Sietske Bergsma achtergrond Marijn Poels1

‘De bagger die ik over me heen krijg bevestigt ook dat ik een film heb gemaakt die ertoe doet.’

Marijn Poels

Een gastbijdrage van Sietske Bergsma. 

Every so often, something is published which slices through the fog of confusion, obfuscation and the sheer dishonesty of public debate.

Dit schreef een recensent van ‘The Times’ onlangs over een boek van de Engelse journalist Douglas Murray over de toekomst van Europa. Datzelfde gevoel, over het doorsnijden van mist, had ik na het kijken van de documentaire ‘The Uncertainty Has Settled’, van filmmaker en activist Marijn Poels (41). Daarin gaat hij onbevangen (‘naïef’ zegt hij zelf) tijdens een sabbatical op zoek gaat naar het verhaal achter ons huidige klimaatbeleid, een beleid dat Duitse boeren drijft tot het gesubsidieerd produceren van windenergie en biogas in plaats van bijvoorbeeld aardappels, vlees en melk.

Ver weg van complot scenario’s begint Poels simpele vragen stellen, tegen de achtergrond van zijn eigen waarnemingen. Hij schreef 53 mainstream wetenschappers aan, waarvan er maar twee wilden praten (Hans von Storch en Friedhelm Taube). Hoe zeker weten we dat de aarde opwarmt? En als de aarde opwarmt, hoe erg is dat dan? Wat heeft CO2 daar precies mee te maken? Wat is eigenlijk de ideale temperatuur van de aarde? Vragen die zijn leven nu volledig op zijn kop hebben gezet. “Het ging mij om veel meer dan het bespreekbaar maken van klimaatverandering en de politiek erachter, ook om het debat over van alles terug te pakken. De links-rechts verhouding is totaal uit balans”. In Berlijn, waar hij met zijn gezin woont, ontmoeten we elkaar om daarover verder te praten.

Ik krijg alleen maar bagger, en echt van zo’n laag niveau, vertelt hij met een mengeling van oprechte verbazing en humorvolle ergernis. “Het is meer dan schelden, want ‘rotte vis’ doet mij echt geen pijn. Maar mijn angst is dat ik zie hoe de maatschappij blijkbaar in elkaar zit. Dat we overal agenda’s in zien. We denken: iedereen is slecht, en bewijs maar dat je goed bent. En in mijn geval ben ik pas ‘goed’ als ik onkritisch in een links hoekje me gedeisd houdt. Waar gaat dit naartoe?”

Zonder iets te willen bewijzen of claimen – zoals hij vaak in ons gesprek zal zeggen – is de film volgens hem vooral een belangrijk pleidooi geworden voor zelfstandig en kritisch nadenken, omdat dat nadenken tegenwoordig al bijna verboden wordt. “Dat is wat ervoor zorgt dat ik nu geboycot wordt: het in twijfel trekken van de consensus, niet omdat het onzinnig is wat ik in mijn film zeg.”

Poels is “een typische linkse jongen” uit een klein dorpje in Limburg, die zich bij links steeds minder thuisvoelt. Iemand met een onverzettelijke aard, nog altijd zoekende, maar zeker niet dolend – een opgeruimd karakter. Hij overleefde als driejarig jongetje ternauwernood een auto ongeluk, waarbij hij na een aanrijding met een vrachtwagen vanaf de achterbank dwars over de weg werd geslingerd. “Die jongen is dood”, zeiden omstanders meteen tegen zijn vader, die als enige niets had. Hij lag vier dagen in coma, ontving de heilige sacramenten van een priester, maar overleefde het. Hij moest opnieuw leren lopen – en zijn vader de gebeurtenis van zich afschrijven. “Ik ben in de jaren daarna 23 keer aan mijn oog geopereerd, ik hoorde slecht en was veel weg van school.”

School was niet veel, vertelt hij. “Als de juf vroeg “Marijn, wat gebeurt er in de herfst?’ dan antwoordde ik: dan is oom Henk jarig. Dat was fout zei de juf dan. Maar dat met die blaadjes van de bomen was voor mij niet méér waar dan de verjaardag van oom Henk, dat gevoel is me altijd bijgebleven.” Hij moest naar de LTS, maar dat werd niks, dus toen was er de tuinbouwschool en werd hij hovenier, later grafdelver. Dag in dag uit stond hij met een schop in de hand letterlijk in een graf. “Hoe kwam ik hier, eindigt het hier? dacht ik. Want het voelde als het einde, terwijl ik eenentwintig was.” Toen ging er een knop bij hem om. “Ik kon naar het grafisch lyceum, het leukste jaar van mijn leven, en aan de slag bij een plaatselijk krantje”. Maar ook dat duurde niet lang. “Op een dag ging ik naar mijn vader: pap, ik word filmmaker. Ik heb daarna alleen maar  hard gewerkt, ik had zo’n enorme wil. Want ik wist, ik kon niets anders. Met onverzettelijkheid kom je als je iets hebt meegemaakt heel ver, op een gegeven moment heb je ook niets meer te verliezen, en dat gevoel heb ik nog.”

Die onverzettelijkheid heeft hij nu nodig. “The Uncertainty Has Settled” (in Duitsland: “Der Bauer und sein Klima”), die hij zelf financierde en in anderhalf jaar tijd maakte samen met zijn Duitse zwager en een geluidstechnicus, werd in eerste instantie goed ontvangen door ‘onafhankelijke clubjes’ – hij kreeg twee festivalprijzen, in Berlijn en in Los Angeles – maar vanuit de pers bleef het stil. “Heel stil”, zegt Poels. Ook zijn linkse vrienden en honderden volgers op sociale media lieten het in hoog tempo afweten, tv-zenders en distributeurs wilden eerst een preview zien van de film. “Daarna hoorden we niets meer. In plaats daarvan ontving ik wel haat-mails en anonieme telefoontjes.” Het is aan Poels af te lezen dat hij het snapt, maar toch komt de verbazing erover er steeds opnieuw uit. “Ik heb echt nog nooit meegemaakt dat mensen zo tegen je aan spugen, ze zeggen gewoon ‘je kunt er maar beter mee ophouden’.”

Wie waren dat dan? 

“Organisaties, die bellen met nummeronderdrukking, dat soort dingen. Mails van Greenpeace, die ‘onverantwoord’ schrijven en roepen door de telefoon: ‘houd er maar mee op, voordat je in de problemen komt’. Ze zeggen niet wie ze zijn, het is heel griezelig.” Het ‘Potsdam Institute for Climate Impact Research (PIK)’ in Duitsland, waar hij iemand wilde interviewen voor de film stuurde hem als antwoord slechts een officiële richtlijn, ‘hoe verantwoord om te gaan met klimaatontkenners in de media’. We lachen boven onze koffie om de woorden ‘klimaatontkenner’ en ‘klimaatscepticus’ die deze organisaties gebruiken, alsof er iemand ter wereld ontkent dat er zoiets als klimaat bestaat. Dan zegt Poels: “de scepticus heeft juist een hele interessante toekomst, denk ik, tegenover deze gelovigen met hun woorden”. De bijna Bijbelse vastberadenheid die omtrent dit onderwerp wordt geclaimd fascineert hem. Hij noemt ook twitteraccounts met namen als ‘climate babes’ (met in hun bio ‘welcome to the winning side‘), en ‘klimaatzuster’ (‘50% uitstoot broeikasgassen zelf in de hand!’), waarin vooral mooidoenerij belangrijk is tussen de aanvallen en beschuldigingen van critici door.

In de documentaire zegt Leonardo di Caprio over ‘klimaatontkenners’: ‘Als je dat ontkent maak je geen deel uit van de moderne wereld’. Voel je het religieuze daaraan zelf als je al deze mensen spreekt en hoort, of heb je die vergelijking met religie ergens anders opgepikt?

“Ik voel dat echt zelf zo. Die landbouwer in Kiel bijvoorbeeld, die ik interviewde, die zei ‘als je twijfelt aan het klimaat, dan kun je maar beter omdraaien, dan ben ik er niet meer bij’. Terwijl ik me opstel als iemand zonder mening, juist om mensen niet af te schrikken, en ook bij Greenpeace bijvoorbeeld mag je absoluut geen grapjes maken of zo. Dan worden ze kwaad.”

Hij ziet die combinatie van religieuze ideologie en de enorme economische belangen achter de gecreëerde klimaatconsensus als de reden dat zijn film is geboycot, waarbij niet allen ‘climate babes‘ maar ook serieuze journalisten ‘sociale verantwoordelijkheid’ als hun rol zijn gaan zien, en bewust afhaken. “Ik had een paar hele goede recensies, waarvan er een gewoon na een dag van de website werd gehaald,” Poels ziet het mis gaan als we niet bij elkaar komen. ‘En kom op. In een democratie leven betekent dat je per definitie een activist moet zijn, anders kun je net zo goed in Zimbabwe gaan wonen’, zegt hij.

Hierom voelt hij zich niet meer zo thuis bij links, zegt hij, omdat ze mensen uitsluiten met een andere mening. “Populisme komt precies hierdoor.”

Wie zijn er dan links voor jou? 

“De media, maar ook mijn familie en vrienden, waaronder jeugdvrienden in Limburg. Maar daar komt niets tussen, ook dit niet. Mijn broer bijvoorbeeld, die piloot is, is ook naar een vertoning geweest van mijn film in Rotterdam en hij maakt dan grapjes dat hij er niet gezien wil worden: ‘ik plak wel een snor op’, zegt hij dan. In mijn vriendengroep merk ik het ook, mensen die het allemaal goed hebben, kinderen, een auto. Die sluiten zich af en zeggen ‘waar maak je je druk om?’ Je kunt zo moeilijk met ze discussiëren, het wordt ook enorm emotioneel voor ze. Ze zijn gaan geloven dat mensen met een andere mening slechte mensen zijn. Zo ben ik steeds meer naar anderen gaan toetrekken.”

Poels ziet het als een breder probleem. “Links creëert juist datgene waar ze propaganda voor maken dat ze het niet doen. Ze praten met jihadisten, om een oplossing te vinden, maar als er over klimaat gepraat moet worden klappen ze dicht. Of dan zeggen journalisten tegen mij: vind je niet dat je verwarring zaait met je verhaal? Ja, zeg ik dan volmondig. We moeten hierover praten. Maar ze blijven allemaal hetzelfde zeggen: dat ‘we onze sociale verantwoordelijkheid’ moeten nemen.”

Wat bedoelen ze met verwarring, denk je?

“Ik denk dat ze bang zijn dat als mensen dit zien en horen, dat ze zullen zeggen ‘oh, wacht eens even, maar nu doe ik helemaal niets, want het is allemaal gelogen.”

Bang voor de gevolgen als de waarheid misschien een andere is dus. Poels heeft duidelijk niets met het idee dat journalisten, filmmakers en schrijvers de mensheid moeten beschermen en naar consensus moeten streven. ‘Ze berichten toch ook eerlijk over wapenhandel? Dat kan blijkbaar allemaal wel, maar dit, dit is ‘onverantwoordelijk’, legt hij uit. Hij zegt dat het allemaal zo veel levendiger zou worden als er meer ketters in de media waren. Want die journalistieke verantwoordelijkheid is niets meer dan de angst om de baan te verliezen, zegt hij. ‘We zouden juist de bemiddelaar moeten zijn tussen meningen’.

We hebben het over de Nederlandse media. “Kijk maar eens naar de NOS, bijna elke dag verschijnen er wel twee of drie berichten, dat als we niets doen dat we er dan allemaal aan gaan. Uiteindelijk ga je er in geloven. De laatste jaren heb ik best wat problemen gehad met de mainstream media maar nu zie ik het ook echt. Ze schrijven niet over mijn film, met geen woord. Ja, in een Limburgs krantje, omdat er ‘een Limburger een prijs in Amerika heeft gewonnen’. Maar dat boeit mij helemaal niet.

Poels reist nu daarom ook mee naar voorstellingen van de film, doet alle publiciteit zelf en heeft zich min of meer verzoend met het besef dat het grote publiek voorlopig wegblijft. Maar als ze komen, vertelt hij, staan ze vaak verward op na de voorstelling, soms met tranen in hun ogen. Er zijn ook mensen die weglopen tijdens de nazit. Er staan ook veel mensen open voor mijn boodschap, die zien dat mijn film niets claimt, die ervaren het als een opluchting, een frisse wind. Poels ziet dat ook dat veel mensen ertussenin wel willen, maar dat ze gevangen zitten.

“Ik geloof dat als mensen zelf bij de waarheid kunnen komen, ze het goede zullen doen. Want die andere klimaatfilms heb je ook hè, van Al Gore, Leonardo diCaprio, en dan denk ik: zit ik nu naar een communistische propagandafilm te kijken? Alles is hel en verdoemenis, ’de wereld gaat naar de klote’ is het enige wat je meekrijgt. Filmmaker Michael Moore is zich ook een beetje aan het verliezen daarin. Vroeger nam hij nog risico’s, nu niet meer. Julian Assange neemt wel risico’s, dat vind ik bijzonder.”

Je maakte 50 films in negen jaar tijd, heb je dit eerder met vorige films meegemaakt? 

“Nee, niet zo agressief als dit. Ik heb een film gemaakt over Marokkanen met scènes die in hun cultuur prima zijn, maar hier lastig liggen. En een film over straatkinderen in Rio de Janeiro tijdens het WK in 2014. Die waren ineens van de aardbodem verdwenen, niemand wist waar ze waren. Dan krijg je ook wel wat politieke bagger over je heen, maar niemand zegt: je moet het niet doen, zoals nu.”

Maar het ziet er zo goed uit, de kwaliteit van de film, de poster, het geluid, de titel…

“Welnee, in Duitsland begrijpen ze er geen zak van, van die titel. Vandaar ‘Der Bauer und sein Klima’.”

Mensen die wel kritiek op de inhoud dachten te geven begonnen bijvoorbeeld tegen Poels over Freeman Dyson (‘die man is veel te oud’), Hans von Storch (‘die man is al lang met pensioen’), Piers Corbyn (‘die man is gek’) of over de laatste scène in de film – het interview in Stockholm met de Russische oliewetenschapper Vladimir Kutcherov. “Mensen zeiden: dat is een Rus, die moet je niet vertrouwen, want die hebben een agenda, terwijl ik het nou juist zo sterk vond dat uitgerekend een Rus – in het groenste land ter wereld, in Zweden, iets zegt over olie.” Het interview met Kutcherov blijkt een heet hangijzer te worden, een ongewilde hekkensluiter in de film, realiseert hij zich later. Dat Kutcherov bovenop al het andere misschien te veel was.

En het is ook veel vond ik zelf, zelfs – of misschien wel juist – door die rustige opbouw van de film, de afwezigheid van horror beelden, van wegdrijvende ijsbeertjes of populistische boze tongen. Ik probeer me voor te stellen hoe inderdaad klimaat ‘gelovigen’ dit beleven. De vraagtekens over de opwarming van de aarde en de menselijke rol daarin zijn op zichzelf al genoeg om je aan het wankelen te brengen, maar daarmee kun je nog denken, vooruit. Als iemand op het einde ook nog gaan vertellen dat de olie nog lang niet op is, en dat we maar 15 procent van de huidige voorraad nodig hebben, dan zit je wel naar de langste pijnlijke stilte in de hele film – en jezelf – te kijken. In Duitsland heeft Poels die brok-in-de-keel afsluiter van de film eruit gelaten, daar eindigt het nuchter – met boer Frits, bij een kampvuur.

Maar was dat niet juist zo’n ‘verantwoordelijke’ keuze om dat deel eruit te laten? Iets wat je juist niet wilt doen als filmmaker? Of deed je het omdat je wist dat de Duitse kijkers anders definitief zouden afhaken? Wat is eigenlijk het verschil? 

“Het verschil is dat ik inspeel op de reacties van het publiek om beter aan te sluiten op het doel: het debat! Ikzelf ken geen verantwoordelijkheid. De mensen geven me dat aan, ik speel er slechts op in. Wat ik niet wil is dat mensen volledig in coma worden geslagen door de inhoud van mijn film. Dat ik hun denken verlam. Dat gebeurde op veel plekken in Duitsland. Mensen die na de filmvertoning opstonden, me minutenlang doofstom aankeken en vervolgens verward en vertwijfeld de zaal uitliepen zonder discussie. Dat is niet wat ik wil. Mijn enige doel met deze film is het klimaatdebat openbreken. Als bepaalde scènes het debat in de weg zitten sta ik in dienst van het debat en probeer ik te kijken hoe ik mensen iets meer ruimte kan geven om nog kritisch in debat te willen gaan. Het doel en uitwerking van de film blijft hetzelfde alleen haal ik er een ingrediënt uit wat binnen het Duitse paradigma beter functioneert.”

Ook speelt een rol dat de film al zo hard aanschopt tegen het ego van de Duitse ‘Energiewende’ dat Poels zelfs zonder die scène zich op glad ijs begeeft. Filmisch doet het hem pijn om de scène weg te laten maar als activist moet hij simpelweg soms inleveren om uiteindelijk zijn doel te kunnen bereiken.

Stel dat het debat er ondanks jouw film niet komt, was het dan voor dit alles wel waard?

“Ik heb geprobeerd om een onderwerp te zoeken wat leeft. Als dat niet zo is, ben ik inefficiënt als filmmaker. En moet ik iets anders gaan doen. Maar natuurlijk wil ik ook iets bereiken, en dat het niet voor niets is geweest.” Nuchter en zonder stoer te willen doen zegt hij daarover nog: ’maar ja, een pionier komt altijd te vroeg’.

We hebben het nog over de toekomst van de planeet, over dat Freeman Dyson tegen hem had gezegd dat het heelal in de toekomst ook bereikbaar wordt voor de mens. “Het is gek genoeg daarom dat ik de toekomst niet zwart inzie of zo, helemaal niet zelfs. En wat ik over me heen krijg is niet hoe iedereen is. Het bevestigt mij ook dat ik een film heb gemaakt die ertoe doet.” Die ochtend had Poels nog een telefoontje van GroenLinks in Limburg gekregen. “Ik had laatst tegen hen gezegd: wat zou het goed zijn als jullie deze film zouden zien, waarom hosten jullie hem niet? Dat zou een statement zijn. Nu hebben ze na lang vergaderen gezegd dat ze naar een voorstelling komen. Dat is winst, een statement, ook dankzij de hulp van de bioscoopeigenaar in Sittard.”

Hij wil zijn plan voor een trilogie doorzetten, waarin hij in een vervolgfilm naar oplossingen voor milieuproblemen wil zoeken, bijvoorbeeld door te kijken hoe ze in Rusland boeren, “daar zijn ze nog heel zelfstandig en efficiënt”, maar hij weet financieel nog niet precies hoe. “Ik geloof dat ik er altijd wel uitkom want ik zoek altijd naar anderen wegen. En sowieso… wie doet mij nog wat?”

The Uncertainty Has Settled is deze maand te zien in Helmond (22 juni, 20.00 uur) , Gent (23 juni, 20.00 uur) en Sittard (24 juni, 15.00 uur) en zal vanaf september 2017 online te streamen zijn via Itunes en Vimeo. Voor een complete lijst van speeldata, kaarten bestellen en meer info, kijk hier.

 

Bron hier.

‘The Post Online’ meldt: Dit artikel kwam tot stand dankzij uw giften. Doneer vandaag nog voor nog meer, meer, meer Sietske Bergsma op TPO.nl.

avatar

Sietske Bergsma (de wereld, vorig millennium) is schrijfster en ’schreckliches Kind’ sub rosa. Inlevend en doordacht. Bewust gehuwd moeder. Zelfreinigend.

Steun direct Sietske Bergsma

Doe een rechtstreekse donatie aan deze auteur en blijf nieuwe bijdragen mogelijk maken: (Dit stuurt je naar een betalingspagina)