Het graafschap Zoutkamp

Het graafschap Zoutkamp

Journalist van Elsevier, Jelte Wiersma schreef in de Elsevier van deze week een commentaar over VIBEG, het afsluiten van de Noordzeekustzone voor ‘bodemberoerende’ visserij, om een beweeglijke zandbodem te beschermen voor een zee-eend die in Duitsland en Denemarken gewoon bejaagd wordt: ‘Beperking visserij sloopt de sector.

In houtskoolschets geeft hij kort en bondig goed weer wat de kern is van dit onderdeel van de soapserie die de Visserij in Nederland heet. En waar u op Climategate over kunt lezen sinds ik bij de VIBEG-presentatie was in februari 2011 in Trebol; uit woede en verbazing over hoe de overheid en natuurclubs met mensen omgaan, ben ik toen op het dossier gesprongen. Ook beschrijft Wiersma de invloed correct van Wageningse activist-wetenschappers als Han Lindeboom van Imares. Hij noemt ze ‘souffleurs’ van de overheid, die dankzij dit soort lieden gelooft werkelijk de natuur goed te doen. Op papier: ja, inderdaad.

De Achter het Net-Vissersbond: nieuwe club waar Nooitgedagt zijn carriere kan voortzetten
Bij mijn weten is dit de eerste maal dat een fatsoenlijk mainstream-medium aandacht besteedt aan VIBEG. Wanneer ik visserijbestuurder was geweest, had de krant echter al jaren eerder vol gestaan. Maar misschien komt er nu toch een bijdrage van de Vissersbond in Elsevier: een ingezonden brief.

Ik verwacht dat visserijbestuurder Johan Nooitgedagt van de Achter het Net-Vissersbond nu een ingezonden brief zal sturen waarin hij Jelte van ‘feitelijke onjuistheden’beschuldigt en allerlei zaken opschrijft om de strekking van het artikel in diskrediet te brengen/zijn gezicht te redden. En tegelijk te doen alsof hij met NGO’s en overheid heel goed bezig is. Er zijn 225 kustvissers (met ongeveer 90 garnalenvergunningen voor het Wad) die de dupe zijn van een akkoord dat hij nooit had mogen tekenen, zonder opname van een schadecompensatie-artikel. De 100 in Wiersma’s artikel staat voor de mensen die zowel op Wad als Noordzee mogen vissen, en die de dupe van zowel Vibeg als Viswad worden. Ik laat het aan de creativiteit van Nooitgedagt en de zijnen over om iets tegen Wiersma aan te tekenen. Ben ik hem bij deze een stap voor.

Vibeg werd door de Vissersbond getekend omdat Nooitgedagt een defensief ingestelde persoon is, die

  1. bang is voor NGO’s vanuit een gebrek aan ecologische visie
  2. vooral over zijn eigen positie waakt

Als Wiersma schrijft over de ‘bang geworden Vissersbond’is daar geen woord verkeerd aan geschreven..

Vijfentwintig jaar achter de feiten aan
IN positiebehoud is de Rotmans van de visserij goed, hij plakt al 25 jaar aan het bestuurderspluche voor een riant salaris, en zo zal hij op zijn tijd best zaken goed hebben gedaan want anders had hij geen steun. In mijn 2 jaar visserij-wespennest kan ik niet één wapenfeit noemen. Wanneer je nu zegt ‘De visserij dankt haar positie aan 25 jaar Nooitgedagt’, terwijl het gros van Urk klinisch dood in de haven ligt, de zoetwatervisserij er bijna aan ging, palingvisserij op haar gat ging en hij nu de garnalenvisserij deels offert, kun je dat onmogelijk als compliment beschouwen. Bij normale organisaties wordt een bestuurder na bijvoorbeeld 4 jaar op zijn prestaties afgerekend. Er klopt iets fundamenteels niet aan de bedreven strategie, zou je zeggen, al is het natuurlijk té makkelijk oordelen aan de zijlijn.

Toch doen we dat even. Ik zie mensen van het kaliber Nooitgedagt als oorzaak van stagnatie, en de instandhouding van de schijntegenstelling visserij versus natuur. Ik geloof sterk dat de visserij na 25 jaar Nooitgedagt een bestuurder nodig heeft die minder defensief is ingesteld, minder bang is voor zijn eigen belang, die visie toont op ecologisch gebied zodat hij voor de muziek kan uitlopen, in plaats van steeds achter de feiten aan. Knuffelen met mensen die je een mes in de rug zetten is geen diplomatie maar zwakte. Het beste van Nooitgedagt dat je kunt verwachten, is dat hij andermans visie lafjes overneemt wanneer hij ziet dat het invloed krijgt om zo nog langer aan het pluche te kunnen plakken. Nooitgedagt is geen uitzondering, maar wel degene waarbij ik ervoer dat mijn eerste indruk de juiste bleek. Ken iemand zijn natuur, en het handelen wordt voorspelbaar.

Publiek en politiek snakken naar geloofwaardig eigen verhaal
De nogal doorzichtige wijze waarop de Vissersbond nu met Viswad omgaat en de maatschappelijke geloofwaardigheid van visserij verder op het spel zet, is ook typisch voor de foute wijze waarop je in 2013 als sector in de markt moet staan. Weer handelend vanuit angst en zwakte. Een combi van achterbaksheid en schuldbekentenis tekenen waarin je de onzinnigheid van ‘bodemberoering’ in een zandige kustzone legitimiteit geeft (en dus in het nadeel blijft), in plaats van het eigen verhaal geloofwaardig leven waar zowel overheid als publiek naar snakken.

En nu zelfs de Waddenvereniging met Wadvissers wil werken, mits men verder wil kijken dan de weekbesomming in een topnatuurgebied waar menselijk MEDE-gebruik is toegestaan. En wat vele individuele vissers met visie wél hebben. Dus waarom ook hier weer kortzichtig, totaal niet vooruitziend, en niet kunnen uitstijgen boven de macht in eigen koninkrijkjes voor het grotere belang. Je waant je in Engeland na het vertrek van de Romeinen, waar kleine grondbezitters elkaar bestoken voor territorium. Bij gebrek aan een Koning Arthur die orde op zaken stelt om zo de groene draak te verslaan, die allen bedreigt met de Kaderrichtlijn Marien in het verschiet. Nu lijkt zelfs die groene draak nodig om een lange termijn-visie te forceren, omdat men anders achterover gaat leunen zodra de prijzen even goed zijn. Mensen, het is geen 1985; het is 2013.
RZ13Roussant2
De laatste natuurmensen die eigen tijd nodig hebben
Misschien is het uiteindelijk wel mijn eigen fout te denken dat je dat kunt verbeteren en ben ik een naïeve idealist geweest. Net zo stom als NGO’s, in korte tijd willen forceren wat zijn eigen tijd nodig heeft. Misschien ís de Nederlandse visserij precies dat: een verzameling onderling verdeelde fracties geleid door eigen koning die geen gram van eigen macht wil afstaan. Die uit soms verbazend grote particuliere vermogens geen cent in verbetering wil investeren, ook niet als het algemene belang daarmee gediend is dat zij zeggen voor te staan.

Met hun loopjongens, individuele vissers en primaire productie als hardwerkend stemvee, en daar omheen wat ‘deskundigen’die nooit een net vasthielden. Een blauwdruk in het klein van de maatschappij als geheel. Ingeklemd door een beperkte groep handelaren die prijzen dicteren, en een wispelturige natuur die de harde grens vormt voor deze jagers van de zee: met jaarlijks wisselende opbrengsten krijgt het bestaan als visser per definitie een onzeker randje. Vissers zijn letterlijk de laatste natuurmensen, écht afhankelijk van haar. En bij het mensdom ontstond pas enig organisatietalent toen ze de natuur verlieten om landbouw te bedrijven, waarmee stabiliteit ontstond.

Het zo charmante anarchisme van vissers – waar ik iets van mijn eigen mentaliteit en vrijheidsdrang in herken- het is ook hun achilleshiel.

Overheid en NGO’s toonden keihard realisme
In dat geval snap ik de uitspraak van Ton IJlstra van het Ministerie van Economische Zaken wel in Breukelen. Je moet ze onder druk zetten, die vissers, anders verandert er nooit wat. De makkelijkste knop om aan te draaien is dan via regels. En dan snap ik ook NGO’s: als vissers niet willen moderniseren en niet verder kijken dan de besomming van de week, moeten wij het via mediadruk, lobby en wetgeving maar doen. Het ultieme realisme eigenlijk- uitgaan van de onverbeterlijkheid van mensen- onder een vlag van natuur-idealisme.

    ….Mijn punt hier de afgelopen jaren is dat overheid en NGO’s juist daarmee de rentabiliteit aantasten, die vissers nodig hebben om in duurzaamheid te KUNNEN investeren, zonder steeds aan het subsidie-infuus te hangen. Diverse vissers mét geld, blijven nu aan de kant zitten, durven niet te investeren DANKZIJ Vibeg, dat vooral onzekerheid geeft. Ook hier is de lijn Nooitgedagt herkenbaar in subsidie-voorstellen: hier een nieuw netje voor Pietje, daar een ander tuigje voor Tim: verkapte staatssteun aan bedrijven, met kortzichtigheid als bedrijfsfilosofie en oneerlijke concurrentie als resultaat.

NGO’s én vissers van subsidie-infuus af
Wil de overheid een renderende sector, dan moet zij het werken makkelijker maken, niet moeilijker met averechtse regels als de discardban. Ook dient zij per direct álle vormen van subsidiering te staken aan anti-visserijclubs als Stichting de Noordzee, die de rentabiliteit verder aantasten met lobby voor de discardban en afpakken van visgebied. In een welvarend land heb je méér geld nodig voor een ecologische manier van werken, niet mínder. Minder knellende regels dus en papierwerk. Hoe minder je verdient, hoe meer je moet vissen voor het zelfde geld en dus hoe meer druk je uitoefent op het ecosysteem.

De linkse nivelleringsinsteek is daarom fundamenteel fout. En daarom is ook de strategie fout van anti-visserijclub Stichting de Noordzee (met oud-Greenpeace-directeur Hans van Rooij als voorzitter bestuur). Zij draaien voor 2/3de van hun anderhalf miljoen jaarbudget op subsidies van het Ministerie van Economische Zaken (!!!), meest om visserij in media te belasteren. Als zij zeereservaten willen moeten ze maar een stuk zeenatuur pachten met Postcodeloterijgeld, in plaats van via Christien Absilla de Hun de visserij zo uithollen dat zij ondernemers vermoordt.

Absil is de meest fanatieke lobbyist voor de door onze (gemengde) visserij zo gehate discardban, de club besteedde een half miljoen euro publiek geld aan die lobby in 2011. De strategie van de overheid is – met als bij Absil- om via bedrijfshinder en koude sanering zoveel mogelijk vissers uit bedrijf te krijgen, zodat enkele grootschaliger jongens die alle papierwerk weerstaan wel renderen. Als ik Kees Taal van het LEI even in eigen woorden mag parafraseren, dat is de filosofie achter de lijn IJlstra.

Concullega’s in wespennest
Alle vissers zijn concullega’s in een natuur die harde grenzen stelt. Wat de één opvist gaat de ander zijn neus voorbij, is het aanbod te hoog dan dalen de prijzen. Net als bij dieren in de natuur, hoe minder zeehonden, hoe minder zeehondenleed, want de grootste concurrent van de zeehond is een andere zeehond. Hoe minder vissers, hoe minder vissersleed (de overheidsstrategie), tenzij je weer – net als in de gouden visserijjaren ’70-80- fosfaat in zee loost om de kustproductie op te voeren.

En daarom vind ik in grote lijnen Jelte Wiersma zijn stuk goed. En ik benijd hem om zijn droombaan, want schrijven over natuur voor een nuchter opinieblad als Elsevier, dan zou ik op mijn plek zijn. Want de journalist in mij weet dat je niet lang in een wespennest kan porren zonder zelf gestoken te worden. Mijn rol hier was altijd: waarheidsvinding, en vergaat mijn onafhankelijkheid dan verdampt ook mijn geloofwaardigheid.

Wanneer ik nu al denk, kan ik dit wel schrijven, is het een teken dat ik geen onbevangen toeschouwer meer kan zijn, de rol die mij zo beviel bij het wetenschapsjournalist zijn. En volgens mij één van de rollen waar ik wél van waarde kan zijn. IN plaats van zo’n ‘deskundige’, die via een Visserij-innovatieplatform of ‘Blue Port’wat publiek betaald slap geouwehoer verkoopt dat vissers enkel geld kost en niets verandert aan hun moeilijke situatie. Ik ben er voor de mensen, de vissers, en voor de natuur, niet voor het gelul.