Drents Museum Assen.

Een gastbijdrage van Bert Pijnse van der Aa.

Onderwerp: Energie (transitie) Educatie.

 

Geachte mevrouw, mijnheer, LS,

Onlangs bracht ik een bezoek aan de tentoonstelling over Armenië en maakte daarna nog een rondje langs de collectie en stuitte daar op de tentoonstelling over energie, bedoeld als sluitstuk voor leerkrachten, zo begrijp uit de tekst op de site.  Ik heb een boekje geschreven dat als onderschrift heeft, ‘Energie vanaf de oerknal tot heden’, dat ik u hierbij toestuur.

Kennelijk was de samenstelling geheel volgens directieven van hogerhand uitgevoerd. In ieder geval niet in samenspraak met ingenieurs, zoveel is duidelijk.

Het boekje handelt over de wetten van de Thermodynamica, zoals die werden vastgesteld door oa Sadi Carnot en Rudolf Clausius (‘Uber die bewegende Kraft der Wärme.’) nadat James Watt de eerste werkende stoommachine had gebouwd (1765 ), waarmee de industriële revolutie van start ging.

Dat was de grootste omwenteling in de geschiedenis en het leven van de mensheid, maar op de educatieve tijdlijn van de tentoonstelling slechts zijdelings vermeld. Zonder de stoommachine was de vooruitgang blijven steken en was de (wereld ) bevolking niet zo snel gegroeid; dan hadden mensen nog steeds geleefd van hetgeen de natuur hen bood, binnen hun actieradius; zoals ze leefden in Drenthe in de 19de eeuw, zoals te zien in het Drents Museum.

Ik bekeek het filmpje dat begon met de vraag “Wat is energie?”, waarop de voice-over antwoordde, dat dat zoiets is als ‘je kunnen bewegen’. Kennelijk was het al niet de bedoeling dat kinderen leren over hoe het komt dat ze op de aarde leven. Namelijk door het feit dat de aarde een waterplaneet is met een dampkring die dodelijke UV straling tegenhoudt én een broeikaswerking heeft, maar voorál: dat ze het leven danken aan het proces van fotosynthese, waarbij CO2, met zonlicht wordt omgezet in planten ( fytoplankton), het begin van de voedselketen. Dat mochten ze niet weten want ze leren nu dat CO2 een GIFGAS is. Wat ze hádden moeten leren van de meesters , juffen en leraren, in het kader van biologielessen en natuurkunde, is: dat de energie van de Zon hen doet leven. Graan, vis, de bomen en al het leven op aarde komt voort uit fotosynthese, maar vooral fossiele brandstoffen zijn het, dankzij welke zij de welvarendste mensen zijn die ooit op de aarde leefden en dat er musea bestaan waarin ze kunnen zien vanwaar ze kwamen en weer naar toe gaan als ze de huidige leer blijven omarmen.

Dan gaat het filmpje even verder met de juiste informatie: inderdaad, mensen en dieren eten de energie die opgeslagen zit in hun voedsel en verbranden dat met zuurstof uit de lucht die ze inademen.  Daarbij komt de CO2, die werd opgenomen tijdens de fotosynthese weer vrij. Die ademen dieren -mensen- weer uit. Het proces van verbranden van fossiele energie in een ‘warmtemachine’ – turbine of motor – is identiek. (Fossiele brandstoffen zijn exact hetzelfde als planten en bomen, alleen wat ouder.)  

Dit gedeelte wordt beëindigd met een zwart scherm en dan volgt het programma van de overheid. Lees: de VN. Helemaal doorgedrongen tot de directeuren en alle medewerkers van het Drents museum.

Ik zal deze tentoonstelling in voorkomende gevallen in mijn netwerk bekend maken. U begrijpt: niet als aanbeveling.

Mvg,

Bert Pijnse van der Aa