Planten laten zich niet zomaar verjagen

Hoe komen wij tot andere conclusies bij Climategate.nl dan mainstream-media? Door zelf na te denken, van METINGEN uit te gaan en bewijs in plaats van autoriteiten. En niet van computer gegenereerde BEWERINGEN a la Chris Thomas bedoeld om politici en journalisten van dagblad Trouw op te winden.

Kijk maar naar het proefschrift van botanicus Wil Tamis, die álle ontwikkelingen van plantensoorten in Nederland voor zijn promotie karteerde. Miljoenen soortgegevens analyseerde hij en hun verspreiding. Wat blijkt?

IN één eeuw veel plantensoorten erbíj dankzij opwarming

Prior to about 1980 there was a demonstrable but small increase in both ‘warmth-loving’ (thermophilic) and ‘cold-loving’ species. The increase in the latter group can be explained by the historic growth in the area and quality of Dutch woodland.

After about 1980 the only trend to be observed is a pronounced increase in thermophilic species, coinciding with a marked rise in temperature during the same period. More specifically, there has been a definite increase in species of drier habitats.

No clearcut effect of increased precipitation on the Dutch flora could be established. As a separate issue, it could be demonstrated that increased urbanisation – and the warmer climate of urban environments – has also been a key factor contributing to the increased abundance of thermophiles.

In the last two decades of the 20th century, climate change was the second most important cause of changes in the Dutch flora, behind urbanisation but before eutrophication. As yet, the effects of climate change are asymmetrical: an increase in thermophiles, but as yet no decline in ‘cold-loving’species, contributing to what is probably only a temporary rise in the total number of species.

Alle klimafabeten lezen hoofdstuk 6 van ‘De Staat van het Klimaat‘, het baanbrekende boek van de onkreukbare Crok waarin ik het biologische deel voor mijn rekening nam. Daarin zet ik de zaag in klimaatbiologische studies, waar plant- en diersoorten ‘naar het noorden vluchten op zoek naar voldoende kou’.

Gewoon omdat dit biologisch onzin is. Ook het Planbureau voor de Leefomgeving verkoopt u onzin, wanneer ze stellen dat afgelopen eeuw 85 procent van de biodiversiteit verdween in NL. Ik had Wil Tamis zijnj proefschrift toen niet, wel andere bewijzen en boerenbiologica om tot die zelfde conclusie te komen. Alarmisme over opwarming tav biodiversiteit is onzin.

Wat valt er nog meer zeggen?
Ik bedoel, als zelfs berendruif en andere arctische soorten hier zelfs na de ijstijd blijven plakken, met 9 graden opwarming: waarom zou een plant zijn biezen pakken bij 1 graad opwarming?
Tamis zijn werk ondersteunt dat weer. Tamis bedrijft wetenschap, klimaatbluffers als Chris Thomas, Brian Huntley, bedrijven politiek. Afgelopen eeuw raakten vooral de soorten op hun retour die van voedselarme bodems houden. Maar er kwamen meer soorten BIJ dan er verdwenen. Je kunt het ook lezen in de SWNM-Biodiversiteitwijzer.

Dus is het eigenlijk heel simpel.
Ik heb meestal gelijk als het over biologische gevolgen van klimaatverandering gaat, gewoon niet op autoriteiten afgaan, maar metingen en boerenbiologica: iedereen kan dat. En lees ‘Ik heb altijd gelijk’van WF Hermans, dan snap je ook de blogtitel. Wel is het natuurlijk zo: de dichtheid van verspreiding van veel soorten nam wel vaak af, maar ook niet beslist als regel. Niets zo weerbaar en flexibel als de plantenwereld, die draait een factor duizend langer mee op aarde dan de mensheid.