Big Brother.

Onder de titel, ‘Roep duurzaamheid uit tot speerpunt’, schreef Annieke Kranenberg, ombudsvrouw van de Volkskrant, onlangs:

Lezers willen meer aandacht voor klimaat, milieu en natuur. De redactie kan duurzaamheid tot speerpunt uitroepen, zonder activistisch te zijn.

Klimaatverandering is de grootste bedreiging van onze tijd, maar het is supermakkelijk om je ogen ervoor te sluiten’, valt de lezer met de deur in huis. De grootste dreiging komt volgens de 28-jarige vrouw niet van klimaatontkenners, maar van ‘alle mensen die het wel geloven en dondersgoed weten, maar waarvoor het makkelijk is het ook weer even te vergeten.’ Ze herkent het mechanisme bij zichzelf. ‘Je voelt de urgentie gewoon niet.’

Daarom wil ze dat de krant – háár krant – haar bij de les houdt. Dat gebeurt, vindt ze, te weinig. ‘Waarom schrijft de Volkskrant wel dagelijks over Trump, maar zijn de grote klimaatverhalen schaars, of verplaatst naar ‘wetenschap’? Klimaat is allang geen wetenschap meer maar politiek, binnenland, buitenland, oorlog, vrede, vluchtelingen – alles!’

Soortgelijke hartenkreten komen vaker uit de boezem van lezers. De redactie zou te weinig structurele aandacht hebben voor klimaat, duurzaamheid en natuur. ….

Zulke mails roepen op de redactie zowel geërgerd gezucht als volmondige instemming op. De eerste groep zegt: die verhalen zijn er wel of komen nog (de groene wenken verschijnen eerdaags), er staat alleen geen waarschuwing bij te knipperen dát het over het klimaat gaat. Deels klopt dat wel. ….

De hoofdredactie is bovendien zeer beducht voor activisme, zoals The Guardian dat bijvoorbeeld doet. De Britse krant roept lezers op mee te doen aan de campagne ‘Keep it in the ground’ (houdt fossiele brandstoffen in de grond). ‘We zijn geen wereldverbeteraars’, zegt de hoofdredacteur. ‘We willen goede journalistiek bedrijven.’

Activisme zal vroeg of laat de journalistieke geloofwaardigheid eroderen. In een alarmistische toon schuilt een gevaar. Telkens roepen dat er brand is terwijl alleen kringeltjes rook aan de horizon verschijnen, kan op den duur tot schouderophalen leiden. …

De hoofdredactie is wars van betutteling, maar tussen ‘volledig milieuneutraal berichtgeven’ en ‘niet willen optreden als groene politie’ zitten wel een paar schakeringen. …. enz.

Per saldo vindt de ombudsvrouw echter dat de Volkskrant zich pro-actiever zou moeten opstellen en doet zij een aantal suggesties daarvoor.

Lees verder hier.

Persoonlijk vind ik dat de Volkskrant (evenals vele andere MSM) zich al tientallen jaren te alarmistisch heeft opgesteld en daarmee de klimaathysterie heeft aangewakkerd. Uitgangspunt van de berichtgeving is de hypothese – of beter gezegd: het dogma – dat de mens door het verstoken van fossiele brandstoffen, waarbij CO2 vrijkomt, een dominante invloed uitoefent op de opwarming van de aarde (eigenlijk: atmosfeer). In werkelijkheid is dat echter niet het geval. Er is reeds zo’n 20 jaar nauwelijks sprake van enige opwarming, ondanks verhoging van de CO2-concentratie in de atmosfeer.

Het standpunt van de klimaatsceptici is dat de menselijke broeikashypothese zowel op grond van waarnemingen als theoretische overwegingen als verworpen dient te worden beschouwd. Hierdoor is het klimaat- cum duurzame energiebeleid wetenschappelijk gezien op losse schroeven komen te staan. Maar daarover hebben wij in al die jaren bijna nooit iets kunnen lezen in de krant. M.a.w. de lezers worden eenzijdig voorgelicht. Dat is m.i. onaanvaardbaar voor een krant die zich wenst te profileren als kwaliteitskrant.

Naast de ineffectiviteit van het klimaatbeleid (de CO2-uitstoot stijgt de laatste tijd weer!), de hoge kosten en de schadelijke gevolgen voor de economie en de portemonnee van de burgers, zijn er ook niet-materiële negatieve gevolgen van het beleid, waardoor een ongekende inperking van onze vrijheid dreigt. Daarover wordt men in ons land en vele andere Europese landen niet of nauwelijks door de media geïnformeerd.

Dat was het onderwerp van een recente ‘posting’ van Marian L. Tupy op ‘CapX’ onder de titel: ‘The totalitarianism of the environmentalists’. Ik pik er een aantal elementen uit.

Late last year, I gave a talk about human progress to an audience of college students in Ottawa, Canada. I went through the usual multitude of indicators – rising life expectancy, literacy and per capita incomes; declining infant mortality, malnutrition and cancer death rates – to show that the world was becoming a much better place for an ever growing share of its population.

It seemed to me that the audience was genuinely delighted to hear some good news for a change. I had won them over to the cause of rational optimism. And then someone in the audience asked about climate change and I blew it.

While acknowledging that the available data suggests a “lukewarming” trend in global temperatures, I cautioned against excessive alarmism. Available resources, I said, should be spent on adaptation to climate change, not on preventing changes in global temperature – a task that I, along with many others, consider to be both ruinously expensive and, largely, futile.

The audience was at first shocked – I reckon they considered me a rational and data-savvy academic up to that point – and then became angry and, during a breakout session, hostile. I even noticed one of the students scratching out five, the highest mark a speaker could get on an evaluation form, and replacing it with one. I suppose I should be glad he did not mark me down to zero.

My Ottawa audience was in no way exceptional. Very often, when speaking to audiences in Europe and North America about the improving state of the world, people acknowledge the positive trends, but worry that, as Matt Ridley puts it, “this happy interlude [in human history will come] to a terrible end.” Of course, apocalyptic writings are as old as humanity itself. …

Vervolgens beschrijft de auteur enkele voorbeelden daarvan, die in verschillende culturen voorkomen.

Er wordt vaak beweerd dat de Islam een bedreiging vormt voor onze westerse levensstijl. Maar dat is kinderspel vergeleken bij de extrapolatie van de mogelijke gevolgen van het huidige klimaatbeleid, zoals dat door extremistische voorstanders daarvan wordt bepleit.

That said, I wonder how many global warming enthusiasts have thought through the full implications of their (in my view overblown) fears of a looming apocalypse. If it is true that global warming threatens the very survival of life on Earth, then all other considerations must, by necessity, be secondary to preventing global warming from happening.

That includes, first and foremost, the reproductive rights of women. Some global warming fearmongers have been good enough to acknowledge as much. Bill Nye, a progressive TV personality, wondered if we should “have policies that penalise people for having extra kids.”

Then there is travel and nutrition. Is it really so difficult to imagine a future in which each of us is issued with a carbon credit at the start of each year, limiting what kind of food we eat (locally grown potatoes will be fine, but Alaskan salmon will be verboten) and how far we can travel (visiting our in-laws in Ohio once a year will be permitted, but not Paris). In fact, it is almost impossible to imagine a single aspect of human existence that would be free from government interference – all in the name of saving the environment.

These ideas might sound nutty, but they are slowly gaining ground. Just last week, a study came out estimating the environmental benefits of “having one fewer child (an average for developed countries of 58.6 tonnes CO2-equivalent (tCO2e) emission reductions per year), living car-free (2.4 tCO2e saved per year), avoiding air travel (1.6 tCO2e saved per roundtrip transatlantic flight) and eating a plant-based diet (0.8 tCO2e saved per year).” …

And that brings me to my final point. Since the fall of communism, global warming has been, without question, the most potent weapon in the hands of those who wish to control the behaviour of their fellow human beings. Lukewarmists like me do not caution against visions of an environmental apocalypse out of some perverse hatred of nature. On the contrary, concern for the environment is laudable and, I happen to believe, nearly universal. But, environmentalism, like all –isms, can become totalitarian. It is for that reason that, when it comes to our environmental policies, we ought to tread very carefully.

Aldus Marian L. Tupy.

Lees verder hier.

Kortom, klimaatbeleid maakt meer kapot dan je lief is.

Voor mijn eerdere bijdragen over klimaat en aanverwante zaken zie hierhier, hier, hier en hier.