Afgelopen zaterdag pakte de Volkskrant breed uit met een uitvoerig interview van Marco Visscher met James Hansen.

Marco Visscher houdt zich al tijden met milieu en klimaat bezig en behoort naar mijn oordeel tot de Nederlandse top op zijn terrein.

James Hansen wordt wel de ‘godfather’ van de klimaathype genoemd. Als directeur van het ‘NASA Goddard Institute for Space Studies’, een van de oerbronnen van het klimaatalarmisme, predikt Hansen al vele jaren hel en verdoemenis: metershoge zeespiegelstijging in de nabije toekomst door opwarming van de aarde (eigenlijk atmosfeer) door CO2, als gevolg van het verstoken van fossiele brandstoffen. Hij verwijdert zich daarmee vèr van de mainstream in de klimatologie. Een pikant detail: in het begin van de jaren zeventig maakte de jonge Hansen nog deel uit van de ‘global cooling consensus’!

Voor een degelijke bespreking van een van de meest spraakmakende recente publicaties van Hansen zie Judith Curry hier.

Formeel is het ‘Goddard Institute’ een onderdeel van NASA. In de praktijk is het semi-autonoom. Zó autonoom dat velen binnen NASA het als een nagel aan hun doodkist beschouwen.

In het interview bekende Hansen dat zijn relatie met het moederbedrijf niet door wederzijdse warme gevoelens werd gekenmerkt. Op de vraag, ‘Voelt u zich meer op uw gemak als activist nu u niet langer werkt voor de NASA?’, antwoordde hij:

‘Absoluut. Ik voelde me steeds ongemakkelijker en dat was geheel wederzijds. Even voordat ik ontslag nam, was de leiding van plan tegenover mijn kamer een camera te plaatsen. Dat was zogenaamd voor mijn eigen veiligheid, maar ze wilden natuurlijk weten wanneer ik wegging, mogelijk op weg naar een protest. Een collega had al eens gedaan alsof hij ook een activist was, dus moest ik hem op de hoogte houden als ik weer eens actie ging voeren. Dat was hem natuurlijk opgedragen door de baas, haha!’

Hansen trekt nationaal en internationaal veel aandacht met zijn onheilsprofetieën en Messias-complex. Dat geldt niet voor andere NASA-wetenschappers, die zijn alarmisme veroordelen, zoals vervat in een brief van 49 voormalige NASA-wetenschappers, waaronder 7 astronauten. Daarover hebben de Nederlandse media bij mijn weten nooit bericht.

De uitspraken van Hansen doen mij steeds weer denken aan een van mijn favoriete klimaatfilms: ‘The Boy Who Cried Warming‘, een werkelijk excellente film, zowel qua (wetenschappelijke) inhoud als indrukwekkende visuele effecten en muziek. Ook mijn eigen minuscule bijrolletje in deze rolprent (37.30, 48.35, 49.50 en 50.47) is misschien een leuk detail voor mijn trouwe lezers (grapje!).

Onder de titel, ‘Hij waarschuwde als één van de eersten voor klimaatverandering en nu omarmt hij kernenergie’, schreef Marco Visscher:

‘Kernenergie is de volgende logische stap in onze energievoorziening, het verzet ertegen is krankzinnig’. Klimaatconferenties zoals die in Bonn hebben geen enkele zin, zegt James Hansen, ex-Nasa-topman en prominent klimaatwetenschapper. Tenminste, niet zolang we blijven geloven dat wind- en zonne-energie de oplossing zijn.

Hij behoorde tot de de eerste wetenschappers die waarschuwden voor klimaatverandering. Zijn verklaring voor het Amerikaanse Congres in 1988 zette het onderwerp op de politieke agenda. Legendarisch werd zijn ongeduldige reactie op verslaggevers destijds: ‘We moeten eens stoppen met al dat geouwehoer.’ Als hoofd van het Goddard Institute for Space Studies, de afdeling van Nasa die zich bezighoudt met atmosferische veranderingen, schreef hij talloze studies en rapporten. Ze kregen aanzien én kritiek van vakgenoten. Enkele van zijn voorspellingen bleken akelig accuraat, van andere moet dat nog blijken.

Maar terwijl James E. Hansen de bewijzen en aandacht voor de mondiale opwarming zag toenemen, raakte hij gedesillusioneerd over het falende klimaatbeleid. Hij ontpopte zich steeds meer tot een activist. Diverse malen liet hij zich arresteren bij protesten tegen fossiele brandstoffen. Zo steeg hij in aanzien bij de activisten. Toch geldt hij ook in deze kringen als omstreden. De reden: zijn omarming van kernenergie in de strijd tegen CO2-uitstoot.

Om de urgentie van een pragmatische aanpak te benadrukken, was Hansen (76) deze maand aanwezig bij de klimaatconferentie in Bonn. Hij is net klaar met een persconferentie als we gaan zitten voor een gesprek.

Wat verwacht u van klimaatconferenties zoals deze in Bonn?

‘Verdomd weinig. Politieke leiders zeggen wel dat we catastrofale veranderingen in het klimaat moeten voorkomen, maar al die woorden, al dat gepraat: het is bullshit. De mondiale uitstoot van CO2 stijgt nog steeds.’ …

U wilt een belasting op fossiele brandstoffen. Hoe zou dat moeten werken?

‘Het is niet een belasting die in de schatkist van de staat verdwijnt, want dat zouden de conservatieven nooit goedkeuren. Ik bepleit een dividenduitkering, waarbij een geldbedrag wordt opgehaald bij de fossiele bedrijven, dat rechtstreeks en gelijk over alle burgers wordt verdeeld. Zo krijg je een eerlijk speelveld, waarop verschillende energievormen met elkaar kunnen concurreren. Bovendien komt de uitkering vooral de lagere en middeninkomens ten goede, zodat de economie een impuls krijgt. Er is geen reden om het niet in te voeren, behalve dat het sterk wordt tegengewerkt door de fossiele industrie.’

De gedachte van een heffing, waarvan de opbrengsten aan de burgers zou moeten worden teruggegeven, duikt steeds weer opnieuw op – niet alleen op het gebied van klimaat. Voor zover mij bekend is daarvan geen enkel voorbeeld in de praktijk. Dit soort heffingen plegen in de regel in de schatkist te verdwijnen.

Duitsland, gastheer van de klimaatconferentie, probeert tot een energietransitie te komen door volop in te zetten op zon en wind. Wat vindt u daarvan?

‘Het is goed dat er een land is waar zo’n grootschalig experiment wordt uitgevoerd. De resultaten geven alleen geen indicatie dat het werkt of ooit zal werken.’

Hoezo? Duitsland behoort toch tot de internationale koplopers bij het opwekken van elektriciteit uit zon en wind?

‘Ja, dat is waar, maar deze energie kunnen we nog niet langdurig en betaalbaar opslaan. Wanneer de zon niet schijnt en de wind niet waait vallen de Duitsers terug op grote centrales die draaien op aardgas, steenkool en zelfs bruinkool. Daardoor neemt de Duitse CO2-uitstoot niet af, maar toe. Dit is geen goede strategie.’

Duitsland is volgens u niet het inspirerende voorbeeld waarvoor organisaties als Greenpeace en GroenLinks het houden?

‘Absoluut niet. Zon en wind leveren nog altijd maar een klein percentage van alle energie. Ik ben niet tegen zon en wind. Maar ik ben blij dat ze bij de overheden in landen als India en China doorgaans technisch veel beter zijn onderlegd dan in het Westen en dus niet alleen beseffen dat schone energie belangrijk is, maar ook dat je er met zon en wind lang niet zult komen. Wij hebben te maken met een noodtoestand. Als we niet snel komen met een haalbare en schaalbare oplossing voor veilige CO2-vrije energie, zullen onze kinderen en kleinkinderen dat moeten doen – en zij zullen nóg minder tijd hebben om de schade die wij veroorzaken te repareren.’

De vermeende schade manifesteert zich tot dusver uitsluitend in de virtuele werkelijkheid van de klimaatmodellen.

Waarom bent u voor kernenergie?

‘Kernenergie is de volgende logische stap in onze energievoorziening. We begonnen met hout dat we gingen opbranden. Toen vonden we steenkool: dat was zo gecondenseerd dat je er veel minder van nodig had om veel meer energie te verkrijgen. Daarna kwam aardolie en daarna aardgas: telkens een stapje verder, met telkens minder CO2-uitstoot. En toen kwam het veel schonere kernenergie met nóg weer een hogere energiedichtheid ….

Klimaatactivisten zien liever dat u kernenergie vergelijkt met groene energie uit zon en wind.

‘Zolang er geen goede opslag is voor deze energie, kun je zon en wind niet serieus vergelijken met kernenergie: noch in de opbrengst, noch in de prijs. Het verzet tegen kernenergie is echt krankzinnig.’ ….

‘Hun goede bedoelingen zijn niets waard als zij met hun irrationaliteit de toekomst van onze planeet en onze kinderen bedreigen. Klimaatverandering is het grootste probleem waar de mensheid voor staat. Juist deze groene organisaties zouden voorop moeten lopen bij het afzweren van fossiele brandstoffen en het ondersteunen van realistische alternatieven. Ze doen alsof ze het beste voor hebben met de planeet, maar hun eigen voortbestaan vinden ze uiteindelijk net iets belangrijker.’ …

Vindt u het niet bezwaarlijk wanneer wetenschappers zich zo sterk inlaten met de politiek?

‘Integendeel. Ik vind dat wetenschappers een verantwoordelijkheid dragen om de resultaten en implicaties van de wetenschap helder over te brengen naar het publiek. Dat zie ik als een verplichting.’

Heeft iets in uw werk van de afgelopen decennia u trots gemaakt?

(Lange stilte) ‘Het probleem is dat we niet succesvol zijn geweest in het stoppen van de klimaatverandering. Het is allemaal nog steeds één grote mislukking. Er moet nu snel verstandig beleid komen, zodat we het omslagpunt kunnen afwenden waarop de veranderingen onomkeerbaar zijn. Pas wanneer blijkt dat we nog niet te laat zijn, kunnen we bepalen of we iets hebben gedaan waar we trots op kunnen zijn. De komende twintig jaar zullen interessant worden. Ik blijf graag nog even gezond om het mee te maken.’

Aldus het boeiende interview van Marco Visscher met James Hansen in de Volkskrant.

Lees verder hier.

Hansen’s opvattingen over de ontwikkeling van het klimaat lijken mij ontsproten aan een overspannen fantasie en geheel losgezongen van de werkelijkheid. Zijn opvattingen over kernenergie lijken mij daarentegen reëel.

Maar bij dit alles mogen we niet vergeten dat kernenergie (thans nog?) hoofdzakelijk geschikt is voor elektriciteitsopwekking. Die telt slechts voor 15 – 20% van onze totale energiebehoefte. En de rest – het leeuwendeel?

Als één van de argumenten om de politieke steun voor hernieuwbare energie te mobiliseren, wordt steevast de wenselijkheid van verminderde afhankelijkheid traditionele leveranciers van fossiele brandstoffen genoemd. Afgezien van het feit dat zulks volkomen illusoir is, strookt dit ook niet met de visie van de OPEC – een visie die de organisatie graag met ons wil delen.

Zie hier wat ze voor ons in de aanbieding hebben. Daaruit blijkt dat ze graag willen blijven leveren. Dat is een geruststellende gedachte, waaraan we meer hebben dan de luchtfietserij van de voorstanders van ‘hernieuwbaar’. Dat neemt niet weg dat het onderzoek naar alternatieven dient door te gaan.