Narcissus. Schilderij: John William Waterhouse.

Een bijdrage van André Bijkerk.

Na enige dagen tel ik nu 751 reacties op het klimaatplan van de overheid. Opvallend is dat het merendeel daarvan het plan impliciet afwijst en dit wijst op een realistische visie en ik zie ook vaak mijn oproep terug. Lang niet iedereen blijkt dus in de ban van de “symbiose van enerzijds de alarmisten-narcisten en anderzijds de deugkudde”. Uiteraard is dat ogenschijnlijk een harde classificatie, waarvan men zich kan afvragen of dit naar smaad riekt of dat het kan worden onderbouwd. Nu het vele malen opduikt op de site van de overheid, denk ik dat het zeer wenselijk is om dit nader toe te lichten.

In de vroege dagen van de klimaathype vroeg ik me af of het allemaal echt wel zo’n vaart zou lopen. Een mammoet had me al eens verteld dat we maar heel weinig wisten van het klimaat van het verleden en wat nader onderzoek bevestigde dat. Toen eenmaal wijlen Olavi Kärner had aangetoond dat er geen spoor van de zo benodige positive feedback was te bespeuren, was de zwarte zwaan van de global warming hypothese tevoorschijn gekomen. Het klopte gewoon niet.

Naief als ik toen was, meende dat dit alleen maar onder de aandacht behoefde te worden gebracht van deskundigen en besluitvormers en dan zou de wereld weer opgelucht adem kunnen halen en weer kunnen overgaan tot de orde van de dag. Niets was echter minder waar. Vol verbazing aanschouwde ik de ongefundeerde afwijzingen tot uitgesproken vijandige reacties. Niks opgelucht, pek en veren was mijn deel. Langzaam drong het tot me dat global warming niet te falsificeren was en derhalve kon het volgens Karl Popper geen wetenschap meer zijn. Het moet meer met (cargo) cult te maken hebben. In die tijd scheef ik – ongehinderd door enige kennis van zaken – mijn eerste zielkundige vingeroefeningen vanaf de canapé, waarin ik betoogde dat global warming een innig geliefde vijand was, die richting gaf aan ons instinct om misstanden te willen bestrijden en zo de wereld te redden.

Kort daarna werd ik verbannen van dat forum als global warming heiden, hoewel later in ere hersteld door toedoen van enige mij welgezinde stafleden. Het was niettemin onmogelijk om daarna nog verder de wetenschappelijke objectief te voeren. Niet veel later stuitte ik stom toevallig op het verschijnsel “groepsdenken” van Irving Janis, waarbij de hang naar harmonie en consensus het streven naar waarheidsvinding overtreft en ik begreep dat alle elementen daarvan één op één toepasbaar waren op de interactie bij global warming. In een nu niet meer bestaand ander forum wijdde ik daarover uit en niet veel later had Judith Curry het over Tribalism’ in klimaatwetenschapen, wellicht identiek aan groepsdenken.

Alles goed en wel, groepsdenken verklaart wel het zichtbare mechanisme, de interactie, het hoe, maar niet het waarom. Dat brengt ons bij de morale paniek van Stanley Cohen, waarbij het gaat om de verspreiding van een intense perceptie van een groot kwaad – in willekeurig welke vorm – dat de samenleving bedreigt. Ook hier passen de stappen van de ontwikkeling van een ‘moral panic’ haarscherp in het mechanisme van global warming. Cohen definieert echter ook de aanvoerders van de paniek. Dat zijn de moral enterpreneurs, personen die het op zich hebben genomen om misstanden in het algemeen met kracht te bestrijden.

Maar waarom? Waarom ketent iemand zich vast aan een hek of gaat skiën naar de noordpool of laat zich arresteren voor een symbolisch vergrijp? Is dat om aandacht te vragen voor een goede zaak? Vast wel vaak misschien, maar zou het ook kunnen zijn om aandacht te vragen voor zichzelf?: ‘Kijk mij nou eens wat een held ik ben!’

Geen mens is hetzelfde maar sommige mensen hebben andere dominante eigenschappen dan anderen. Sommigen hebben een grote behoefte aan extreme aandacht en bewondering. De DSM V benoemt deze als de Narcisistic Personality Disorder (NPD). Dat is geen scheldwoord, gewoon een classificatie. Je mag je zelfs afvragen of het wel een ‘disorder’ is. In de ratrace van de oer-paleomens op de megafauna steppe gold het recht van de sterkste, het alfa individu. Om je in die hachelijke strijd naar de top te begeven, vereiste niet alleen moed maar ook de dwang, de ambitie, om de beste te willen zijn om zo de aandacht en eerbied af te dwingen die je wenst. Misschien niet geheel vreemd van die ‘moral enterpreneurs’ van Stanley Cohen. Narcisme is dus ook een karaktertrek dat wordt bevorderd door natuurlijke selectie, vandaar dat het – zelfs in extreme vorm – niet echt een zeldzaam verschijnsel is. Zelfs met een half procent telt Nederland, op 17 miljoen inwoners, dus wellicht ongeveer 85 duizend NPD’s. In het historisch verleden was er vaak maar ééntje of een klein groepje nodig om de wereldgeschiedenis ingrijpend te veranderen. Vijf en tachtig duizend creëert dus wel wat spanning.

Aan de andere kant van het spectrum vinden we de gewone – neurotypische – mens, die zich niet zo druk maakt om de hegemonie. De ene wat stabieler, de ander wat neurotischer, de ene wat socialer, de ander meer een Einzelgänger. Wat ze allemaal gemeen hebben, is de wetenschap dat ze eens niet meer zullen bestaan. Een kwelling voor de soort die juist bij uitstek uitgeselecteerd lijkt te zijn als de ‘survivor of the fittest’ met de diepste wens om onsterfelijk te zijn.

Iedereen moet op zijn eigen manier een draai aan geven. Religie is bijvoorbeeld een oplossing met bijvoorbeeld reïncarnatie of andere alternatieve wijzen van voortbestaan maar dat vereist wel een behoorlijke cognitieve dissonantie, ofwel een geestelijke spagaat.

Degenen die daartoe niet in staat zijn, vinden andere uitwegen. De ‘next best’ is voortbestaan in de herinnering van je naasten, om bekend te staan als een heel goed mens, die zijn leven had toegewijd aan het welzijn van de groep en daarvoor alle achting en eerbied heeft verdiend (de Terror Management Theory), Op zich staat deze wens toch ook weer niet heel ver weg van de narcistische trekjes. Het verschil is echter ‘empathie’. Een narcist heeft geen idee wat dat is, een goed mens loopt er van over als oppassend lid van de deugkudde.

Sterfelijkheid genereert angst voor de dood. Maar angst genereert weer saamhorigheid. De kudde dromt samen tegen de dreigende vijand en met samenwerking kan de groep tot grote hoogtes stijgen. Dreiging en samenwerking creëert ook vriendschap: ‘Samen staan we sterk’; ‘eendracht maakt macht’ en na afloop: ‘Dat hebben we maar mooi samen met zijn allen opgelost’. Party time!

Vooral de meer sociale individuen zijn hier gevoelig voor. Gevaar creëert dus de gewenste saamhorigheid, waaruit volgt dat dreiging en gevaar ook wenselijk is. Anders gaat iedereen maar zijn eigen weg en valt de kudde als los zand uiteen. Er moet dus gevaar zijn. Al dan niet kunstmatig of reëel.

Kunstmatig? Ziehier de reden van het succes van de griezel- en rampenfilms, Dracula, Jaws, Jurassic park etc. Samen gezellig griezelen. Ziet iemand ook verband met de rituelen rond de populaire teamsporten? Daar zou je zomaar op kunnen promoveren. Voetbal is oorlog.

Maar reëel gevaar? Hoe kom je daaraan. Natuurlijk was de oersteppe vergeven van gevaar, sabeltandkatten, hyena’s, holenberen. Hier konden de oer-narcisten zich naar hartenlust op uitleven en zo de eeuwige roem verwerven. Maar kennelijk was dat niet genoeg; met de groei van de populaties en dus het absolute aantal oer-narcisten, moesten ook meer vijanden en bedreigingen worden gevonden, zo vond de lokale sjamaan de geesten, draken of duivels uit, terwijl de meer wereldlijke stamoudsten de gevaren van de concurrerende stammen en clans gretig uitvergrootten (wij tegen zij). Alles tot groot genoegen van de rest van de deugkudde die gezellig samen konden huiveren en de beste – narcistische – krijgers konden bewonderen, die met gevaar voor eigen leven, het gevaar wisten te bezweren. Victorie! De symbiose tussen de narcisten en deugkudde.

Door de historie heen tot aan vandaag de dag is dat niet wezenlijk anders. De deugkudde heeft nog steeds de behoefte aan saamhorig griezelen, met het gevaar in ruime mate aangeleverd door de alarmisten-narcisten, zoals de hunnen, de moren, de heidenen, de heksen, de andere cultuur en godsdienst, de kapitalisten, de communisten, de hippies en nozems, maar ook de overbevolking, de zure regen, de millenniumbug en uiteindelijk het klimaat. Ze weten ook de oplossing voor alle dreigingen en verwerven daarmee de zo gewenste eeuwige roem. De symbiose tussen de narcisten en deugkudde, die beide partijen wederzijds levert wat ze zo nodig hebben.

En dan komt er zo’n folk devil vertellen dat er niets aan de hand is: gewoon doorlopen en nog lang en gelukkig leven. Kanniewaarzijn! We moeten de wereld redden, koste wat het kost en dan moet je niet proberen te vertellen dat er niets te redden valt.

Je kunt wel honderd keer bewijzen dat het niet zo is, maar daarmee verbreek je er de symbiose nog niet mee die door Stanley Cohen is uitgelegd als ‘Moral Panic’ en door Irving Janis als ‘Groupthink’ waarbij waarheid totaal ondergeschikt is aan groepscoherentie. En zo is rationeel beleid totaal ondergeschikt aan goed-gevoel totdat de wal het schip keert. Of weet iemand hoe we dit mechanisme kunnen doorbreken?

Men, it has been well said, think in herds; it will be seen that they go mad in herds, while they only recover their senses slowly, one by one.”

Charles MacKay, Extraordinary Popular Delusions and the Madness of Crowds, 1841

Intussen a.u.b. wel even uw mening geven over de klimaatwet, wanneer dat nog niet is gedaan.