Een bespreking van Lutz Niemann van een belangrijk boek: ‘Kernenergie, de weg naar de toekomst’, door Götz Ruprecht en Horst-Joachim Lüdecke.

Vertaling: Martien de Wit.

In Duitsland heerst er in alle publieke media meestal stilte over kernenergie; en als het al eens wordt besproken, dan gaat het meestal over gevaren en wordt het belang van kernenergie voor de energievoorziening van de mensheid verkeerd voorgesteld. Alleen in de sociale media, zoals hier bij EIKE (Europäisches Institut für Klima und Energie), wordt er aandacht aan geschonken. 

De mensen in Duitsland wordt voorgespiegeld dat het met kernenergie wereldwijd bergafwaarts gaat. Dat is volstrekt onjuist, zoals in deze grafiek wordt getoond (bron: International Journal for Nuclear Power).

In de afgelopen tien jaar is het aantal nieuwbouw kerncentrales wereldwijd toegenomen van 20 tot ongeveer 60. De meeste nieuwbouw bevindt zich in het Verre Oosten, en veel landen stappen nu voor het eerst in de nucleaire industrie. Alleen Duitsland stapt uit. Hoe kan dit gebeuren? Er is een tegenstrijdigheid: òf de hele wereld heeft het mis met haar beoordeling van kernenergie, òf Duitsland heeft het mis.

Het boek van Götz Ruprecht en Horst-Joachim Lüdecke geeft inzicht in dit gecompliceerde thema. Ik wil hier dit boek aanbevelen. Ik kan geen samenvatting geven van de inhoud, daarvoor is het onderwerp kernenergie te uitgebreid. Wel kan ik enkele belangrijke punten bespreken en er enkele verdere gedachten aan toevoegen.

Over energiedichtheid

Er zijn drie grote energiegroepen, ingedeeld naar energiedichtheid: wind, zon / steenkool, olie, gas / kernenergie. De energiedichtheden van die groepen verhouden zich tot elkaar zoals hieronder is weergegeven.

In de middeleeuwen gebruikten mensen wind- en waterkracht en een energievoorraad die met hulp van de zon was ontstaan: hout. Door de ontdekking van fossiele brandstoffen: steenkool, olie en gas en hun 1000-voudige hogere energiedichtheid, konden er evenredig meer mensen leven; en dat met een grotere welvaart. De ontdekking van kernenergie veroorzaakte in de 20e eeuw een miljoenvoudige sprong vooruit. Nu wil Duitsland de weg helemaal terug afleggen, een weg die met een grote meerderheid is gekozen, zoals de verkiezingsuitslagen laten zien. Om dit doel te bereiken, moeten de welvaart en het aantal mensen tot een miljardste deel worden teruggebracht. Hoe zou dat moeten gebeuren?

Over de omvang van energiebronnen

De kernsplitsing van uranium en thorium kan mensen vele miljoenen jaren van energie voorzien als ze voor de volledige nucleaire brandstofcyclus met een snelle kweekreactor en constante opwerking zouden kiezen. Wind en zon leveren ook energie, maar dan slechts voor een miljardste deel van het aantal mensen. Het is een illusie dat het aantal mensen zo zou verminderen.

Duitsland wilde ooit de weg van de nucleaire brandstofcyclus volgen. De snelle kweekreactor in Kalkar was voor 95% klaar en de bouw van een opwerkingsfabriek was begonnen. Toen kwam de politieke keuze: UIT. Tegenwoordig is Rusland toonaangevend bij de snelle kweekreactors: een tweemaal zo grote natriumreactor als in Kalkar met een vermogen van 600 MWe draait al ca. 39 jaar in Beloyarsk, zonder protesten van Greenpeace of andere NGO’s. De reactor BN-800 (met 800 MWe) is sinds 2016 in bedrijf. Rusland heeft tegenwoordig het technologisch leiderschap in snelle kweekreactoren en wordt op dit gebied beschouwd als het meest geavanceerde land ter wereld.

De energiebronnen steenkool, olie en gas zijn eindig. Ze kunnen nog een paar eeuwen gebruikt worden, misschien zelfs duizend jaar – niemand kan dat vandaag precies weten. Maar wanneer die tijd is verstreken, gaat kernenergie nog vele miljoenen jaren mee. Daarom geldt:

Kernenergie is de energiebron van de toekomst

Mag ik u eraan herinneren dat steenkool, olie en gas voor vele toepassingen volstrekt onmisbaar zijn? Dat zijn chemische toepassingen, zoals bijvoorbeeld de productie van ijzer uit erts of verbrandingsmotoren voor mobiliteit. Tegenwoordig vervangen dieselmotoren in de landbouw de paarden, zoals in mijn jeugd.

Mobiliteit zal nooit mogelijk zijn met een voertuig en aandrijving via een kernenergiemotor. Een kernsplijtingsreactor met een vermogen van 100 kW zou op 2 meter afstand een lokaal gamma-dosistempo hebben van ongeveer 10.000 Sievert per uur, dat wil zeggen een dodelijke gamma-dosis in drie seconden. Een afscherming tegen straling van meer dan 100 ton zou nodig zijn.

Het is daarom belangrijk om energiebronnen als steenkool, olie en gas voor menselijke voeding te behouden. In plaats van te verwarmen met olie, zou je kunnen verwarmen met kernenergie, zoals vaak gebeurt in Frankrijk. Dat zou olie sparen en als die over misschien duizend jaar schaars zou worden, kunnen er nog steeds mensen op aarde leven.

Hier is een ruwe schatting: als in Duitsland een grote kerncentrale wordt stilgelegd, missen we per jaar 10 miljard kWh elektriciteit. Deze wordt vervangen door de extra verbranding van 30 miljard kWh primaire energie (kolen, olie, gas), want zon en wind kunnen dit niet vervangen. Met 30 miljard kWh primaire energie, zou men het voedsel van 30 miljoen mensen voor een heel jaar kunnen produceren (volgens Klaus Heinloth, ‘Die Energiefrage), of voedsel kunnen produceren voor een heel leven van 300.000 mensen. De sluiting van kerncentrales is ethisch niet verdedigbaar en dat moet aan de orde gesteld worden.

Over de gevaren van kernenergie

Kerncentrales hebben een extra potentieel gevaar in vergelijking met andere krachtcentrales: de straling van de atoomkern. Deze straling kan moleculen verstoren en daarmee levende wezens beschadigen. Nucleaire straling is vergelijkbaar met röntgenstraling, die jaren vóór kernsplijting werd ontdekt. Er zijn twee factoren:

1) het deterministische effect, dat wil zeggen de stralingsziekte die tot de dood kan leiden, en

2) het stochastische effect, d.w.z. straling kan met grote waarschijnlijkheid kanker veroorzaken.

Beide factoren hebben ertoe geleid dat de wetgever grenswaarden heeft ingevoerd. Dit begon rond 1934, toen de dosisafhankelijkheid van stralingsschade nog niet goed bekend was. Met de ontwikkeling van steeds betere meters zijn de grenzen steeds lager geworden, zodat straling tegenwoordig iets is geworden als de heksen in de middeleeuwen, namelijk altijd gevaarlijk. 

Er zijn nu in westerse reactoren > 17.000 bedrijfsjaren verlopen zonder enige schade aan de menselijke gezondheid door het stralingsrisico.

Niemand werd door radioactiviteit beschadigd bij het ongeval in Fukushima. Alleen door de evacuaties waren er ongeveer 150 tot 600 slachtoffers van stralingsbescherming (DER SPIEGEL), omdat patiënten werden geëvacueerd en daarom hun medische zorg werd gestopt.

Bij het ongeval in Tsjernobyl vielen 28 doden onder de ongeveer 140 mensen die stralingsziekte opliepen. Ook daar, als gevolg van de evacuaties – dat waren er ongeveer twee keer zoveel als in Fukushima – waren er veel slachtoffers van stralingsbescherming na de ramp. Niemand weet hoeveel.

Systematisch wordt verzwegen dat er alleen al in Duitsland 8 radon-spa’s zijn, waar patiënten door de straling van radon genezing zoeken en vinden tegen allerlei kwalen. Straling is over het algemeen NIET gevaarlijk, zoals de wetgeving suggereert.

De stralingsbeschermingswetgeving is de grootste gevolgen hebbende wetenschappelijke fout van de mensheid. Daar zijn cijfers voor. In Duitse handboeken over ‘Straling en gezondheid’ wordt er echter over gezwegen, zodat er Engelstalige boeken moeten worden geraadpleegd.

Over de opslag van afval

Aangezien de energiedichtheid van kernenergie een miljoen maal hoger is dan die van steenkool, olie en gas, is de hoeveelheid afval nog slechts een miljoenste deel. Götz Ruprecht en Horst-Joachim Lüdecke hebben voorgerekend dat het werkelijke afval ongeveer 100 gram (denk aan het gewicht van een reep chocola) per mensenleven is in de omstandigheden van Duitsland, zoals die ooit waren voordat tot de kernenergiestop werd besloten.

Er is GEEN opslagprobleem, het is een schijnprobleem gecreëerd door de politiek.

Samenvatting van de belangrijkste uitspraken

  • Energie is nodig voor het leven op aarde. De reserves van splijtstoffen als uranium en thorium zijn voldoende voor vele miljoenen jaren.

  • De bezwaren tegen kernenergie, zoals stralingsgevaar en het probleem van opslag, houden bij toetsing geen stand.

De toekomst ligt bij kernenergie, Duitsland moet ook teruggaan op het pad van de rede. Götz Ruprecht en Horst-Joachim Lüdecke leveren de argumenten.

Bron hier.

Het boek is hier te bestellen.