Foto: Shutterstock.

Van een onzer correspondenten.

Voor de tweede graad secundair van het katholiek onderwijs zal aardrijkskunde straks een ‘klimaatvak’ worden. Het doel: leerlingen de complexiteit van de klimaatproblematiek meegeven zodat ze een mening kunnen formuleren. Maar wat denken studenten zélf over deze hervorming? Naomi Izabela (18) en Oskar Seuntjens (23) geven openhartig hun mening.

Door Samira Atillah

Naomi Izabela (18), voorzitter Antwerpse Jeugdraad:

‘Mag ik gewoon shooten? Voor mij moet er geen lesvak klimaat uitgetekend worden. Er bestaat immers al een vak dat het klimaat behandeld: aardrijkskunde. Laten we het daar dan ook gewoon bij houden. In het vak aardrijkskunde speelt het klimaat momenteel al een grote rol. In die lessen worden wetenschappelijke onderzoeken en resultaten al gekoppeld aan het menselijk handelen.

Wat er wél moet gebeuren, en daar ben ik het mee eens, is dat we nog meer moeten inzetten op feiten, data en onderzoek. In relatie met het menselijk handelen. Bovendien moeten leerlingen ook de juiste leerhouding meekrijgen. Ik bedoel dan dat bepaalde vaardigheden moeten aangeleerd worden , en bepaalde attitudes bewust in vraag moeten worden gesteld. Leerlingen moeten dus zo competent mogelijk gemaakt worden voor de samenleving van vandaag en morgen.

‘Ik zou niet van al die trends een vak maken.’

Het vak aardrijkskunde beschikt – als ik me niet vergis – trouwens al over nieuwe (vakgebonden) eindtermen. Dat gaat dan ook over klimaat en klimaatverandering. Ik ben ervan overtuigd dat iedere aardrijkskundeleraar ook wel weet wat het onderscheid is tussen klimaat, milieu en duurzaamheid, en daar zou ik het op houden.

Maar als het vak er toch komt, dan is het belangrijk dat leerlingen alles goed begrijpen, en weten wat er technologisch allemaal mogelijk is als het gaat over bijvoorbeeld een duurzame transitie. Ook van tel: leerlingen moeten zelf kunnen nadenken over wat er allemaal gaande is.

Klimaat is bovendien ook een beetje een hot item nu. Ik zou niet van al die trends een vak maken. Dat zou dan ook moeten voor bijvoorbeeld racisme. Waarom wordt daar dan geen vak van gemaakt? Nu, ik hoop gewoon dat aardrijkskunde of het klimaatvak geen politieke doeleinden zal hebben of ondersteunen. Leerlingen moeten dus zelf kunnen blijven nadenken. We moeten overigens ook vermijden dat leerkrachten in dat kader zelf met oplossingen komen. Ik geloof heel hard in de competenties van jongeren. Ze moeten hun eigen stem kunnen gebruiken in het hele klimaatdebat.’

Oskar Seuntjes (23), voorzitter Jongsocialisten:

‘Ik vind het op zich geen slecht idee, maar ik zou het zelf niet op deze manier hebben aangepakt. Het klimaat is een superbelangrijk onderwerp en we moeten daar veel meer over weten, maar het is té belangrijk om dat snel in een vakje te gieten. Ik denk dat het klimaat in meerdere vakken een plaats moet krijgen. In het vak aardrijkskunde kan er geleerd worden wat klimaatverandering is, wat de oorzaken zijn en zo meer. Maar er kan evenzeer bij geschiedenis over klimaat gesproken worden. Dan denk ik aan de rol van de industriële revolutie op klimaatverandering bijvoorbeeld. Of leerlingen in humane wetenschappen kunnen de sociale impact van klimaatverandering en de gevolgen op migratie bestuderen. In een wetenschapsrichting kunnen ze dan weer leren hoe technologie een wapen kan zijn om de opwarming te beperken.

‘Ik vind dat ook leerkrachten opgeleid moeten worden over het klimaat.’

‘Bovendien kunnen leerlingen in de lagere school al notie krijgen van klimaatverandering. Dat kan stapsgewijs ingebed worden, en hoeft dus niet enkel voor de tweede graad van het secundair onderwijs een vak te zijn.

‘Toen ik op de middelbare school zat, was er amper sprake over klimaat. Het was te oppervlakkig om er echt iets uit te leren. Leerkrachten spraken toen enkel over kleine dingen, zoals het licht uitdoen als je een kamer verliet. We leerden niet wat de oorzaak was, wie de verantwoordelijkheid droeg, wie de gevolgen draagt… In dat opzicht is dit idee een stap in de goede richting. Al denk ik dat de leerstof niet genoeg zal blijven plakken als dat maar in één vakje wordt gegoten.

Veel wetenschappers hebben ondertussen duidelijk gemaakt dat het klimaat de komende decennia een van de grootste uitdagingen wordt. Daarom moeten we mensen nu opleiden zodat ze er later mee aan de slag kunnen. Er is geen betere plaats om dat te doen dan op school.

En last but not least: ik vind dat ook leerkrachten opgeleid moeten worden over het klimaat. Het onderwerp klimaat kan daarom best opgenomen worden in de lerarenopleiding, net zoals andere maatschappelijke problemen.’

***

Bron: De Morgen.