De ijskap op het IJsselmeer, deze was zo weggesmolten

We herinneren ons ongetwijfeld het door alle media gepapegaaide persbericht van de Universiteit Utrecht op 29 november, dat Bionieuws deed besluiten te openen met een foto van smeltende ijskappen. UW SCHULD! Utrechts onderzoeker Michiel ten Broeke was 39ste auteur van een studie in Science van Shepherd et al.

Met een mengsel van 19 jaar satellietdata (sommige datareeksen 8 jaar) en modelschattingen deden zij een uitspraak over de hoeveelheid ijs die de Groenlandse ijskap zou verliezen: 142 gigaton per jaar sinds 1992, opgeteld 2700 gigaton (met standaarddeviatie van 930 gigaton). Alle arctische ijskappen (inclusief de Zuidpool dus)bij elkaar zouden zo bijdragen aan dik 1 centimeter zeespiegelstijging sinds 1992.

Professor Michiel van den Broeke, leader of the Utrecht University research group that contributed to the study, says: “This result unambiguously shows that the contribution of both large ice sheets to current sea level rise is significant and accelerating.”

410 jaar data aan 12 procent meer GROEI Groenlandse ijskap: oorverdovend stil
Het was echter oorverdovend stil in Utrecht, toen de zelfde Utrechtse onderzoeker in die zelfde maand 4de auteur was van een studie in het vaktechnisch even prestigieuze Journal of CLimate; op basis van 410 jaar (sinds 1600) data van 86 ijskernen schatten zij de áángroei door sneeuwophoping van de Groenlandse ijskap.

Die áángroei van de ijskap door sneeuw bedroeg gemiddeld 698 gigaton per jaar in de laatste 410 jaar, dus 268.180 gigaton. Dat is in 410 jaar tijd liefst (bierviltjewerk) 106 maal méér accumulatie van sneeuw en dus aangroei van de Groenlandse ijskap, dan het wereldwijd gerapporteerde massaverlies sinds 1992.

12 procent meer groei in 410 jaar
Natuurlijk, de accumulatie van sneeuw op de 3 kilometer dikke Groenlandse gletsjer zegt niets over de smelt van de gletsjer langs de Groenlandse kust, waarop alle aandacht zich nu richt. Je moet van die accumulatie nog de sublimatie aftrekken en de smelt langs de randen: zijn niet genoeg data van.
Maar zoals de onderzoekers wel rapporteren, is die aangroei met sneeuw sinds 1600 met 12 procent versneld. (de aangroei is 124 Gigaton per jaar groter geworden). De groei door sneeuwval van 1840-1996 ligt zelfs 30 procent hoger dan het gemiddelde over 410 jaar, dus 161 gigaton per jaar extra (124 x 1,3).

Dat betekent dus wél:
a. dat extra sneeuwval per jaar tussen 1840 en 1996 gemiddeld per jaar ruwweg 20 gigaton groter was dan het gemiddelde massaverlies per jaar sinds 1992.
b. dat de totale massa-accumulatie door extra sneeuwval sinds 1840 het massaverlies sinds 1992 ruimschoots moet hebben gecompenseerd: netto moet de ijskap zijn gegroeid, ook nadat je dan het massaverlies door sublimatie en smelt langs de randen eerst aftrekt: daarvan zijn nu niet genoeg data voor de afgelopen 410 jaar

Pas dan weet je hoeveel de ijskap van Groenland in 400 jaar tijd is gegroeid. Er zijn dan behoorlijk wat extra jaartjes ná 1992 nodig om die aangroei door meer sneeuwval te compenseren. Kortom, de studie waarin Ten Broeke 4de auteur was zet de studie waarin hij 38ste auteur was mooi in perspectief. Al met al lijkt het dat die Groenlandse IJskap de komende eeuwen er nog wel zal zijn en onderzoekers aan prestigieuze publicaties helpt.

    Literatuur:

    Box, J., N. Cressie, D. Bromwich, J. Jung, M. van den Broeke, J. van Angelen, R. Forster, C. Miège, E. Mosley-Thompson, B. Vinther, and J. McConnell, 2012:
    Greenland ice sheet mass balance reconstruction. Part I: net snow accumulation (1600-2009). J. Climate

    Andrew Shepherd et al. A Reconciled Estimate of Ice-Sheet Mass Balance Science 338, 1183 (2012)