Natuurclub IUCN bracht recent een onderzoek uit naar de status van koraalriffen in het Caribische gebied, met de titel ‘From despair to repair’. Sinds de jaren ’70 kelderde daar de bedekking met koraalriffen. De PR-afdeling van deze WNF-moederclub schuift dat graag in de schoenen van CO2. Maar de natuur zelf heeft andere prioriteiten dan de fondsenwerving van milieuclubs, zo blijkt uit de DATA van het eigen onderzoek.
Geen enkele last van de campagne-melkkoe genaamd Kleimut Tsjeensj, juist in de periode 1970-2012 dat die opwarming zo vreselijk zou zijn. Immers, in de jaren ’60 hadden we nog afkoeling.
Jaren met relatief hoge oceaantemperaturen speelden een volledig ondergeschikte rol bij het verklaren van trends volgens de onderzoekers van het Global Reef Monitoring Network. Sterker nog, de achteruitgang was het sterkste op locaties waar de oceaantemperatuur relatief minder vaak hoog was. Wel bestond een hoge correlatie tussen lagere koraalbedekking en het verdwijnen van vissen en zee-egels die riffen vrij houden van macro-algen.
Nergens speelt warmer zeewater negatieve hoofdrol
Sinds de jaren ’90 vervielen veel riffen in een staat van door macro-algen gedomineerde systemen. Die algen maken koraal gevoelig voor ziektes. Dit resultaat in het Caribisch gebied sluit aan bij de bevindingen van Janice Lough in Australie. Die vond juist uitbreiding van koraalbedekking op diverse locaties bij stijgende zeetemperaturen, waar ze in Science over publiceerde. Ook blijkt die andere campagne-tijger van milieuclubs- oceaanverzuring- vooralsnog geen rol te spelen.
Dat betekent ook: met relatief simpele maatregelen kun je (vaak) weer koraalherstel bewerken. CO2-campagnes zijn daar geen onderdeel van, tenzij je alleen op geld uit bent. En dus hoor niet niets meer van dit onderzoek. Want moderne milieuclubs zijn enkel uit op uw geld, en bestaan vooral uit pathologische leugenaars model Carel Drijver (WNF): mensen die de natuur melken voor een kosmopolitische levensstijl.
Behalve dan bij ons.
Het volledige rapport onder redactie van Jeremy Jackson van het Global Reef Monitoring Network is hier te krijgen. De Caribische riffen zijn evolutionair overigens uniek, omdat ze geografisch geisoleerd zijn van normaliter tropische riffen. De Warme Golfstroom maakt het gebied tot uniek onderwaterklimaat, een mediterraan gebied met eigen unieke soorten.
Belangrijke rol grazers bij gezondheid riffen
De biologen keken vooral naar de rol van begrazers van koraalriffen als Diadema antillarum, een zee-egel met lange stekels. In 1984 werd een massale sterfte van deze begrazer waargenomen, wat de gezondheid van koraalriffen beïnvloedt. De riffen raken na verdwijnen van die grazers steeds meer overgroeid met macro-algen (blz 15), hoewel per locatie sterke verschillen bestaan. De begrazing van die riffen werd ook door papegaaivissen gedaan, zo genoemd door de snavelbek waarmee ze algen van riffen schrapen.
Average coral cover for all 88 locations with coral data declined from 34.8% to 19.1% to 16.3% over the three successive time intervals, but the disparity among locations was great. In contrast, macroalgal cover increased from 7% to 23.6% between 1984-1998 and held steady but with even greater disparity among locations since 1998. The patterns were similar for the 21 loca- tions with coral data from all three intervals high- lighted by circles in Fig. 1. These opposite trends in coral and macroalgal cover constitute a large and persistent Caribbean phase shift from coral dominated to macroalgal dominated communi- ties that has persisted for 25 years
De onderzoekers vonden een hoge correlatie tussen afname van deze grazers in gebieden en de koraalbedekking. Maar ook hoopgevend bewijs: bij beschermde natuurgebieden onder water- Marine Protected Areas- waar papegaaivissen en Diadema in populatie herstelden, daar trad ook weer herstel op van koraalriffen. In warme wateren met marien leven dat jaarrond in het zelfde gebied verblijft kunnen MPA’s enorm effectief zijn, zo beschreef ik ook al in de MPA-Wijzer van de SWNM.
Milieuclubs en hun pathologisch liegende geestverwanten schermen vaak met tropische resultaten van MPA’s om onze Noordzee voor visserij op slot te zetten. Maar dan is het onzinnig, omdat de meeste vissen in onze koude wateren over lange afstanden migreren.
Zeewater-temperatuur ondergeschikte rol
Belangrijk is dus dat de DATA vermelden dat klimaatcampagne-voeren wel het laatste is waarmee je koraalriffen herstelt. Een beetje paniek zaaien over CO2, daar krijg je geld van overheden mee. Want je zit ze niet in de weg en hoeft niet om concrete impopulaire maatregelen te vragen. Zoals een stuk zee vrijmaken van visserij en toerisme, of kosten maken om organische vervuiling in te perken. Zoals op Bermuda gebeurde. De onderzoekers schrijven
Because of the subjectivity of such bleaching assessments, how- ever, we obtained data for degree heating weeks (DHWs) for all 88 localities with coral cover from NOAA Coral Reef Watch.
We then used these data to assess the effects of the 1998, 2005, and 2010 extreme warming events on coral cover by calculating the propor- tional changes in coral cover for the two years fol- lowing each event in relation to the two years be- fore the event, and then plotting the proportional change in relation to the numbers of degree heat- ing weeks (DHWs) experienced at each locality. There is a weak but insignificant negative correlation between changes in coral cover and numbers of DHWs
Moderne milieubeweging is grootste vijand van de natuur
Maar als we het persbericht bij het IUCN-rapport lezen, willen ze toch dat je gelooft dat klimaat belangrijk is. Je moet tussen de campagneregels door lezen om te zien dat klimaat relatief gezien van volstrekt ondergeschikt belang is, wat ze pas ergens onderaan durven toegeven. Dat zegt ook iets over de verschuiving van budgetprioriteiten van IUCN. Ze namen niet voor niets de klimaatlobbyist van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en D66-mensch Maas Goote in dienst als directeur.
Die deed met dure energieconsultants het IUCN-budget verdampen. Sinds wanneer heeft een bedreigde neushoorn ook een windturbine nodig?
De IUCN werd door eugeneticus Julian Huxley opgericht in 1948, en is de moederorganisatie van het later opgerichte Wereld Natuur Fonds. Het WNF werd opgericht als fondsenorgaan voor IUCN-projecten. Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken was traditioneel de grootste sponsor van IUCN met 10 miljoen euro per jaar. IUCN haar kernactiviteit bedroeg altijd de Rode Lijst voor bedreigde diersoorten en het klassieke natuurbeschermingswerk. Zoals bijvoorbeeld in kaart brengen hoe een bepaalde diergroep als amfibieën er voor staat.
Mij dunkt kunnen ze beter zich weer tot die kerntaak beperken. Daar is meer dan voldoende nuttigs te doen.