Wij leven in het tijdperk van Phobos (angst) en diens tweelingbroer Deimos (paniek), beiden zonen van de oorlogsgod Ares.

Treffender kan onze maatschappij sinds het Rapport aan de Club van Rome niet worden weergegeven. Sindsdien leven wij in een staat van permanent opgedrongen angst en paniek, met als hoogtepunt de zoveelste mythe in deze reeks, die van de door mensen veroorzaakte catastrofale opwarming, die maar niet wil komen.

Hier is nog zo’n voorbeeld. In een oud artikel inzake het kernongeluk van Fukushima verscheen een beschouwing inzake stralingsnormen die een vergelijking maakt tussen de begrippen ALARA en AHARS. Het eerste betekent: As low as reasonably achievable. Het tweede: As high as reasonably save. Een wereld van (kosten)verschil voor kernenergie

Het eerste is zelfs verworden tot ALATA: As low as technically achievable. Roept associaties op met doorgeslagen voedselveiligheidseisen, dopingsnormen en de misplaatste angst voor asbest. Wij leven inmiddels in het genoemde tijdperk waarin elke wissewasje verheven wordt tot nationale ramp waarmee de burger de stuipen op het lijf worden gejaagd. Een obsessief streven naar een utopisch 0-risico waardoor de burger een constante staat van angst wordt aangepraat. Er is niets meer dat niet gepaard gaat zonder deze obsessie variërend van paracetamol, sla, een te hoge stoeprand tot kernenergie en klimaat.

Bron hier.

Het is duidelijk dat dergelijke doorgeslagen eisen eerder het risico van slachtoffers door angst en foute beslissingen vergroot dan dat ze de veiligheid bevorderen. Zulks gebeurde in Fukushima. Zie ook de miljoenen-verspilling van fipronil-eitjes en het louter emotioneel ingegeven besluit van Merkel om alle Duitse kerncentrales te sluiten, met alle negatieve gevolgen van dien.

Hoe dit werkt bij Fukushima? Zie nu eens bekeken door de ogen van een geheel onbevangen leek (Tinkebel) die is toegerust met genoeg gezond verstand om zelf op stap te gaan met een geigerteller.

Haar conclusies waren onthutsend ontnuchterend en bevestigden dat angst de regerende factor bleek. In het geval van Fukushima leidde die nodeloze angst uiteindelijk tot genoemde vele doden veroorzaakt door de paniek vanwege stress, mede met dank aan Greenpeace.

Greenpeace heeft een verwerpelijke reputatie van fearmongering wat betreft het blokkeren van kernenergie en genetisch gemodificeerd voedsel. De opstelling van Greenpeace kostte duizenden mensen, vooral kinderen, het leven. Greenpeace bij uitstek is de nijvere waterdrager van Phobos en Deimos. Tinkebel publiceerde onlangs een aanbevelenswaardig boek: Het gevaar van angst.

 

Ik meen te mogen constateren dat diezelfde doorgeslagen angst geleid heeft tot vergelijkbare doorgeslagen regelgeving wat betreft de kosten van kernenergie in Europa en de VS (EPA), tot onrealistische hoogte heeft opgedreven. Conveniërend in lijn met de opzet van links om kernenergie als superieure concurrent ten gunste van de zogenaamde ‘duurzame’ energiedragers, maar inferieure, door planeconomische en anti-democratische dwang uit te schakelen.

Ik kan mij niet onttrekken aan de gedachte dat met het door belastingen planeconomisch gestuurde opdrijven van de kosten van gas door Samsom vergelijkbaar is. Het gaat niet om welvaartsborging voor onze nakomelingen noch over het redden van het klimaat, maar om het opleggen van de eigen fossiele marxistische ideologie. Regulating to disaster van Diana Furchtgott-Roth kan ik dan ook aanbevelen.

Het is ironisch te constateren dat sommige klimaatbeijveraars (Figueres o.a.) communistisch China als voorbeeldregiem aanprijzen voor het doordrijven van de klimaatdoelen. Dit is een zeer zorgwekkende ontwikkeling. Zij beseffen niet dat China, India, Korea, e.a. juist door veel lagere kosten van kernenergie, vanwege realistischer en rationeler regelgeving, Europa en de VS links en rechts zullen inhalen.

Vanzelfsprekend zullen opkomende landen in bijvoorbeeld Afrika bovendien gevoeliger zijn voor concrete toegang tot goedkope stroom, en dus welvaartsgroei, dan voor het gewauwel van Europese duurzaamheidsmoralisten met hun windmolens en zonnepaneeltjes.

Geopolitiek maakt Europa zich tot een ontwikkelingsland met Merkel, Macron, Rutte, Klaver, Jetten, Nijpels en Samsom als koplopers. Verfrissend was dan ook het pleidooi van ecomodernist Shellenberger voor de bouw van nieuwe generatie 3 en 3+ generatie zoals EPR en AP1000. Die kunnen snel gebouwd worden en hoe meer er van gebouwd worden, des te goedkoper zullen ze worden, zo is ook de ervaring in China.

Hoe zit het nu met die kosten? Mondiaal blijken er nogal grote verschillen in bouwkosten. Rode draad is hierbij de verschillen in regelgeving mede gevoed door de mate van angst zoals eerder beschreven. Bron: Kernvisie.

Ook uit andere bronnen komt heldere informatie over kosten:

Nuclear power plants are expensive to build but relatively cheap to run. In many places, nuclear energy is competitive with fossil fuels as a means of electricity generation. Waste disposal and decommissioning costs are usually fully included in the operating costs.

Bovendien gaan dergelijke centrales 60 jaar mee met een leveringszekerheid van 95%. Er is derhalve geen reden om buitensporige negatieve maatschappelijke invloed te veronderstellen of welvaartsverlies, zoals wel het geval is bij bijvoorbeeld windmolens, zonnepanelen en biomassa.

The IEA-NEA Nuclear Energy Roadmap 2015 estimates China’s average overnight costs of approximately $3,500/kW are more than a third less than that in the EU of $5,500/kW. Costs in the US are about 10% lower than the EU, but still 30% higher than in China and India, and 25% above South Korea. In its main scenario, 2050 assumptions for overnight costs of nuclear in the United States and European Union are estimated to decline somewhat, reaching levels closer to those in the Republic of Korea, while costs in Asia are assumed to remain flat. In China it is estimated that building two identical 1000 MWe reactors on a site can result in a 15% reduction in the cost per kW compared with that of a single reactor.

Hier komen dus de effecten door regionale kostenverschillen naar voren vanwege regulering en wetgeving. Het is opmerkelijk dat dit verschil onvoldoende wordt begrepen en bij voortduring uit verband wordt getrokken. Zie hier

Het wordt dan ook tijd voor een verder vergelijkend inkijkje:

The overall cost competitiveness of nuclear, as measured on a levelised basis (see figure below on Comparative LCOEs and System Costs in Four Countries), is much enhanced by its modest system costs. However, the impact of intermittent electricity supply on wholesale markets has a profound effect on the economics of base-load generators, including nuclear, that is not captured in the levelised cost comparisons given by the International Energy Agency (IEA) – Nuclear Energy Agency (NEA) reports. The negligible marginal operating costs of wind and solar mean that, when climatic conditions allow generation from these sources, they undercut all other electricity producers. At high levels of renewable generation, for example as implied by the EU’s 30% renewable penetration target, the nuclear capacity factor is reduced and the volatility of wholesale prices greatly increases whilst the average wholesale price level falls. The increased penetration of intermittent renewables thereby greatly reduces the financial viability of nuclear generation in wholesale markets where intermittent renewable energy capacity is significant.

* LCOE plant costs have been taken from Projected Costs of Generating Electricity 2015 Edition. System costs have been taken from Nuclear Energy and Renewables (NEA, 2012). A 30% generation penetration level for onshore wind, offshore wind and solar PV has been assumed in the NEA estimates of system costs, which include back-up costs, balancing costs, grid connection, extension and reinforcement costs. A discount rate of 7% is used throughout, which is therefore consistent with the plant level LCOE estimates given in the 2015 edition of Projected Costs of Generating Electricity. The 2015 study applies a $30/t CO2 price on fossil fuel use and uses 2013 US$ values and exchange rates.

Tja, zonder steun is het niks gedaan met die ‘duurzame’ energiebronnen. Bron hier.

De kosten van ‘system’ zijn belangrijk om in de berekeningen mee te nemen, want juist deze verklaren de hoge kosten van hernieuwbare energiedragers i.t.t tot de zeer geringe potentiële invloed op het net van kerncentrales.

Bron hier.

Dit is niet verwonderlijk, gezien hun inferieure vermogensdichtheid. Hierbij moeten bovendien in acht worden genomen de onvoorspelbare leveringszekerheid, de beperkte technische levensuur en het inherente nadeel voor onze welvaart.

Hierover valt het volgende te lezen over welvaartsverlies door windmolens:

Het duurt ruim 36 jaar voordat een zwaaipaal (op land) zijn eigen investering heeft terugbetaald via de werkelijke waarde van de geproduceerde windstroom. [na 15 jaar is een windmolen technisch op JH]

Het duurt bijna 55 jaar voordat de molen op zee zijn eigen investering heeft terugbetaald via de economische waarde van de geproduceerde windstroom.

Bron: hier

Dat kan daarentegen van geen enkele gas-, kolen- of kerncentrale worden gezegd.

Zie hier

Duidelijk is wel dat kernenergie qua kosten in positieve zin met concurrerende kosten boven de subsidieverslindende inzet van wind, zon en biomassa uitsteekt. Ik ken daarentegen geen SDE+ of ODE vanwege kernenergie. De stroomkosten in Frankrijk zijn beduidend lager dan die in landen met ‘zwaar concurrerende’ gratis windenergie. Zie Denemarken en Duitsland na de Atomausstieg. Leuk als die sprookjes. Laten wij ons dus niet laten bedotten door uit de duim gezogen jubelverhalen over de ‘prestaties’ van natuurkundig inferieure energiedragers waarmee men poogt de aandacht af te leiden van de natuurkundig veruit superieure energiedrager kernenergie. Alles daar omheen bestaat uit demonisering, irrationele angst, onkunde, ideologie en kletspraat. Zie:

Although new nuclear power plants require large capital investment, they are hardly unique by the standards of the overall energy industry, where oil platforms and liquefied natural gas (LNG) liquefaction facilities cost many billions of dollars. Projects of similar magnitude can be found in the building of new roads, bridges and other elements of infrastructure. Many of the risk-control and project management techniques developed for these projects are equally applicable to building nuclear power stations.

Bron: hier

Zonder het zaaien van angst en paniek voor het niet bestaande klimaatprobleem zal het opleggen van een klimaatbeleid onder leiding van Rutte, Samsom, Nijpels, Klaver en Jetten met hulp van diverse dagbladen, Hiemstra en het NOS-journaal nog lastig kunnen worden. De portemonnee kan wel eens overtuigender blijken.

Phobos en Deimos zijn dus nog niet met pensioen. Derhalve geldt onverkort:

Ceterum censeo Legem Climae delendam esse.