Een bijdrage van Jeroen Hetzler.

Ooit hadden wij de illusie dat het stembusresultaat nog enige sturing gaf aan het democratische proces. Vooral de verzuiling van toen zorgde voor helder afgebakende resultaten. Alles bij elkaar had de burger de idee zich in wisselende mate vertegenwoordigd te voelen.

Hierin is zichtbare verandering gekomen na de verkiezingen van 2017. Toen immers werd de democratisch gekozen PVV buiten spel gezet. Vanaf toen was het ideologisch planeconomisch partijkartel zonder achting voor de kiezer dominant geworden. Zo kwam een einde aan de Nederlandse democratie versterkt door het afschaffen van het referendum, nota ben op instigatie van D66.

Echter, al eerder was deze ontwikkeling te zien toen in 2013 de burger buiten spel was gezet bij het Nationale Energieakkoord. Er werd beslist over de burger zonder diezelfde burger. De Crisis- en Herstelwet en de Rijkscoördinatieregeling dienen nog steeds als instrumenten om de burger het zwijgen op te leggen en draagvlak af te dwingen omwille van het niet bestaande probleem van een CAGW-hypothese (door mensen veroorzaakte catastrofale opwarming).

Ook de ingenieurs die toen al hadden kunnen uitrekenen hoeveel de werkelijke kosten zouden bedragen, werden geweerd. De reden: angst om het zich toen al ontwikkelende proces van groepsdenken te verstoren. Dit groepsdenken, gepaard aan moral panic ofwel de zondebok, is een onderschat gevaar voor het voortbestaan van onze maatschappij en die van de generaties na ons.

Irving Janis.

De psycholoog Irving Janis introduceerde de term groepsdenken (Groupthink) in 1971 en dat had grote invloed op de opkomst van de groepsdynamica. Groepsdenken is een overdreven neiging om het met elkaar eens te zijn binnen een groep, iedereen wordt (subtiel) gedwongen de mening van de groep over te nemen. En vaak is dat het standpunt van de leider of van ‘hij/zij met de grootste bek’. Belangrijke informatie wordt genegeerd, alternatieven worden niet serieus genomen en slecht nieuws – dat is alles wat het behalen van het gezamenlijk doel in de weg staat – wordt door de groep naast zich neergelegd. De behoefte om deel uit te maken van een groep, een plek in de maatschappij te hebben of gewoon ergens bij te horen is zo fundamenteel dat mensen zich tot het uiterste zullen inspannen om het veilige groepsgevoel te behouden, in welke groepssamenstelling dan ook. Janis noemt dit verschijnsel dus groepsdenken en omschrijft het als volgt:

‘Groepsdenken is een denkvorm waarbij de neiging om het overhaast eens te worden het vermogen van de leden aantast om alternatieven een reële kans te geven’.

Kernenergie is bijvoorbeeld zo’n alternatief dat nu speelt. Hoe herkenbaar is dit?

Andersdenkenden binnen een groep worden gezien als een bedreiging voor het groepsbelang en worden als niet-loyaal gezien. Leiders of andere groepsleden, de zogenaamde mind guards, bedienen zich van ironie, sarcasme en cynisme om de afwijkende mening te ridiculiseren. Ze zorgen ervoor dat twijfelaars hun kritiek voor zich houden.

Bron: hier

Hiermee hangt het begrip morele paniek nauw samen.

Heksen, Joden en Klimaat

Morele paniek verloopt gefaseerd en begint met een stereotiepe en overdreven voorstelling van een gebeurtenis. Daarna wordt die gebeurtenis geassocieerd met schijnbaar soortgelijke gevallen en gepresenteerd als symptomatisch voor een sluimerend maatschappelijk probleem. Vervolgens wakkeren doemscenario’s de angst en onrust aan en escaleert het geheel tot er justitiële, politionele of juridische maatregelen komen. Soms ebt de paniek na een korte tijd weg, soms duurt de golf zo lang dat het zelfbeeld van de samenleving erdoor verandert. Voor de invloed op de samenleving maakt het weinig uit of de oorzaak van de morele paniek wel of niet een hersenschim is. Hier geldt het zogenaamde Thomas-theorema: als mensen situaties als werkelijk definiëren, zijn zij werkelijk in hun gevolgen. Niet de situatie zelf, maar de perceptie ervan geeft de doorslag.

Bron: hier

De gevolgen van groepsdenken kunnen bedreigend zijn. Miljoenen kunnen zich scharen achter een idee dat onjuist of zelfs immoreel is. De voorbeelden van dergelijke misdadige tirannieke regiems zijn maar al te bekend. Wanneer burgers niet meer nadenken en alles uit handen geven, dan is het kwaad geschied. De leiding komt dan in handen van, soms onkundige, tirannen.

Bij het klimaatbeleid – wat dit voor God spelen moge voorstellen – komt dat de burger door diverse media, met name de NPO, moedwillig verkeerd is geïnformeerd. Ook dit is deel van het groepsdenken. Erger nog, onze jeugd is volledig geïndoctrineerd op een manier die de Hitlerjügend en de communistische Komsomol niet zou hebben misstaan. Dit blijkt uit de spijbeldemonstraties.

Wij kunnen derhalve vaststellen dat het contemporaine groepsdenken joden en heksen als zondebok heeft vervangen door menselijke CO2 zonder wezenlijk te zijn veranderd. Morele paniek blijft dezelfde gevaarlijke ontwikkeling die tot foute beslissingen leidt met diepgaande negatieve gevolgen.

In het klimaatbeleid waren deze gevolgen al genoemd bij de astronomische kosten van het al even ondemocratische Energieakkoord in 2013. Groepsdenken weert andersdenkenden. Het klimaatakkoord is een herhaling van die zet: niet luisteren, maar weren. Wat opvalt is dat dit akkoord in oorsprong een links ideologische aangelegenheid is, maar waaraan coalitiegenoten als VVD en CDA zich met huid en haar hebben overgeleverd. De excuserende drogreden is dat niemand tegen het redden van de planeet en de nog ongeboren kindertjes kan zijn. De vraag echter is wat voorrang heeft: partij-ideologie of de generatie na ons.

Laat ik Theo Hiddema aan het woord in het boek Mr. Hiddema in de politiek:

Linkse mensen beschouwen zichzelf als betere mensen, dat is het anker dat zij hebben. … Links is een religie. Linkse mensen hebben steeds bevestiging nodig uit eigen kring en mogen vooral niet met andere mensen praten. Linkse mensen opereren onder groepsdwang en altijd met de gedachte: wij zijn uitverkoren.

Inderdaad, want klimaatbeleid wordt aangegrepen als middel om zich als deugmens te installeren of als raison d’être/geldingsdrang. Het gaat vanaf het begin af aan niet om klimaat, laat staan wetenschap of bekommernis om de generaties na ons, maar om de planeconomische ideologie van Maurice Strong die onze moderne maatschappij van de kaart wilde vegen Zie hier

We gaan verder:

Om dit misplaatste superioriteitsgevoel bevestigd te zien, wordt rechts aangevallen, bij voorkeur onder de gordel. Er zijn genoeg sectoren in de samenleving waar je niet voor je mening durft uit te komen.

We kunnen stellen dat groepsdenken, in dit geval klimaatbeleid, een bedenkelijk fenomeen is dat in geen gezonde democratie thuis hoort. Het is de betonrot van onze democratie en de opmars naar de reeds zichtbare tirannie van GroenLinks, D66 en CU en andere groepsdenkers. We mogen geen vlees meer eten, niet vliegen, benzineauto rijden, gas gebruiken, uitademen etc. Voor de groepsdenker zelf houdt het psychische en fysieke risico’s in. Immers, het leidt tot verturving in de denkpap, oikofobie, moreel verval, dwangneurose, iedereen de groene maat nemen, holler praten, langer wordende tenen door gebrek aan gelijk en langer wordende neus door toenemende leugens om het weerlegde sprookje van de CAGW-hypothese (door mensen veroorzaakte catastrofale opwarming) in stand te houden.

Derhalve geldt onverkort:

Ceterum censeo Legem Climae delendam esse.