Auteur: Pieter Cleppe.

Onderhandelaars van het Europees Parlement en de EU-lidstaten hebben onlangs overeenstemming bereikt over nieuwe EU-regels die gericht zijn op het aanpakken van zogenaamde “greenwashing“, waarbij bedrijven zich milieuvriendelijker voordoen dan ze in werkelijkheid zijn.

De nieuwe regels leggen een reeks nieuwe rapportageverplichtingen op – eerst voor grote bedrijven, daarna ook voor kleinere en middelgrote bedrijven  – met als doel burgers “beter te informeren” over “de impact van bedrijven op mensenrechten en het milieu”, aldus Bruno Le Maire, De Franse minister van Economische Zaken, die bemiddelde om tot een compromis te komen.

In dezelfde geest vinden we de Europese regels van taxonomie, die inhouden dat de Europese Unie een soort classificatiesysteem ontwikkelt voor de mate van respect voor het milieu van investeringen, met als doel deze te verbinden met juridische en fiscale gevolgen. De filosofie achter dit alles is die van de zogenaamde ESG-criteria, een acroniem voor “Environmental, Social and Governance“.

Het ESG-criterium meet de milieuvriendelijkheid aan de hand van de geringe impact van de mens op de aarde. Zo kreeg Sri Lanka een ESG-score van 98 op 100 omdat het in april 2021 onder meer een vergaand verbod op kunstmest oplegde. In het geval van Sri Lanka was deze maatregel ook een van de redenen voor het recente faillissement van het land. Door deze maatregel werd de landbouwsector, die voorheen zelfvoorzienend was in de rijstproductie, gedecimeerd. In combinatie met een onverantwoord monetair beleid heeft dit geleid tot hoge inflatiecijfers, voedseltekorten in supermarkten en grootschalige protesten waardoor de president zijn paleis en het land moest ontvluchten. Kortom, ESG is niet bepaald een doorslaand succes.

Dit neemt niet weg dat linkse politici, zoals de Canadese premier Justin Trudeau, deze politieke weg blijven bewandelen. Hij wil het gebruik van kunstmest door boeren drastisch verminderen, waarbij hij zowel de landbouwsector als enkele Canadese provincies negeert, die hebben gewaarschuwd:

West-Canadese boeren produceren al de meest duurzame agrovoedingsproducten ter wereld en er wordt voortdurend van hen gevraagd om meer te doen met minder. We kunnen de groeiende wereldbevolking niet voeden met minder kunstmest.

Net als bij het Nederlandse stikstofbeleid dat massale protesten van boeren veroorzaakte, is het de bedoeling van Trudeau om op deze manier de stikstofuitstoot te verminderen, wat nu ook leidt tot protesten in Canada.

Green Deal

Op EU-niveau wordt het milieubeleid meestal gevoerd alsof er geen Russische invasie van Oekraïne of een grootschalige energiecrisis is. Zo verandert bijvoorbeeld de Europese Green Deal, die erin bestaat het Community Emissions Trading System (ETS), dat in feite een soort Europese klimaatbelasting is, uit te breiden naar andere sectoren, in het geheel niet. Het dwingt bedrijven om CO2-emissierechten te kopen, waar de eindgebruiker uiteindelijk voor betaalt.

Een goede illustratie van hoe de Europese politieke machine blind blijft voor wat er in de praktijk gebeurt, is dat Nederland ook een vrijstelling van EU-regels die het mestgebruik beperken zou verliezen, wat weer meer Nederlandse boeren zou treffen. Dit alles ondanks overweldigend sterke oppositie tegen andere door de EU geïnspireerde regels voor stikstof, die zelfs de jonge Boerenpartij naar de tweede plaats in het land in de peilingen hebben gekatapulteerd.

De nieuwe Europese regels tegen greenwashing zijn eens te meer een bewijs van de grote invloed van groene NGO’s op het Europese beleidsvormingsproces. Ook palmolieproducenten in landen als Maleisië zijn het slachtoffer. Hoewel de industrie van deze grote palmolie-exporteur een duurzaamheidslabel heeft ontwikkeld, waaraan 90% van de productie voldoet, probeert de EU nog steeds nieuwe vergaande importbeperkingen voor palmolie op te leggen, zogenaamd om ontbossing tegen te gaan. En dit, hoewel palmolie duurzamer is dan andere plantaardige oliën, aangezien de opbrengst per hectare veel hoger is dan die van bijvoorbeeld koolzaad-, soja-, olijf- of zonnebloemolie.

Het Wereld Natuur Fonds (WWF) stelt ook dat het het beste is om “duurzame palmolie te steunen en boycots te vermijden, aangezien we weten dat vervanging door andere plantaardige oliën kan leiden tot ecologische en zelfs nog belangrijker sociale schade.’ De palmolie-industrie heeft grote vooruitgang geboekt volgens het Global Forests Report 2020 van de NGO CDP, waarin wordt opgemerkt:

“een stijging van 27% ten opzichte van 2019 […] in bedrijven die onthullen hoe ze ontbossing beheren en 93% van de bedrijven die we hebben geanalyseerd, onderneemt ten minste één door de industrie geaccepteerde actie om bossen te redden.”

Kortom, initiatieven van de industrie kunnen een positief effect hebben, ondanks de sceptische houding op EU-niveau.

Timmermans

Speciale vermelding verdient EU-Klimaatcommissaris Frans Timmermans, die in toenemende mate apocalyptische taal gebruikt om zijn Green Deal te verdedigen en die ook de VN-klimaatrapporten alarmerender maakt dan ze zijn.

Pieter Cleppe.

Een van zijn laatste initiatieven was het voorstellen van een speciale herdenkingsdag voor “de slachtoffers van deze gruwelijke weersomstandigheden veroorzaakt door de klimaatcrisis”. Ongeacht of de verwoestende overstromingen die België en Duitsland vorig jaar teisterden te wijten waren aan klimaatverandering en niet aan slecht waterbeheer, is Timmermans op zijn voorstel bekritiseerd door Ronald Plasterk, voormalig Nederlands minister en voormalig partijgenoot van Timmermans, die schreef in De Telegraaf :

Timmermans gebruikt het leed van anderen om zijn eigen politieke portefeuille te verheffen.

Hoe het ook zij, het mag duidelijk zijn dat een dergelijke hysterische politieke benadering van milieuproblemen, die steeds strengere beperkingen met zich meebrengt, helaas dominant is onder EU-beleidsmakers. Hopelijk dat het niet zover komt, maar de energietekorten van deze winter zouden daar wel eens een einde aan kunnen maken.

***

Bron hier.