Een in Denemarken en Duitsland bejaagde eend zou hier volgens Imares en milieubeweging bang van worden

Imares heeft bij klussen voor de overheid/milieubeweging een- laat ik het positief formuleren- eigenzinnige opvatting over wetenschap. Zij onderzoekt de Noordzee met de natte vinger. Waar gegevens ontbreken, neemt de fantasie het roer over.

Het voorzorgprincipe werkt bij Natura 2000 als pleister om kennisgebrek te rechtvaardigen
De ‘best beschikbare wetenschap’ voor beleid wordt zo ‘de door beste lobby ondersteunde beweringen’. Het door Arcadis geschreven ‘Concept Beheerplan Waddenzee 2013-2020 zit vol met zulke als feit gepresenteerde beweringen. In dit blog pluk ik één bewering over ‘silhouetwerking’er uit, en toon het magere/afwezige bewijs voor de geldigheid er van. Zie daarvoor dit Imares- bijlagenrapport van december 2011 bij C172/11 bladzijde 12.

Help, een garnalenvisser op 2 kilometer, vluchten kan niet meer
Het afschrikkende silhouet van een naderend vissersschip op het Wad, ‘silhouetwerking’ zou nu een eend verontrusten, en dat is een barriere tegen toekomstige visvergunningen/ een handig schaduwmiddel voor de overheid om beleid door te duwen.

‘Het is niet realistisch dat garnalenvissers zich kunnen houden aan de vergunningsvoorwaarde om grote groepen vogels niet te verstoren. Dat geldt zeker voor de zwarte zee-eend, die op grote afstand al wordt verstoord. De ruimtelijke overlap van de garnalenvisserij met de zwarte zee-eend wordt daarom als groot ingeschat.’

Zwart kruisje zetten met natte vinger: Imares bij Natura 2000
Op basis van deze natte vinger- en niet meer dan dit, deze bewering- krijgt de garnalenvisserij een zwart kruisje toebedeeld. Maar wat zegt internationale literatuur over ‘verstoring’door ‘silhouetwerking’? Gaat het om visserij, of om scheepsbewegingen, ja iedere menselijke activiteit, en waarom?

Enige onderzoek naar silhouetwerking was voor impact bouw Britse windfarms
Onze overheid verhoogt momenteel onze lasten, om bijvoorbeeld 850 miljoen euro subsidie te dumpen in de bouw en exploitatie van het Q10-windmolenindustrieterrein in de Noordzeekustzone. Laten we eens kijken bij Kaiser et al in IBIS 2006, die de invloed van constructie van windfarms op zee-eenden onderzocht.

Farms waar Imares-eendenkenners de loftrompet over afsteken, zolang dat onderzoek (= geld) oplevert van de overheid en windhandelaars.

Hoeveel bewijs is er voor de schadelijkheid van ‘silhouetwerking?

There is little empirical data regarding the effects of disturbance to Common Scoter from boats, but it is known that they are intolerant of approaching vessels and are easily flushed from their feeding/loafing areas (Garthe & Hüppop 2004).

Kaiser’s studie –één van de eerste empirische studies- vindt vermijdingsgedrag bij toenemende scheepsactiviteit, dus bij intensief bevaren routes. Zoals voor het onderhoud van de continue stukgaande offshore windmolens.

    Dus zou mijn vraag zijn: moet iedere coaster die in onze kustzone komt een NB-wetvergunning aanvragen, of krijgt iedere activiteit – dus ook die met minder financieel krachtige lobby- te maken met verscherpte vergunningsvoorwaarden?

Want wat schrijft Kaiser ook?

Common Scoters were observed in lowest numbers or were absent from areas in which anthropogenic disturbance (shipping activity OF ZANDSUPPLETIES?) was relatively intense, even when these areas held a high prey biomass. Commercial fishing activities did not appear to contribute to this disturbance.

Zee-eend is bang dankzij bejaging door Denen en Duitsers
Zoals ik al eerder blogde: De zwarte zee-eend is extra bang voor naderende schepen, mogelijk omdat hij in andere Europese landen zo intensief wordt bejaagd vanaf schepen. Dat is ook wat Kaiser schrijft:

Elsewhere in Europe (buiten de Britse en Nederlandse wateren RZ),Common Scoters are not protected from hunting.Thus, Common Scoter are wary of human activity and man-made structures, boats and vehicles (Garthe &Hüppop 2004), the presence of which may exclude them from using potential feeding, roosting and breeding sites

Bodemberoering????? Not in Britain
Terwijl het Ministerie van ELI/De milieubeweging en dus ook Imares zich ernstig zorgen maakt over mysterieuze ‘bodemberoering’door visserij die zelfs een mysterieuze daling in een vogelstand zou veroorzaken, moeten we bij Kaiser et al vergeefs wachten op het B-woord als hij in zijn grondige studie álle mogelijke invloeden op de aanwezigheid van eenden opsomt.

A number of environmental and anthropogenic factors are likely to affect the distribution of the birds at the sea surface: the distribution and quality of the prey that may vary interannually and through the year; the depth of the water over the seabed that fluctuates tidally; the surface current speed which in Liverpool Bay, will move birds at the water surface at speeds of up to 1–2 m/s at peak tidal flow; the distribution and density of conspecifics; diurnal patterns in feeding behaviour; and the proximity to human activity and structures.

Zandsuppleties, scheepvaart in het algemeen, windparken, enzovoort: kan die arme eend allemaal verontrusten. Alleen in Nederlandse territoriale wateren spannen die zee-eenden ook nog een procedure aan om ‘bodemberoering’ te beeindigen.

Wat stelt Kaiser over ‘verstoring door silhouetwerking van visserij’?
Wel is er dus een correlatie tussen INTENSITEIT van scheepsbewegingen en aanwezigheid van de illustere zee-eend. Imares/De overheid kwantificeert geen intensiteit, maar gaat uit van áánwezigheid, daarbij iedereen ontziend behalve de zwakste groep ten koste van wie je jezelf als groene held kunt profileren: garnalenvissertjes.

Imares en Natura 2000: onbedoelde satire op bureaucratisch natuurbeleid
Veel ecologen zeggen dat de natuurbescherming is ‘geprofessionaliseerd’. Volgens mij is ze enkel gebureaucratiseerd, en ook ecologen die ik bewonder om hun datagedreven productiviteit als Rob Bijlsma beschouwen Natura 2000 als ‘internetvulling’.

Het Imares- rapport laat zich verder lezen als onbedoelde satire op ons gebureaucratiseerde natuurbeleid. Een beleid dat ontstaat wanneer teveel rapportjes uit een Wagenings riool stromen richting een Haagse slibtank, academici die zich met ecologische haarkloverij van werk voorzien met een groene drek aan regulering tot gevolg.

‘We moeten onze superioriteit beter communiceren’
Dit ritueel levert baantjes op. Fundamentele zelfkritiek maakt juist werkeloos. Die blijft bij academici nagenoeg afwezig, en volgens mij bestaat hier een lineair verband. Men stelt alleen ‘we moeten onze superioriteit beter communiceren’, ook Geert de Snoo net weer in Bionieuws over de gevreesde afname van ‘draagvlak’voor natuurbescherming.

Het idee dat men zowel bij Ecologische Hoofdstructuur als Natura 2000 vaak leunt op halfzachte junkscience– en dat iedere boer met gezond verstand en ogen in zijn hoofd daar normale bedenkingen bij kan hebben – maar dan minder academisch geformuleerd- wil er eenvoudig niet in. Iets is toch niet meer waar of beter wanneer het in academische bezweringen verpakt zit?

OK, behalve dan bij Theunis Piersma op zijn Pandabeer-leerstoel en andere rabiate activisten die abstract gebabbel met beschaving verwarren…