Zij die het rechte pad bewaren.

Een gastbijdrage van leonardo da gioiella.

Het kan nooit kwaad om, wanneer je een verhaal leest, of een film ziet, het by-association-effect te laten werken, en zo je kijk op een specifieke zaak of op de loop der dingen te herzien. Dat is mij heel recent weer eens overkomen, bij het zien van een Youtube video – waarover straks.

Het woord ouderling is hier enkele malen gevallen. Dat is wat afstandelijk uitgedrukt: ik heb een paar keer de aanduiding ouderling gebruikt. Het is mijn bedoeling om mijzelf hier nader te verklaren, om het begrip een duidelijke lading te geven.

Een mens moet zijn verhaal altijd op één of andere manier inleiden. Als ik dus in de eerste inleidende zin meedeel dat ik mijn kijk op de loop der dingen ga herzien, en in de tweede inleidende zin zeg dat ik het gebruik van het woord ouderling ga toelichten, dan mag niet op voorhand geconcludeerd worden dat ik het als een ongeleid projectiel afvuurde, en dat ik sorry ga zeggen voor het gebruik van dat woord. Zoals in de fallacy

AGW is een theorie en er is geen andere logische conclusie te trekken dan dat CO2 verantwoordelijk is voor de opwarming sinds het begin van de vorige eeuw. AGW is dus bewezen!

of in de fallacy

Er zijn meer wetenschappers die aannemen dat AGW er is, dan die vinden dat er geen sprake van is. Dat betekent: “the science is settled”!

Neen, neen, neen. Driewerf nee. Eerst even het verhaal lezen.

De bedoeling is dat het begrip ouderling aan het eind van mijn betoog staat als een woonark die op de rotsen is gelopen.

De lezer kent natuurlijk het woord ouderling wel, maar ik denk toch dat het nodig is om hem/haar even bij te praten. Het woord komt vreemd genoeg – vind ik vreemd sinds ik dat filmpje heb gezien – niet in de bijbel voor. Maar je leest wel vaak over de ouden bij de poort, of de oudsten van het volk, of de ouderen die bijeengeroepen worden – niet zelden om van een misdraging een halsmisdaad te maken en het oordeel stenigen uit te spreken.

Welnu, een ouderling is binnen de kerk een ambtsdrager die wel als een oudste mag worden gezien. Mijn vader was ouderling, en ik mocht hem wel als oudste oudste zien, want hij mocht mee naar de classisvergadering en naar de synode.

Zijn functie verschilde niet veel van die van een oudste. De oudsten werden er steeds bij geroepen als er een geschil was, en zo’n geschil betrof eigenlijk altijd de interpretatie van de wil van God. En daar waren oudsten, en daar zijn ouderlingen meesters in. Ik herinner mij van mijn vader dat hij een keer zijn kinderen – niet gering in aantal – vermanend toesprak: als jullie niet in de maagdelijkheid van Maria geloven ga je naar de hel. Ik was nog jong en wist nog niet van maagden en maagdelijkheid, maar mijn oudere broers en zusjes dachten er kennelijk meer van af te weten dan mijn vader.

En zo heb ik een keer de behandeling van een dwalende mogen beleven.

Mijn oom was afvallig geworden, dat wil zeggen: hij kerkte niet meer. Mijn vader heeft toen twee zusters van de kerk, ongetrouwd en zeer gelovig, op hem afgestuurd, om te zien of hij terug wilde keren naar de kudde, eer dat het onvermijdelijke hel en verdoemenis uitgesproken zou moeten worden. Ik zat er bij, als minder kleine jongen, toen die zusters verslag kwamen uitbrengen bij mijn vader, in zijn hoedanigheid van ouderling. Ze hadden mijn oom, in hun woorden, voor de poorten van de hel weggesleept. Er is toen nog lof geprezen en dank gezongen.

Let wel, verslag doen bij de ouderling. Niet bij de dominee! (Ja, we komen al in de buurt van dat filmpje, dat mijn kijk op de loop der dingen heeft aangetast, nog even geduld.)

Vergissen jullie je niet in de zwaarte van het ambt van ouderlingen. Of in de verantwoordelijkheid die ze dragen. Of de zeggingskracht die ze hebben. In het calvinistische landje waren het de diepgelovigen, die zich getransformeerd hadden tot ouderling, die in mijn jeugd aan het bekvechten waren over wel of geen ijsje op zondag: lees jij nou Romeinen 13 vers 12 maar eens … oh jij hebt zeker Genesis 3 vers 9 overgeslagen … wel nomdeju, kijk jij eens even in de brieven van Petrus … hoe dan ook, terwijl de gewone gelovigen vonden dat het zo langzamerhand wel moest kunnen, dat ijsje op zondag, waren de ouderlingen er nog lang niet aan toe, dus ook hier: hel en verdoemenis.
Haha, en terwijl de ouderlingen nog “discussieerden” stond dominee allang op zondagmiddag met zijn kinderen bij de ijskar: en wat voor een ijsje wil mijn lieve kleine meid hebben? Vandaar dat die ouderlingen ook mee mochten … wat zeg ik, mee moesten naar de synode. Dominee mocht eens te lichtvoetig zijn.

Ouderlingen waren dus kerkelijken die nooit afweken van het rechte pad? Uhh, dat is iets te gemakkelijk gezegd. Het woord ouderling komt wel een keer voor in de deuterocanonieke boeken, geschriften die niet canoniek zijn, maar wel weer gezaghebbender dan een apocrief. Het betreft een aanvulling op het boek Daniel. Daarin wordt het verhaal verteld van Susanna en de ouderlingen. Dat is niet zo’n mooi verhaal. Jullie moeten het maar eens nalezen. Rembrandt heeft er studies aan gewijd, Artemisia Gentileschi heeft het geschilderd.

Wel, het verhaal eindigt er mee dat die twee oudsten des volks nu de doodstraf horen uitspreken die ze eerst aan een onwillige Susanna hadden willen opleggen.

Dat soort ouderlingen zijn er dus ook: die van complotten, cherry picking, valse getuigen, doelpalen verzetten, allerhande fallacies (de quotes hierboven zijn dan ook van ouderlingen).

Richard Lindzen.

Het is hier en nu het moment, om het filmpje dat mijn wereldbeeld zo heeft doen kantelen, te bekijken. Het heeft niet zo veel te maken met wat ik hier nu op Climategate.nl als problematiek aan de orde stel. Het gaat wel over iets dat ook een geloof is geworden. Maar het punt dat mij raakt komt niet anders in het filmpje voor dan by association.

Het is een filmpje van Richard Lindzen / Prager U en het legt iets uit over de meningsverschillen in het geloof waar Lindzen voor heeft doorgeleerd. Hier vielen de schellen van mijn ogen; ik bezag de maatschappelijk sociale functie van de ouderling, zijn historische noodzakelijkheid, plotseling met heel andere ogen.

Lindzen constateert dat de dominees van zijn terrein over het algemeen goed met elkaar kunnen praten (ik zie dat iets anders) en constateert vervolgens dat er een derde groep is die het misverstand over maatschappelijke ontwikkelingen uitbuit. Lindzen constateert dat, zodra zich een maatschappelijk probleem van grotere orde aandient, de overheid met zakken met geld gaat smijten, en dat er grote bedrijvigheid ontstaat, kippendrift, waarbij dat geld rondgepompt wordt. En beziet dan het cashing in effect. Daar komen de mogols van de media op af, daar komen de graaiers en snaaiers op af, en daar komt die hele grote doos met oudgedienden op af, oudgedienden onder de politici, wel te verstaan. Dat is begrijpelijk. Er is geld en aanzien te verdienen.

Wat minder begrijpelijk is: waarom zetten Volkskrant, NRC, NPO hun reputatie als objectieve nieuwsvoorzieners op het spel; waarom kunnen ze, waarom durven ze tegengeluiden te onderdrukken – en vertellen ze zelfs dat ze dat doen?

Wat bijna begrijpelijk is, maar niet helemaal: hoe durven niet al te arme grote jongens hun geld in te zetten op iets waarvan nog niet zeker is dat het groot gaat worden; ze durven wel een gokje, die mannen, maar zo gedecideerd, zo zonder enige twijfel?

Wat totaal onbegrijpelijk is: hoe durft de oud-politicus Nijpels dat beetje reputatie dat ie nog heeft – denk aan DSB – op het spel te zetten en het stuur in handen te nemen van een zeer ongewisse activiteit, dat gemakkelijk kan leiden tot een tafereel zoals we dat in 1672 gezien hebben.

Wel, het was onbegrijpelijk voor mij. En Lindzen zegt er niks over. En toch begreep ik het ineens na het zien van dat filmpje.

Hier komen de ouderlingen om de hoek kijken. Bij het uitbuiten van het misverstand, van die grote onzekerheid in de maatschappelijke ontwikkelingen spelen de ouderlingen een belangrijke rol. Het is hier waar onze ouderlingen hun status bevestigen. In zekere zin zijn deze nieuwe onverdraagzamen de steunpilaren van een samenleving in wording.

De mogols die de baas zijn van de schrijvertjes in de kranten, de talking heads op het scherm, de grote jongens met hun geld, en de iets minder groten met iets minder geld, en meneer Nijpels al helemaal, hebben weet van wat een enabler vermag, hebben weet van de hefboomfunctie van de facilitator. Er zijn er altijd een paar die hun hele ziel en zaligheid gooien in het nieuwe denken, en er is één ding waar die mensen heel goed in zijn, en waar de kudde van meelopers altijd gevoelig voor is: zij die niet meespelen bepreken en hen die volharden in het kwaad hel en verdoemenis voorhouden.

Nijpels, én Samsom en alle kompanen in het graaien naar macht en geld weten één ding heel goed: de massa van het volk luistert naar wat de ouderlingen zeggen en buigt deemoedig het hoofd. En die paar mensen die tegenspartelen worden op één of andere wijze overschreeuwd – lees nou Exodus 10 vers 20 maar … jij snapt niks van Jeremia 34 vers 27 … jij zaait twijfel … je moet eerst eens nadenken voor je wat zegt … of, niet in één woord, maar in één puntjeszin, vol dikke uitroepvraagtekens: “Al die fouten? Al die leugens? Al die loze beweringen? Al die ongefundeerde stemmingmakerij?”

Net als de mogols, en net als de rijkere jongens, en net als de versleten politicus, proberen de fanatieke hulpjes in te cashen. Ze betekenen nog niks, maar straks, als de strijd gestreden is, zullen ze een lintje opgespeld krijgen als de vaandeldragers van de nieuwe orde, vast en zeker. En wie weet, wie weet, mogen ze misschien wel mee naar de synode.

Vroeger dacht ik dat het de hogepriesters waren die het volk dom en nederig hielden tegenover de vorst, die de verdeling van macht en geld ondersteunden. Maar nu weet ik beter: ook de hogepriester kan niet zonder de man die weliswaar uit het volk gehaald is, maar wel van het volk is, dat fanatieke hulpje dat maakt dat het volk bij onheilsboodschappen stil wordt, en nederig en deemoedig het hoofd buigt.

Het is de ouderling die de ongelijke spreiding van kennis macht inkomen bevestigt en in stand houdt.

Uit welk soort volk ze komen is uitstekend geanalyseerd, en door mij al eens eerder hier aangehaald:

The origins of warmism lie in a cocktail of ideas which includes anti-industrial nature worship, post-colonial guilt, a post-Enlightenment belief in scientists as a new priesthood of the truth, a revulsion against the widespread increase in wealth and a belief in world government. … protest movements which involve dressing up and disappearing into woods and a dislike of the human race [stating:] the world has cancer and the cancer is man.

Dat de media verzwijgen wat er precies aan de hand is, het wordt niet alleen goedgekeurd, ze doen er aan mee. Dat er graaiers en snaaiers op afkomen, het past wel niet bij hun bezorgdheid voor de wereld in het algemeen en de Bangladeshi in het bijzonder, maar soit. Dat politici nauwelijks een project van de grond kunnen krijgen, laat staan beëindigen: het deert ze niet. Waar gehakt moet worden, zullen spaanders vallen.

Hun strijd gaat niet meer over verbetering van de wereld, het gaat om de redding van de wereld. Die strijd is heilig, en, zoals bij het ontstaan van het Christendom de kruistochten en de inquisitie horen – en nog wel wat meer ellende – zo hoort hier bij het verketteren: jij wilt zeker verzuipen.

leonardo da gioiella.

Pardon, neem me niet kwalijk zeg, maar weet wel: jij verzuipt niet alleen, zoals een ongelovige in z’n eentje naar de hel moet, nee, alle goedwillende mensen zullen met jou verzuipen omdat jij het kwade niet alleen wilt, jij hebt het kwade gezocht en gepromoot.

En omdat het op de tv is geweest, en op de tv is, en op de tv zal zijn, buigen de eenvoudige gelovigen deemoedig het hoofd

Zo wordt het cashing in van het nieuwe grote gebeuren, dat altijd weer tot nieuwe ongelijkheid leidt, en nooit tot meer gelijkheid, door de ouderlingen van deze nieuwe wereld, met al hun anti-industrial nature worship en belief in world government, voor lief genomen en zelfs goedgepraat.

Zie hier de nieuwe klasse van de nieuwe orde: enablers en facilitators.