Zal het Verdrag van Lissabon ons redden van de vrijheidsberovende maatregelen van de Green Deal?

Auteur: Samuel Furfari (België).

Vertaling: Martien de Wit.

De Europese Commissie heeft op 14 juli 2021 een pakket voorstellen aangenomen om het klimaat-, energie-, grondgebruik-, vervoers- en belastingbeleid van de EU aan te passen. Het doel is de in december jongstleden door de Raad en het Parlement onderschreven doelstelling om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met ten minste 55% te verminderen ten opzichte van het niveau van 1990, te verwezenlijken.

Het wil het ‘eerste continent’ (!) zijn dat tegen 2050 klimaatneutraal is. Tijdens een persconferentie met 7 Commissieleden werden 12 wetgevingsvoorstellen gepresenteerd, waarbij de ongekende omvang werd geprezen van de duizenden bladzijden tekst die een diepgaande transformatie van de economie en de samenleving mogelijk moeten maken die “eerlijk, groen en welvarend” is.

Zonder terughoudendheid, introduceerde de vice-president het onderwerp door op angst te spelen. Men kan zich voorstellen hoezeer demagogie zou zijn uitgebuit indien deze presentatie had plaatsgevonden na de overstromingen van de volgende dag.

Voorstellen niet radicaal genoeg voor ecologen

Onmiddellijk na de publicatie ervan hebben de milieu-NGO’s er bezwaar tegen gemaakt dat de voorstellen niet ver genoeg of niet snel genoeg gingen. Sommigen klaagden over de voorkeursbehandeling die de Commissie geeft aan houtverbranding – pompeus omgedoopt tot bio-energie – om de Noordse landen, die niet kunnen rekenen op zonne-energie zoals de zuidelijker gelegen landen, voor zich te winnen, maar ook omdat zonder bio-energie, die goed is voor twee derde van de hernieuwbare energie, de Europese doelstelling totaal onhaalbaar zou zijn.

Elke industrie- of transportlobby heeft een fout gevonden in de punten die hen zullen raken. Zo verzet de Zweedse bosbouwlobby zich tegen de maatregelen om het zeevervoer te belasten, omdat dit het vervoer van hun hout duurder zal maken. Dit wetgevings- en belastingpakket zal van invloed zijn op alle aspecten van de economische wereld, maar ook op iedere handeling van de Europese burgers. Het zijn niet meer en niet minder dan 12 vrijheidsberovende teksten.

Op de middelbare school hebben we geleerd dat energie hetzelfde natuurkundige begrip is als arbeid, d.w.z. de verplaatsing van een kracht (een gewicht) over een afstand. Bijgevolg heeft alles wat we in het leven doen – absoluut alles – energie nodig. De door de Commissie voorgestelde maatregelen zullen dus op iedereen en alles van invloed zijn.

U begrijpt dat wij een hoge prijs zullen moeten betalen voor deze maatregelen, die niets met economie te maken hebben, want anders zou het niet nodig zijn geweest wetgeving uit te vaardigen. Laten we één voorbeeld nemen: dat van de hernieuwbare energiebronnen, die de Commissie wil optrekken tot 40% van het eindverbruik van energie in 2030 – in negen jaar – terwijl ze volgens de laatste gegevens van Eurostat pas 15,8% bedragen.

De niet-duurzame uitdagingen van hernieuwbare energiebronnen

Terloops zij opgemerkt dat de enige door ecologen aanvaarde energievormen (wind en zon) 1/5 van de hernieuwbare energievormen uitmaken. De uitdaging is duidelijk. Maar bovenal beseffen wij de omvang van de manipulatie van al diegenen die zonder te lachen beweren dat hernieuwbare energiebronnen economisch zijn.

Waarom moet de Europese Commissie dan een 469 bladzijden tellende tekst publiceren om de productie ervan af te dwingen? Dit alles zal alleen mogelijk zijn door energie duur en schaars te maken, hetgeen het tegenovergestelde is van het doel dat aan de oprichting van de Europese Gemeenschappen ten grondslag lag, namelijk te beschikken over “overvloedige en goedkope energie” (Messina, 1955).

De Commissie is zich bewust van de sociale gevolgen van de fiscale maatregelen die nodig zijn om de tenuitvoerlegging van niet-economische maatregelen af te dwingen. Daarom heeft zij ook een nieuw sociaal klimaatfonds voorgesteld om de lidstaten specifieke middelen te verschaffen om mensen te helpen hun investeringen in renovatie, nieuwe verwarmings- en koelsystemen en schonere mobiliteit te financieren.

Het sociaal klimaatfonds zou worden gefinancierd uit de EU-begroting, met 72,2 miljard euro voor de periode 2025-2032, waarvoor een “gerichte wijziging” nodig is van het meerjarig financieel kader waarover eind vorig jaar hard is onderhandeld. Dit zal een doos van Pandora openen. Het vraagt ook de lidstaten om hun begrotingen op soortgelijke wijze aan te passen.

De Hongaarse regering heeft reeds aangegeven dat zij haar veto over deze maatregelen zal uitspreken. Zij heeft het recht dit te doen met betrekking tot fiscale maatregelen. Artikel 194, lid 3, van het Verdrag van Lissabon vereist eenparigheid van stemmen voor maatregelen die voornamelijk van fiscale aard” zijn.

Dit is precies het geval voor verscheidene van de door de Commissie voorgestelde teksten. De juristen van de drie belangrijkste EU-instellingen zullen moeten beslissen, maar het zal ongetwijfeld bij het Europees Hof van Justitie terechtkomen. Dit zal jaren vergen en natuurlijk zal de doelstelling voor 2030 niet worden gehaald.

Het is ook de vraag of al deze maatregelen niet in strijd zijn met artikel 194, lid 2, van het Verdrag, dat “het recht van een lidstaat om de voorwaarden voor de exploitatie van zijn energiebronnen te bepalen, zijn keuze tussen verschillende energiebronnen en de algemene structuur van zijn energievoorziening” waarborgt.

In de richtlijn voor hernieuwbare energiebronnen wordt zorgvuldig vermeden te zeggen welke hernieuwbare energiebronnen moeten worden geproduceerd of gebruikt, aangezien dit onwettig zou zijn. Maar alle op 14 juli voorgestelde maatregelen hebben indirecte gevolgen voor de energiekeuzes van de lidstaten. De situatie in Polen is een voorbeeld: dit land, dat 72% van zijn elektriciteit uit steenkool haalt, heeft gezegd dat het ermee instemt dit percentage te verlagen, overtuigd door de genereuze Europese sociale subsidie.

Overschakelen van steenkool op aardgas om elektriciteit te produceren is één ding, maar belasting heffen op huisverwarming, zoals de Europese Commissie voorstelt, is iets anders. Een verbod op brandstof-auto’s, waarvoor Polen een enorme producent van onderdelen is, zal niet zo gemakkelijk worden aanvaard, vooral omdat de onderdelen van elektrische voertuigen hoofdzakelijk uit China zullen worden ingevoerd.

En kernenergie?

Vooral om Duitsland niet voor het hoofd wil stoten – maar ook vanwege de overtuiging van sommige van haar meest actieve commissarissen op dit gebied – durft de Europese Commissie in dit hele pakket geen melding te maken van kernenergie.

De Commissie kan het niet verbieden, maar doet er niets aan, zoals zij wel doet met hernieuwbare energiebronnen, ook al produceert kernenergie niet alleen geen CO2 (kernenergie voorkomt de uitstoot van 311 Mt, d.w.z. 11% van de totale uitstoot van de energiesector), maar in tegenstelling tot hernieuwbare energiebronnen is kernenergie noch intermitterend, noch variabel en is er geen wettelijke dwang nodig om te worden geproduceerd.

Verscheidene maatregelen betreffen lokale overheden, zoals het opleggen van renovatie-eisen aan openbare gebouwen en het beheer van bossen voor energiedoeleinden (bomen kweken om te verbranden). Juristen moeten wellicht nagaan of deze maatregelen verenigbaar zijn met het Verdrag, met name artikel 192.

In ieder geval versterkt dit de vrees die wij vorig jaar hebben geuit over de onverenigbaarheid van de Green Deal met het Verdrag inzake het Energiehandvest, dat investeringen in fossiele brandstoffen nog 20 jaar beschermt, zelfs als een partij het internationale verdrag verlaat.

Met de steun van de media en milieu-NGO’s probeert de Commissie haar zin door te drijven. Regeringen zullen reageren. De bevolking nog meer. De gele hesjes zullen onvoldoende zijn, de hele garderobe zal geel zijn. Wij kennen het verhaal van de kikker die ongemerkt in geleidelijk verhit water wordt gedompeld en uiteindelijk wordt gekookt.

De Europese bevolking, die voortdurend wordt opgeschrikt door apocalyptische voorspellingen van milieu-NGO’s en politici die steun zoeken bij het volk, is zich niet bewust van de verschrikkelijke gevolgen van dit klimaatbeleid.

Het voorwendsel van de pandemie?

Samuel Furfari.

Het volk heeft alles naïef aanvaard, terwijl de wereldwijde uitstoot sinds de goedkeuring van het VN-verdrag inzake klimaatverandering met 58% is gestegen en China zijn CO2-uitstoot elk jaar (over een periode van 10 jaar) gemiddeld met 70% laat toenemen ten opzichte van de uitstoot van Frankrijk in één enkel jaar. Maken politici gebruik van de vrijheidsberoving waartoe besloten is om de pandemie aan te pakken om de bevolking deze andere golf van beperkingen op te leggen?

Zullen wij, net als de kikker, uit de toch al hete Europese pot van de klimaatverandering springen die vernietigt wat wij sinds 1950 zo goed hebben opgebouwd? We hebben de EU nodig, maar dan wel de EU van welvaart en innovatie, niet van wetten en belastingen.

***