Screen Shot 2015-08-04 at 07.16.09Een gastbijdrage van Paul Hagel

Van tijd tot tijd, vooral in de zomermaanden bij weinig wind plegen zich in het Nederlandse kustwater zichtbare bloeien van de zeevonk ( Noctiluca scintillancs) te ontwikkelen. Niets bijzonders, een doodnormaal verschijnsel van alle tijden.

Tijdens een bloei kan zeevonk boven komen drijven als gevolg van te weinig turbulentie in het zeewater. Het zeewater krijgt dan plaatselijk het aanzien van tomatensoep. Dit doodnormale verschijnsel heeft zich ook het afgelopen weekend weer een voor onze kust voorgedaan. Maar wat gebeurt? Grote paniek!!

De zeevonk zelf, een dinoflagellaat met een doorsnede van ongeveer één millimeter, is niet giftig (nl.wikipedia.org/wiki/Zeevonk) en kan dus onmogelijk schadelijke effecten op zwemmers hebben. Ook koppelingen aan het mogelijk giftige schelpdieren is grote onzin. Maar waarom dan toch grote paniek?

Het meest voor de hand liggende is een op kennisgebrek gebaseerde verwarring met de beruchte ‘Red Tides’ (‘Rode getijden’) in (sub)tropische wateren, zoals bijvoorbeeld voor de kust van Florida (www.myfwc.com/REDTIDESTATUS) . Deze Red Tides, veroorzaakt door de dinoflagellaat Karenia breve, leiden niet alleen tot massale vissterfte, maar is zelfs zo giftig, dat er zich bij aanlandige wind aan de kust bij mensen ademhalingsproblemen kunnen ontwikkelen. Met dergelijke gevaarlijke ‘Red Tides’ heeft de onschuldige tomatensoep voor onze kust maar dan ook helemaal niets te maken.

Geen enkele reden dus voor grote paniek over de tomatensoep voor onze eigen kust, tenzij men natuurlijk een dergelijke paniek wil gaan gebruiken om er de ‘klimaatverandering’ weer de schuld van te geven. Dat zou dan zoiets zijn als die niet –katholieke jongen, die op een katholieke school op de vraag ‘wat springt door de bomen en heeft een bruine pluimstaart?’ antwoordde ‘vroeger zou ik gezegd hebben een eekhoorn, maar hier zal het het Kindeke Jezus wel weer zijn’.

Paul Hagel is voormalig onderzoeksdirecteur van het Rijksinstituut voor Visserijonderzoek RIVO (voorloper Imares)