RZ14Urk

Vanaf de Ketelbrug maakte ik deze foto van Urk als een bijna tropisch vakantie-eiland, met een zeilschip er voor. De Zuiderzee was kalm, ik deed mijn best de foto zo te kaderen dat de 100 meter hoge turbines die reeds in aanbouw zijn buiten beeld bleven evenals de polder die het eiland van haar geografische status beroofde in 1942. Met een beetje blauwer gefotoshopte lucht blijft zo een vakantie-aanzichtkaart over met onderschrift ‘vaarwel vrije horizon’. Een historische afbeelding anno 2014.

Wanneer ook in de Zuiderzee de kolossale turbines Urk omsingelen als een invasie uit War of the Worlds, wat blijft dan over? Een misantropisch eiland vol mopperende mensen met slaapproblemen door aanhoudend turbinegeluid? Je kunt de nieuwe megaturbines bij Urk nu al zelfs vanaf Stavoren zien, ze leggen beslag op tientallen kilometers horizon.

Dubbelrol overheden in turbinedossier
Hoewel het turbineverhaal natuurlijk een dubbele bodem heeft. Was het niet de gemeente Urk zelf die zich opwierp als investeerder/aandeelhouder in turbineterreinen als Gemini, samen met het semi-overheidsbedrijf HVC? Wat doet de VNG qua investeringen? Zo zie je de overheid op alle niveaus in dit verhaal een dubbelrol innemen. Zie de gemeente Rotterdam, aandeelhouder van Eneco dat 850 miljoen euro subsidies vangt voor Luchterduinen. De meeste gemeentelijke overheden in Friesland zijn fel tegen meer turbines, maar ook hier zijn er ongetwijfeld bij die dankzij de lamentabele berichtgeving van de Leeuwarder Courant gingen jubelen over ‘duurzaam,. oooh jaaah, duurzaam’, en zo met belastinggeld gingen speculeren op de klimaatbubbel.

Zo krijgen overheden ook een belang bij het in stand houden van de megasubsidies, bij Urk 1 miljard euro. Want zonder die subsidies implodeert hun investering en is een nieuwe Icesave in de maak.

Het is de landelijke overheid onder Henk Kamp (VVD) die de windmolendoelen oplegt: de Provincie gaat daar in mee, zo stelde de archetypische PvdA-provinciebestuurder (moreel juist, rode sjaal, beetje paffige kinderwangen) Hans Konst al: ‘Liever een volle horizon dan fossiele energie’, met deze valse tegenstelling zijn volmaakte onkunde in het dossier etalerend.Andere leugens: ‘het moet van Europa'(onzin, de Belgen doen 13 procent dure energie, waarom wij 16 procent?), we worden minder afhankelijk van energie-import (onzin, we exporteren nu een overschot aardgas)

Je krijgt hier provinciepartijen als de FNP die zich tegen megamolens op land verklaren, maar die toch ook mee gaan in de klimaatbubbel en dus met de mond belijden wat ze met hun daden bestrijden. De provinciale VVD is tegen, maar loopt aan de leiband van Henk Kamp, Pieter Winsemius en Ed Nijpels en ontberen de ballen, moed daar tegenin te gaan. Een gebrek aan moed, ballen en principes is per definitie een kenmerk van moderne politici. Het ’tegen’van de provinciale VVD is dus een leeg electoraal tegen, een uiting van lafheid.

Zo moet het windmolenverzet er uit zien, vóór je omgeving (niet teugen windmolehs)

Om te winnen in media dient het windmolenverzet er meer sexy uit te zien, vóór je omgeving (niet teugen windmolehs met wat boze burgers, dat is kansloos)

Gevecht tegen de groene draak, vóór de groene ruimte
Wat overblijft zijn de versplinterde actiegroepjes van pensionado’s die met een kartonbord aan een paaltje ‘windmolens nee’ hun woede mogen koelen. Terwijl de Crisis en Herstelwet een kans op juridisch gelijk in de grond stampt, hoezeer het morele, esthetische en technische gelijk in dit geval ook tégen mega-ontwikkeling van turbineterreinen spreekt.

Het is geen gevecht tegen alternatieve energievormen of techniek. Je hoeft niet ’tegen’ windmolens te zijn, je bent vóór je groene ruimte. Met turbines is het net als bij de politie, je hebt niets tegen ze maar voelt je beter wanneer ze niet in de buurt staan. En wanneer ze doen waarvoor we ze hebben aangenomen….

  • Megaturbines horen op een industrieterrein, niet in historisch landschap of Natura 2000-gebied.  Zet ze op een windrijk industrieterrein als de Maasvlakte, waar ze zonder subsidies kunnen draaien, en besteed die subsidies aan innovatie en wetenschap.

Het gevecht wordt via media beslist, in de proceduremolen worden tegenstanders vermalen. Ik werd gisteren door een nasaal pratende Friese pensionado gebeld om hier advies te geven, ze willen al deze splintergroeperingen verenigen en de hele kluit komt vrijdag bijelkaar. Hij klonk als iemand die nog nooit zijn Postcodegebied had verlaten, en ik ben natuurlijk ‘Fremd Spul, net fan hjirruh, arrogaaahnt!’ door de afwezigheid van een nasaal-boerse knauw in mijn ABN. Maar toch zijn er overeenkomsten.

Ik remigreerde naar Friesland vanwege de open ruimte, het landschap, dat is waarom de toeristen hier ook komen. Ik zie NIMBY als een deel van de nieuwe natuur- en milieubeweging, mensen die voor de leefbaarheid en schoonheid opkomen van de achtertuin. Liefde voor je omgeving is toch meer ‘duurzaam’ dan angst voor een door media en belanghebbende subsidie-ontvangers opgeblazen klimaatcatastrofe bij een al 17 jaar stagnerende opwarming.

De vijand, dat is de oude milieubeweging als Natuur en Milieu, semioverheden en lobbyisten voor nutsbedrijven die aantoonbare leugens ventileren over de (afwezige) milieuwinst van windturbineterreinen. Maar ook de draagvlakgeneratoren van de provinciale milieufederaties. Ik zie het winddossier als het begin van hun welverdiende einde.

Zelden is het onderscheid tussen goed en goed fout zo duidelijk geweest. Deze groene draak is te verslaan, maar het zal een lange adem hebben en vele mooie landschappen zullen nog dankzij Natuur en Milieu/de overheid/windustrie geindustrialiseerd worden, nota bene op kosten van de mensen die daar de dupe van worden. Maar wie weet brengt het verzet mensen weer bij elkaar onder één gemeenschappelijke noemer. Liefde voor je landje. Het is de versnippering en individualisering die de overheid zoveel macht geeft.

Windmolenverzet moet prettig gezicht krijgen
Hoe win je eigenlijk? In media heb je als windmolenverzet van die typische clichérollen nodig, de ‘deskundige’, de gezaghebbede politicus en andere partijen die journalisten (mensen zonder zelfstandig denkvermogen) aanspreken, je moet op verschillende niveaus op het publiek inwerken. Dus ook met een sexy kant.

Het gezicht van de NIMBY moet ook liever een lekkere meid zijn, associaties oproepen met toekomstgerichte voortplantingszin, geen boze burger, mopper-opperhoofden, want uiteindelijk spelen argumenten in een mediacratie/lobbycratie geen enkele rol. Ik stem voor het Friese equivalent van Gisele Bundchen zoals de UNEP haar al gebruikt als klimaatmodel, zie voorbeeld. Zijn er kandidates?

Liefst zonder zo’n tribal bilspleetdetector op de onderrug getatoueerd, zo van ‘u bevindt zich hier’ en zo’n VMBO-blik in de ogen. Tattoos zijn voor tokkies. Huidgraffitti past in het rijtje van mensen die hun kind Wesley, Sherida of Rachel noemen, een tegeltuin met een keramiekbeeld van een Intratuin-Boeddha en ‘Welcome’ op de voordeur, met een door vet lekkende speklapjes zwartrokende buurtbarbecue. Oh ja, en als ze Fries praat, dan op de mooie Nynke Laverman-manier, dat binnensmondse geknauw werpt buiten postcode 80xx associaties op met achterlijkheid, hoewel je het ook als ‘authentiek’ kunt opvoeren. En vooruit, je kunt er ook een merk Berenburg mee verkopen. It kin net!

Zo, dan gaan we nu weer iets zinvols met onze tijd doen.