier downloaden.

Oesterbanken in Waddenzee weg?
Beck heeft ook de Waddenzee in zijn studie meegenomen. Hij stelt:

When sources indicated that it was difficult to find reefs, or that no reefs remained in bays where annual catch records were high (usually > 10,000 metric tons) but historical observations indicated that reefs had once been extensive, we estimated that more than 99% of the habitat was lost, and classified the condition as functionally extinct (Jackson 2001). Such was the case, for example, in the Wadden Sea.

Toch is er een levende oestervisserij op het Wad

Wil je weten hoe dat kan lees dan verder!

Het gaat om de vangst op de Japanse Oester. Die verovert, na ontsnapping uit Zeeland zelf het Wad en verdwijnt nu onder het merk Waddengoud in de pan. Dat is een andere soort dan de ‘oorspronkelijke’ platte oester Ostrea odealis, die na de strenge winter van 1962/63 verdween. Lees over die verdwijning en herkolonisatie in De Levende Natuur.

De Oester kan namelijk niet tegen kou
Ons land zit aan de noordrand van zijn verspreidingsgebied (al zou hij eerder al doodgaan door opwarming). Daarnaast speelt een oesterziekte, Bonamiasis een rol. Zijn vervanger heeft van die ziekte geen last van en is ‘alive and kicking’. De Zeeuwen noemen de Jap al gewoon Zeeuwse oester. Je kunt uit de verdwijning van de oorspronkelijke oester dus niet beslist negatieve milieucondities afleiden. De meeste chemicalien op het Wad als PCB’s zijn snel in concentratie afgenomen ná 1962.

Het gaat Beck dus om de oorspronkelijke toestand
Daar is hij natuurbeschermer voor. Die is vervangen door een andere toestand, mede door menselijke invloed, en of die toestand de zelfde natuurwaarde heeft is maar de vraag. Vanuit die invalshoek bekeken is er dus niets verkeerd aan deze studie. ’t is ook een prima vent. Nou ja, zo kan ik wel doorgaan. Voor 1170 was er nog geen Waddenzee, en dus geen oesterbanken. Dus al te oorsponkelijk is ook weer niet goed.

Natuurbescherming is van nature een melancholisch bedrijf: het is toch altijd jammer dat niets blijft zoals ’t was. Toch? En in sommige gevallen, zou je best wat beschermde gebieden kunnen uitroepen, zoals de Nature Conservancy wil. Hoe dan ook, ik ga snel eens wat nieuwe Waddenoesters bij Jan de Visjesman halen.