Tja, wat moet een mens met dit antwoord namens een politica, Adri Bom-Lemstra:

Geachte heer van den Berg,

Ik dank u hartelijk voor uw vraag over windenergie en uw betrokkenheid bij dit onderwerp.

De discussie over de wetenschappelijke onderbouwing van windenergie ga ik met u liever niet aan.

De provincie stimuleert de noodzakelijke overgang naar een schone en toekomstbestendige energievoorziening. Hiervoor zijn verschillende energiebronnen en technologieën nodig en beschikbaar. Denk aan energie uit zon, aardwarmte, biomassa en getijden. En windenergie levert hieraan zeker de komende decennia een cruciale bijdrage.

Ik constateer dat er een landelijk gedragen Energieakkoord ligt tussen een groot aantal partijen waarin de noodzaak tot een brede energietransitie is vastgelegd. Onderdeel daarvan is het in een snel tempo vergroten van het aandeel duurzame energieopwekking.

Windenergie vormt een belangrijk aandeel in de duurzame energiemix. Vaststaat dat windenergie op dit moment een moderne energiebron is met een aantoonbaar rendement waarmee de voor 2020 gestelde doelen kunnen worden gehaald. Dat windenergie ook nadelen kan hebben (zoals geluidhinder, slagschaduw, aantasting landschap) erken ik; dit is ook een belangrijk aandachtspunt bij de aanwijzing van locaties.

De provincies hebben met het Rijk afgesproken om in 2020 6000 MW opgesteld vermogen aan windenergie te realiseren. De provincie Zuid-Holland neemt hiervan 735,5 MW voor haar rekening. Deze ambitie is ook vastgelegd in het Hoofdlijnenakkoord van het college van GS.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Namens Mevr. Bom-Lemstra, gedeputeerde voor Ruimte, Bodem, Wonen, Economische Zaken en Luchtvaart.

Met vriendelijke groet,

Mr. J.B. (Hans) Geerders

Senior beleidsadviseur energie.

Hier staat je verstand bij stil en vraag je je af waar de wetenschappelijke geletterdheid is gebleven om zelf zelfstandig na te denken over deze materie en de discussie wel aan te gaan. Hoe eenvoudig immers kan het zijn? kijk naar deze 3 fundamentele vragen: Hoe weten we? Waarom geloven we wat we geloven? Wat is hier het bewijs voor? Het antwoord van Geerders laat zien dat hij op geen dezer vragen een gefundeerd antwoord heeft.

Het is interessant te weten welke antwoorden de heer Geerders op deze 3 vragen zou kunnen leveren. Laat ik eens iets gewaagds poneren. Antwoord op vraag 1: door wat de media mij vertellen bij monde van de milieubeweging en het VN-klimaatpanel (IPCC). Antwoord op vraag 2: Ik geloof het, omdat de milieubeweging en het IPCC zeggen dat het zo is. Antwoord op vraag 3: Ik ga ervan uit dat de milieubeweging en het IPCC dit bewijs geleverd hebben.

Dieper gaan zijn weigering in discussie te treden en het verdere betoog niet.

Zo lees ik verder in zijn antwoord: noodzaak voor energietransitie. Die is er niet, tenzij de heer Geerders de cijfers heeft. Aantoonbaar rendement van windmolens zoals de heer Geerders verder beweert? Wat is hier het bewijs voor? Als het 1% is, is het veel, want het gaat om voldoen aan de momentane vraag. Snapt de heer Geerders de functie van elektriciteit niet, laat staan de funeste werking van subsidie? Windmolens kunnen niet zonder subsidie.

Energieakkoord landelijk gedragen? Ja, zo werkt het in Noord-Korea ook – de Crisis- en Herstelwet als de Nederlandse versie van Noord-Korea met Nijpels als Kim Jong Un en Urgenda als de schreeuwende juffrouw op het Noord Koreaanse journaal.

Ik moet onwillekeurig denken aan de opvattingen van de EU over democratie die in hun tunica gezet zijn door Brexit. Kennelijk ontbreekt het in brede EU-kringen aan besef van wat de burger zelf wil. De Energiewende is een voorbeeld van mislukking ook al is Merkel zelf fysicus. Er is meer voor nodig om de omvang van de problematiek te begrijpen dan alleen een titel en een blablaverhaal. Er is steeds minder vertrouwen in onze politici na het falen van de EU-grensbewaking, de falende beheersing van immigratie en helemaal de mislukte energietransitie. De EU is op alle fronten de regie kwijt omdat de EU zo dom is geweest alles over te laten aan de milieubeweging en anti-kapitalisten.

Wat te denken van mevrouw Malmström met haar open sluizen voor elke gelukzoeker? Wat te denken van Greenpeace die de dienst uitmaakt van het energiebeleid. Wat te denken van Urgenda die geen enkele wetenschappelijke motivatie heeft voor de denkbeeldige rampen die milieuclubs propageren?

Wat zegt Cecilia Malmström? In een verklaring tegen de pers maakte zij (in 2015) de veelzeggende opmerking: “I do not take my mandate from the European people”. Met andere woorden: wat de burgers willen, interesseert mij niet. Dit geldt ook voor Greenpeace, WNF, Natuurmonumenten, eigenlijk alle milieuorganisaties. Wantrouwen tegenover wat zij beweren, is een heel gezond standpunt.

Brede energietransitie stelt de heer Geerders. Ik dacht het niet, want waar blijven dan de belangrijkste spelers zoals kernsplijting en –fusie? Waar speelt de ontwikkeling van thorium een rol? Waar blijven de mogelijkheden van modulaire kerncentrales? Is de heer Geerders zo bang voor imagoschade (lees: de angst voor de woede van de milieubeweging en dus de volgende verkiezingen)? Ruggengraatloosheid, slaafse volgzaamheid en gebrek aan kennis kenmerken het huidige klimaatbeleid (de term zelf is al in strijd met de wetenschap) en de huidige politiek. Blind geloof in de milieubeweging en het IPCC is een invalide argument om aan zelf nadenken te ontkomen. Zo veel is wel inmiddels duidelijk geworden.

Eender is aldus de EU, met vele politici in het kielzog, bezig zichzelf te gronde te richten. Niet voor niets is er een Brexit, niet voor niets stelt Putin dat de EU zichzelf verzwakt en economisch uitholt door de vele destructieve planeconomische beleidsmaatregelen, ook op het gebied van energie.

Energie is de achilleshiel van elke beschaving. Energie ondermijnen verwoest een natie. Dit is wat naïeve EU- en Nederlandse politici nastreven als willoze slachtoffers van de body snatchers in de gedaante van de milieubeweging en het IPCC. Het is een verontrustende gedachte dat zo veel politici door onkunde en gebrek aan gezond verstand kennelijk geen besef hebben van waar zij eigenlijk mee bezig zijn, maar zich slechts als slaafse volgerelingen gedragen van de milieubeweging en het IPCC.

Wat is het IPCC eigenlijk? Het IPCC is in feite geen wetenschappelijke maar een politieke organisatie, gedomineerd door politici en ambtenaren. De wetenschappers die bijdragen aan de “Assessment Reports” hebben beperkte invloed op de inhoud van de “summaries”. Die worden trouwens al meestal gepubliceerd vóór de “Assessment Reports”.

Het is opmerkelijk dat veel politici dwepen met het IPCC. De uitspraken van het IPCC gelden als het evangelie. Rationele argumenten tellen in de politiek helaas niet meer mee. Men heeft er politiek belang bij om de angst voor “global warming” te verspreiden.

Tja, dat evangelie. Dit geldt ook voor de klimaatmodellen waar de gedachte in feite is gebleken: garbage in, Gospel out. Hier baseert het IPCC zijn macht op en op wie dit evangelie belijdt, straalt de ‘glans’ van de macht af (lees: subsidies). En zo kunnen wij dit ook waarnemen. De voorzitters van organisaties als Urgenda, Greenpeace, e.d. zijn in wezen vergelijkbaar. Zij hebben een grote (financiële) machtspositie verworven, die niet gebaseerd is op de waarde van hun ideeën noch op feitelijke kennis. En zeker niet op brede steun van “het volk”. Toch ondervinden ze weinig tegenstand.

Wanneer je macht hebt, doet kennis niet meer ter zake, dus doen ook rationele argumenten niet meer ter zake. Maar wie verleent hen die macht? Allereerst de politici en verder de media. Als een politicus iets beweert, ook al is dit evidente onzin, krijgt hij veel media-aandacht. En bijna altijd onkritische aandacht. Dictatuur dus gesteund door gelovigen in de mythes die in het antwoord van de heer Geerders vervat zijn. Het probleem blijft echter bestaan: ooit raakt de olie op, ook al duurt dat nog eeuwen.

Maar wind- en zonne-energie zijn niet de oplossing, want die kosten meer geld en dus ook meer energie, dan ze ooit opbrengen. Wij moeten goed begrijpen dat iets dat economisch niet verantwoord is, ook niet bijdraagt aan een duurzame wereld. Ook onze middelen zijn begrensd. En die middelen zijn nodig om onze werkelijke behoeften te bevredigen en werkelijke problemen op te lossen. Maar de duurzaamheidsbevlogenen willen dit niet weten.

Wat een verlossing zou het zijn, wanneer het woord duurzaam gebruikt zou worden zoals het bedoeld is.

Windenergie brengt ons verder af van een duurzame wereld. De exploitatiesubsidie van € 300 miljoen/jaar aan het windpark Gemini levert 100 banen op. Per baan levert dat echter 60 banen in de gezondheidssector op à raison van € 50.000 per baan. Er is hier dus sprake van een negatieve economische transitie. Ik zou niet graag de politicus willen zijn die dit op het geweten heeft.

De “kwaliteit” van de opgewekte stroom is erg belangrijk, met name de constantheid van het voltage en van de frequentie (van de wisselstroom). Er worden strenge eisen gesteld aan deze constantheid, vooral voor gebruik in elektronische apparatuur. Het omzetten van stroom met variabele kwaliteit (zoals wordt opgewekt door windmolens) in stroom met een constante kwaliteit, vereist een ingewikkelde en kostbare techniek. Dit verhoogt de kosten van windenergie, met name wat betreft de benodigde investeringen. Maar bovendien wordt hierdoor de maximale omvang van de toepasbare windenergie begrensd. Dit is een belangrijk aspecten waar politici graag aan voorbijgaan. Windenergie is mode, dus daar mag niets slechts over worden gezegd.

Wat zich onder onze ogen dus afspeelt is een strijd tussen wetenschap en politiek. Aangezien onze beleidsmakers geen wetenschappelijk inzicht hebben, klampen zij zich vast aan de milieubeweging en het IPCC om de rechtvaardiging te halen voor hun onvermogen om aan adequaat antwoord te geven om de bovengenoemde 3 vragen. Ook de heer Geerders, namens mevrouw BOM-Lemstra, geeft hier geen antwoord op. Dus rest de gerechtvaardigde vraag van de burger/belastingbetaler wat men van haar CDA te verwachten heeft, anders dan gebruikelijke prietpraat. De heer Geerders is (namens mevrouw BOM-Lemstra) geen ter zake kundige, niet in staat tot fundering van zijn uitspraken door gebrek aan kennis en niet in staat een discussie aan te gaan.

Het wordt tijd dat de burger/belastingbetaler verlost wordt van deze politieke arrogantie waarin elk wetenschappelijk en rationeel fundament is zoekgeraakt. Is hier sprake van een neosocialistische opleving van het Lysenkoïsme? Ik vrees van wel.

Ik dacht er toch maar een mailtje aan te wijden:

Geachte heer Geerders, 

Ik heb uw standpunt gelezen inzake windenergie. U weet dat windenergie niet buiten subsidie kan en alleen al door de Wet van Betz nooit concurrerend zal kunnen worden. Windenergie is een om deze reden inferieure techniek en is uitontwikkeld.

Grotere windmolens verhogen niet de efficiëntie ervan, want die lopen tegen dezelfde belemmering aan. Wind zal zeker niet cruciaal zijn, tenzij men dit verwart met heel hoge onbetaalbare kosten. Een Europabrede windstilte zoals geregeld voorkomt, verkleint de aanduiding cruciaal aanzienlijk. Komt hier nog bij dat men maar moet afwachten of er licht komt wanneer ik ’s nachts het knopje van het toilet omzet als alleen wind die cruciale rol speelt zoals u stelt.

Windenergie dekt minder dan 1% van de vraag en dan nog door toeval. Het Nationale Energieakkoord (NEA) is geen landelijk gedragen akkoord omdat de burger/belastingbetaler, die voor de kosten moet opdraaien zonder dat verteld is hoe hoog deze zijn, ontbrak, alsmede de ingenieurs die deze kosten konden berekenen. Het blijkt bovendien dat er een Crisis- en Herstelwet, alsmede een Rijkscoördinatieregeling, nodig zijn om de uitvoering op te leggen alsof dit land in een oorlogstoestand verkeert.

De vraag is waar dit op is gebaseerd. Het enige dat het NEA behelst is de meest omvangrijke en meest asociale geldoverdracht van arm naar rijk in de Nederlandse geschiedenis.

De vraag is bovendien op welke gegevens de noodzaak tot energietransitie is gebaseerd.

Persoonlijk vrees is dat veel politici zich onvoldoende bewust zijn van hun verantwoordelijkheid ten aanzien van de volgende generatie, omdat hernieuwbaar essentieel in strijd is met duurzaamheid en dat deze politici niets anders dan het standpunt van de milieubeweging navolgen wegens gebrek aan wetenschappelijke geletterdheid of inspanning om de werkelijkheid te doorzien.

Ik ben er allesbehalve gerust op.

 

We moeten bij dit alles wèl bedenken dat onze volksvertegenwoordigers vaak brede portefeuilles beheren. Geen van hen kan deskundigheid claimen op alle beleidsterreinen van de portefeuille in kwestie. Zij zullen dus zijn aangewezen op advies van deskundigen, alsmede eigen studie van informatie uit de media en – hopelijk – de wetenschappelijke literatuur. Maar dat laatste zal waarschijnlijk slechts zelden het geval zijn, al was het alleen maar om praktische redenen: tijdgebrek!

Het overgrote deel van onze volksvertegenwoordigers doet dat naar eer en geweten. Er is geen reden om aan te nemen dat dat bij Adri Bom-Lemstra en haar adviseur anders zou zijn. Het gaat dus niet zo zeer om dit specifieke geval als wel om een illustratie van een dieperliggend, structureler probleem.

Immers, het is tot dusver onmogelijk gebleken voor de meeste volksvertegenwoordigers om kritische distantie te betrachten ten aanzien van de decennialange tsunami van klimaatalarmisme van de overheid, milieubeweging, mainstream klimaatwetenschap, kerken, media en commerciële belangen.

Een aantal weblogs en de Groene Rekenkamer proberen hieraan met stelselmatige, op wetenschap gebaseerde, betrouwbare informatie weerstand te bieden, ten einde een bredere oriëntatie van onze volksvertegenwoordigers en daarmee verstandiger besluitvorming te bevorderen.

Tot op heden met beperkt succes! Maar een Brexit was ook ondenkbaar. Nu een Clexit nog!