Europees energiebeleid is overduidelijk failliet

Verslag van het 9e FD energiedebat “Is het Europese energiebeleid failliet?” in Hal 4.1 in Rotterdam

42-15410669.ashx.jpeg cr590

De energiediscussie zakt weg naar totale chaos
Tot voor kort was het energiedebat overzichtelijk: duurzaam was goed, fossiel en nucleair fout. Alleen supergroen was duurzaam: wind en zon. Klimaatbeleid ging boven alles, een bloeiende economie was vanzelfsprekend. Nederland moest en zou met een handjevol andere Noord-West Europese landen de wereld redden van een klimaatramp door op papier een paar procent minder CO2 uit te stoten, koste wat het kost.

Daar was iedereen het over eens: alle politici, alle journalisten en dus alle topmannen van het bedrijfsleven. Op de duurzame geldgolf drijvende onderzoeksbureaus toverden scenario’s uit de hoed waarin de argeloze burger en politicus grof werd voorgelogen over de technische en economische haalbaarheid van een decarbonisatie binnen 50, wat zeg ik, 30 jaar.
De onderbouwing van dit soort rapporten komt altijd neer op de volgende opmerkelijke logica:
“alles kan, als je maar echt wilt!” en “het kan, want het moet!”

Iedereen die daar vraagtekens bij zette werd verketterd en voor seniel of corrupt uitgemaakt, dus beleden alle CEO’s, politici en wetenschappers eendrachtig en consequent hetzelfde duurzame geloof, tot grote tevredenheid van de goedwillende bevolking en een gretig registrerende kudde persvee.

Die tijd is definitief voorbij. Als je nu een gezelschap energie-experts bij elkaar zet ontstaat een chaotische mix van geluiden waar zelfs een redelijk ingevoerd deskundige geen touw meer aan vast kan knopen. Tegenover elke bewering staat een tegengestelde, ogenschijnlijk beide even goed onderbouwd. Het door iedereen zo gewenste ”nu eindelijk doorpakken” leidt tot niets: op elke concrete actie zet de harde realiteit een vernietigende sanctie. De weldadige duurzame droom is ingehaald door de wrede werkelijkheid.

Wal en schip beleid
Zo ook in het 9e FD debat. Van enige convergentie was geen sprake.
De totale ontreddering waar de energiediscussie inmiddels in verkeert werd vooral voelbaar door de fatalistische slotopmerkingen van in- en uitleider Gijs den Brinker (FD): hij had die middag niet gehoord waar het nu met het energiebeleid naartoe gaat, maar dat had hij ook niet verwacht. Zo gauw het over energie gaat divergeerde volgens hem tegenwoordig elke discussie. Hij vond het wel hoopvol dat er zoveel meningen waren, en verwachtte dat de wal het schip uiteindelijk wel zou keren.

Ik zou een situatie met een toenemend aantal meningen en een stuurproces dat eruit bestaat dat de wal het schip wel keert, willen definiëren als de totale afwezigheid van enig beleid. Deze constatering beantwoordt de vraag uit de debat-titel uitstekend.

De argumenten
We moeten per direct wereldwijd 27% en iets later 80% van de CO2 uitstoot reduceren, want anders loopt de klimaatverandering uit  de hand.
Maar dat is technisch en economisch volstrekt onmogelijk.

We moeten meteen 20% en iets later 100% van onze energievoorziening verduurzamen want anders zijn we afhankelijk van Putin en is alle fossiel op.
Maar dat is technisch en economisch volstrekt onhaalbaar, en daarnaast wil Putin ons juist heel graag heel veel gas verkopen, en worden er steeds meer fossiele voorraden gevonden. De winbare voorraden zijn groter dan ooit.

Het Europese CO2 handelssysteem kost miljarden en is een zeer gewilde melkkoe voor de politici.
Maar het bespaart geen gram CO2: alle CO2 die onze windmolens voor honderden euro’s per ton besparen, wordt via het ETS systeem voor 5 euro per ton opgekocht door smerige Poolse kolencentrales en daar alsnog samen met veel échte rotzooi rustig de lucht ingeblazen.

Duitsland is de wereld’s beste voorbeeld in (bijna) alles en vooral in duurzame energie. De energiewende is ongeëvenaard en Nederland loopt weer eens vreselijk achter.
Maar zelfs Duitsland kan de energiewende niet meer betalen, dreigt zijn zware industrie, de basis onder de Duitse economische kracht, te verliezen, en gooit binnenkort het roer volledig om. Moeten we de Duitse fouten dan gewoon overdoen in plaats van ervan te leren?

Heel Europa wil volgens Brussel per se duurzaam worden.
Maar er zijn maar een paar landen die geld voor een eerste kleine stap zouden hebben, als ze niet al die andere landen al met honderden miljarden van het faillissement moesten redden, en worstelden met enorme begrotingstekorten en stijgende zorgkosten.

Het grootste stuk zogenaamde duurzaamheid in ons energieakkoord is gebaseerd op de bijstook van biomassa in kolencentrales.
Maar hoe duurzaam is het uit Amerika halen van pellets van gekapt hardhout uit prachtige bossen die in hoog tempo vernietigd worden en met schepen vervoerd worden die op halfverbrande zware chemicaliën draaien (bunkerolie)?

De kosten van duurzaamheid worden schaamteloos afgewenteld op de lage inkomens, die zelf geen grote zonnepanelen op hun dak kunnen leggen of een aandeel in een windmolen kunnen kopen, en de MKB-ers die niet zoals de grote bedrijven vrijgesteld worden.
Maar de internationaal opererende industrie waar we onze enorme welvaart aan te danken hebben kun je niet mee laten betalen, want dan verliezen ze hun winstgevendheid en vertrekken ze uit Europa.

Duitsland staat vol zonnepanelen en Spanje vol windmolens. Zou dat logischerwijs niet andersom moeten wezen? Centraal beleid ontbreekt pijnlijk. We moeten alles aan Europa overlaten. De enige oplossing is een krachtig Europees energiebeleid!
Alleen: de landen onderhandelen in Brussel uiteraard puur op landsbelang. De Oost Europese landen willen eigenlijk helemaal geen einde aan fossiel. De Europese besluitvorming is extreem politiek en bureaucratisch, er kan alleen iets uitkomen via onderhandse deals en handjeklap. Het is een illusie dat de EU slagvaardig beleid zou kunnen ontwikkelen op welk gebied dan ook.
De grootste landen om ons heen hebben dan ook een sterk nationaal energiebeleid ontwikkeld. Dus moet Nederland eigenlijk ook gewoon maar een eigen energiebeleid maken in plaats van achter de Europese feiten aan te lopen.

Na het zo een paar uur lang nergens over eens te kunnen worden werd het uiteraard tijd voor de bekende dooddoeners: meer innovatie, meer efficiency, meer besparing, meer samenwerking, en het zoeken van nog meer common ground: wat mogen we toch trots zijn op dat fantastische energieakkoord!

Hoe uitzichtsloos in de energiesituatie dan eigenlijk wel?
Dat is ie eigenlijk helemaal niet. Voor wie door de argumenten en belangen van de sprekers heen kan kijken was het helemaal niet zo chaotisch. Iedereen was precies even voorspelbaar en deed zijn ingestudeerde dansje. Waarbij de tijd helaas nog niet rijp was voor een van de sprekers om gewoon te vertellen waar het op staat: de spreekwoordelijke olifant in de kamer (waarover later meer)!

Het dichtstbij kwamen Coby van de Linde van CIEP (Clingendael) en Mark Dijk van de VVD.

Van der Linde is in dit soort situaties altijd veruit de deskundigste en daarnaast (zonder daar nou zo haar best voor te doen) ook de beste entertainer. Het is altijd een genot om iemand met verstand van zaken te zien proberen om de anderen met de benen op de grond te krijgen. Helaas is ook zij nogal besmet door het klimaatvirus, en lijkt ze zich ook niet altijd te kunnen permitteren om te zeggen wat ze vindt, anders had ze met de meeste sprekers korte metten kunnen maken.

Het was overigens zeer opvallend dat ze grote nadruk legde op het feit dat de middenstanders en lage inkomens de rekening voor de verduurzaming kregen en dat het huidige klimaatbeleid zeer denivellerend werkt en tot enorme sociale problemen gaat leiden. Daarbij had ze het over Duitsland, maar aangezien het energieakkoord de Duitse aanpak kopieert gelden haar opmerkingen over een paar jaar net zo sterk voor Nederland.
Dat is iets waar ik al vaak voor gewaarschuwd heb, en ik blijf het herhalen: het energieakkoord gaat elk gezin 15 jaar lang €1000 netto per jaar kosten, en dat kunnen hele wijken gewoon niet opbrengen. Dit duwt het land als het even tegenzit in een nieuwe jarenlange recessie.
Het blijft een schande dat minister Kamp botweg weigert om deze kosten openbaar te maken.

De vreemde dubbele doelstelling
De olifant in de zaal liet even wat subsoon geronk horen (voor getrompetter was het zoals ik al zei nog te vroeg) toen Mark Dijk (VVD) de uiterst zinnige stelling betrok dat het noodzakelijk was om de Europese dubbele doelstelling te laten vallen: als je duurzame energie wilt omdat je CO2 wilt reduceren, moet je een CO2 doelstelling formuleren, niet een CO2 doelstelling en daarnaast ook nog eens een duurzaamheidsdoelstelling.
Dit standpunt werd nogal denigrerend weggehoond door de andere sprekers die zich gezamenlijk uiteraard uiterst zuiver in de duurzame leer toonden.

Alexandra van Uffelen (die spontaan tijdens het debat de plaats van de zieke Gerbrandy in het forum overnam) begon een bevlogen lofzang over efficiency, daarbij uiteraard reclame makend voor haar eigen Rotterdamse restwarmteprojecten. Terecht, want op stedelijk niveau wordt er best veel nuttige vooruitgang geboekt, zeker in Rotterdam.

Dat greep ik aan om het woord te vragen. Ik merkte op dat Van Uffelen het blijkbaar roerend eens was met Mark Dijk, aangezien ze voorstander was van zinnige CO2 besparing door restwarmtegebruik (WKK). Maar dat die WKK nu juist door het energieakkoord bewust om zeep was geholpen, waardoor we van 50% van onze elektriciteitsvoorziening met restwarmtegebruik (een fantastisch unicum in de wereld) binnen 10 jaar terugvallen naar amper 15%. En dat dat evenveel CO2 extra ging uitblazen als de peperdure windmolens op zee gingen besparen.

Netto resultaat: geen gram CO2 besparing, maar wel 18 miljard weggegooid aan windturbines die over 15 jaar alleen nog maar peperduur schroot zijn.

De perverse deal achter het energieakkoord
De reden van deze keuze van de SER: die molens moesten er komen om de duurzame doelstellingen van Kamp te halen, en de ondertekenaars hadden gewoon geen belang bij het in stand houden van de WKK.

De CO2 die door de wegvallende WKK extra uitgestoten gaat worden, staat natuurlijk nergens in de sommetjes, dus doen we gewoon alsof die niet bestaat. En zo halen we én de duurzame doelstellingen, én (op papier) de CO2 doelstellingen. Om er over 10 jaar verbaasd achter te komen dat onze uitstoot ondanks een verspilling van 100 miljard aan duurzame energie tóch gewoon gestegen is. Zoals in superduurzaam Duitsland de CO2 uitstoot ook omhoog vliegt omdat men de aandacht richt op duurzame energie en niet op CO2 reductie.

Mark Dijk’s gelijk werd dus keihard aangetoond: de dubbele doelstelling leidt tot dwaas beleid!

De uitstekende dagvoorzitter Roelof Hemmen was opgetogen over zo’n spitse teaser uit het publiek en noemde deze gang van zaken eufemistisch allerminst innovatief! Ik was blij met deze steun, maar wat mij vooral verheugde was dat Coby van der Linde zeer enthousiast liet merken mijn opmerking recht in de roos te vinden.

Deze ronduit perverse deal in het SER akkoord is te schandalig voor woorden en dient dan ook zo snel mogelijk teruggedraaid te worden. Hij slaat uiteraard het draagvlak onder het akkoord totaal weg bij de gedupeerde burgers als ze horen dat dit soort nutteloos symboolbeleid hen €1000 netto per jaar gaat kosten.
Als ook topexperts als Van der Linde zich daar inmiddels van bewust zijn, lijkt deze strijd binnenkort gewonnen te gaan worden. Hopelijk voordat de contracten voor de windparken getekend zijn. We hangen trouwens al voor twee windparkjes, kosten 4,5 miljard, binnenkort door u te betalen via uw elektriciteitsrekening (gaat u in 15 jaar netto €750 kosten).

Achter de schermen wordt inmiddels al voorzichtig gesproken over een”reparatie” van het akkoord, om te voorkomen dat het draagvlak nog verder wegzakt. Gaat Wiebe Draaijer dat nog even doen voor zijn vertrek naar de RABO? Of mag Ed Nijpels aan het werk, in deze slangenkuil vol gigantische financiële en publicitaire belangen, met de misleidende naam ”de stakeholders”?

Tijdens mijn betoog zat Van Uffelen heftig nee te schudden, maar ging er later toch niet op in toen ze de kans kreeg.
Ik neem aan dat ze er ook weinig tegen in kan brengen: ook in Rotterdam gaan WKK’s voor de wijkverwarming dicht omdat de opgewekte elektriciteit te vaak minder waard is dan het ervoor verstookte gas. Dus een toename van de CO2 uitstoot, met dank aan de zwaar gesubsidieerde Duitse zonnepanelen en windmolens.

De Olifant!
Het probleem van elk energiedebat is dat het nooit een energiedebat is. Het is altijd een crypto-klimaatdebat. De klimaatdiscussie is namelijk heel moeilijk en bijna niemand snapt er echt iets van, dus wordt er niet over gesproken. Men is allang blij als “we het er toch allemaal over eens kunnen zijn dat we CO2 moeten reduceren”. Dat geeft tenminste énige houvast.

Maar een energiedebat zonder fundamenteel klimaatdebat is onzinnig. Als je ergens beleid over wilt maken moet je hoofdcriterium doelmatigheid zijn: wat wil ik bereiken en wat is de doelmatigste manier om dat te bereiken.
Welnu: als je de kans wilt verkleinen op de door het IPCC gevreesde catastrofale opwarming (waar overigens geen enkel bewijs voor is), dan is dat prima, maar ook dán moet je de doelmatigheid bekijken: wat bereik ik met welke middelen.
En de dubbele doelstelling duurzaam én CO2 reductie blijkt dan tot verspilling te leiden zonder de doelstelling (CO2 reductie) dichterbij te brengen.

Als je verder van het IPCC verneemt dat hiervoor een uiterst snelle wereldwijde CO2 reductie van 50 tot 80% voor nodig is, is duidelijk dat dat een flinke klus is. Er is nu 20 jaar over vergaderd en het is duidelijk: die wereldwijde reductie komt er niet. Dan vraagt het doelmatigheidsprincipe een nieuwe afweging: ga ik met een paar landjes dan toch reduceren tegen extreem hoge kosten, zonder dat dat deelname van China en Rusland ook maar iets dichterbij brengt, of neem ik het IPCC serieus en ga ik uit van een (dus) onvermijdelijke opwarming, waar ik me aan zal moeten aanpassen?

Onafhankelijke onderzoeken tonen al decennia aan dat adaptatie véél goedkoper en dus doelmatiger is dan een uiterst onzekere mitigatie door een razendsnelle volstrekt illusoire wereldwijde decarbonisatie.

Louterende ontreddering
De ontreddering waarin het energiedebat op dit moment verkeert is een logisch gevolg van de schijnwerkelijkheid waar men zich decennia collectief aan heeft vastgeklampt, en is goed voor de noodzakelijke terugkeer naar een rationeel en doordacht energiebeleid.

De chaos in het energiedebat moet overigens niet verward worden met een dramatische situatie in de energievoorziening: er is geen inherent probleem met de energievoorziening. De bestaande problemen worden puur veroorzaakt door het dwaze beleid dat jarenlang gevoerd is op basis van het ontspoorde klimaat- en duurzame energiedebat.

Wanneer de discussie ontdaan wordt van alle emotionele belading is een uitermate zinnig energiebeleid te ontwikkelen, met wél een betrouwbare levering, een stabiele toekomst voor de infrastructuur, blijvend zeer lage energiekosten en een enorme vermindering van de luchtvervuiling. Dit zou ook meteen als bijkomend effect veel meer CO2 reduceren dan de komende decennia mogelijk is met de huidige duurzame bronnen.
Maar daarvoor moeten we accepteren wat onvermijdelijk is: dat de komende 50 jaar fossiel onze voornaamste energiebron blijft, ook al vinden we morgen het ideale alternatief uit. Infrastructurele veranderingen in de energievoorziening hebben nu eenmaal die traagheid. En dus moeten we zowel groots inzetten op energieonderzoek voor de toekomst, als op een fundamentele wereldwijde inspanning om de fossiele keten véél efficiënter en schoner te maken.

FD1 cr 590