Door Leonardo da Gioiella.

Ik geloof niet in climate change!

Uhh … is dat een zin om een apologie te beginnen voor mijn houding tegenover climate events? Ja, dat is het!

Climate change is iets wat niet gemeten kan worden, waarvoor geen maatstaven zijn. Okay, er is de GMT, dat nietszeggende gegeven waarmee je alles recht kunt praten wat krom is, maar net zo goed alles kunt krom praten wat recht is. Climate change, daar moet je in geloven.

Neem Western Europe. Dat heeft een lang artikel in wiki (Engels). Daar staat ook wat over climate.

 

 

The climate of Western Europe varies from subtropical and semi-arid in the coasts of Italy, Portugal and Spain to alpine in the Pyrenees and the Alps. The Mediterranean climate of the south is dry and warm. The western and northwestern parts have a mild, generally humid climate, influenced by the North Atlantic Current. Western Europe is a heatwave hotspot, exhibiting upward trends that are three-to-four times faster compared to the rest of the northern midlatitudes.

Geen enkele maataanduiding. Nu is West Europa een bont geschakeerd gebied. Dus nemen we Duitsland.

Most of Germany has a temperate climate, ranging from oceanic in the north and west to continental in the east and southeast. Winters range from the cold in the Southern Alps to cool and are generally overcast with limited precipitation, while summers can vary from hot and dry to cool and rainy. The northern regions have prevailing westerly winds that bring in moist air from the North Sea, moderating the temperature and increasing precipitation. Conversely, the southeast regions have more extreme temperatures.

… from hot and dry to cool and rainy

Volgen er wat statistiekjes over 2019-2020 van temperatuur, neerslag en zonne-uren, zonder dat daarbij aangegeven staat of dat voor andere periodes andere getallen gaf (1670, om maar eens wat te noemen – ik kom daar nog op terug).

We zouden eens aan Theo kunnen vragen of hij ons het klimaat in Limburg kan schetsen. Met wiki kan ik niet veel.

Het klimaat is, net als in de rest van Nederland, gematigd zeeklimaat met regelmatige neerslag het hele jaar door. Wel heeft Limburg te maken met een iets grotere invloed van het landklimaat omdat er geen grote temperatuurmatigende watervlaktes in de buurt zijn. Zo kan het zomers een stuk warmer worden dan in de rest van Nederland en in de winter een stuk kouder, vooral in het hogere Zuid-Limburg.

een stuk warmer … een stuk kouder …

En dan moet ik in de meetbaarheid van climate change geloven? Eén graad stijging in 170 jaar, ook nog vergeleken met een periode waarin ze nauwelijks wisten hoe de temperatuur te meten. Ik geloof wel in het bestaan van climate change, hoe zou ik anders met zoveel geologisch bewijs … maar om nou één armzalig graadje climate change te noemen.

Wel, dat doe ik dus niet. Ik ben een diehard wat dat betreft, en dat laat ik ook regelmatig weten, En ik heb nog niemand ontmoet die mij, om me te corrigeren, climate change heeft aangewezen. Oh, jawel, de grote kranten hebben prachtig geïllustreerde artikelen over diverse plaatsen op de wereld – op het land, aan de kust, midden op zee (nou ja, daar is niet zoveel te zien, het oog van een orkaan) – maar het zijn altijd momentopnames die climate change suggereren. De New York Times heeft prachtige featured articles met werkelijk adembenemende plaatjes. Helaas, er is geen mooi plaatje van een ijsvrije Noordpool, of van het strand van Antarctica waar mensen heerlijk liggen te zonnen.

Er is die beroemde foto dat ze op de Maldiven onder water zitten te vergaderen, maar, vreemd genoeg, er is geen plaatje waarbij je de laatste resten van de Maldiven onder water ziet verdwijnen.

Ik meen dat ik daarmee ook een probleem signaleer in de huidige pseudo-wetenschappelijke wereld, die ook wel aangeduid wordt met de climatologist community. Ik schrijf om twee redenen “pseudo”. Een koekje van eigen deeg, omdat die wereld mij pseudo-sceptisch noemt. En twee, omdat ze inderdaad wetenschap verdedigen wat geen wetenschap is.

Niemand weet hoe climate change er uit ziet. Ik bedoel, wetenschappelijk gesproken. Natuurlijk, Gerrit Hiemstra weet hoe climate change er uit ziet. Maarten Keulemans weet het. Paul Luttikhuis weet het. Niet dat ze het ooit benoemen in kwantificeerbare termen, maar ze weten het. Achterblijvende kinderen van een arme moeder die de dood vond onder een door de storm gevelde boom. Verzekeringsmaatschappijen die om dreigen te vallen. En, op afstand, de dreiging van natte voeten.

Want in alle gewesten
wordt de stem van het water
met zijn eeuwige dreiging
steeds vaker gehoord.

Maar niemand heeft ooit climate change gezien. En iedereen die denkt dat dat het enige is – dat die “journalisten” angst zaaien, dat alleen Shell en Greenpeace zich druk maken over CO2 in de bodem van de Noordzee – maar dat het verder niks voorstelt, heeft niet goed opgelet. Rijkswaterstaat is bezig met het opspuiten van een wal tegen de Nederlandse duinen. Bij de oostkust van USA zijn wetenschappers bezig met geo-engineering in de ondiepere wateren om de CO2 sink te “verbeteren”. En niemand dus, ik herhaal: niemand die weet waar die mee bezig is.

Climate change is een nogal “groot” begrip. Het is de wijziging van een aardsysteem. Wie de filmpjes ziet van populair wetenschappelijke uitleggers – de ontwikkeling van de aarde, en de diverse periodes waarin die ontwikkeling door bepaalde fenomenen gekenschetst kon worden – weet wat wetenschappers denken: het veranderen van natuurkundige fenomenen, van aardsystemen, gaat met veel geweld gepaard. Ook de ondergang van de dinosauriërs, zelf geweldige en gewelddadige schepselen, is met veel natuurlijk geweld gepaard gegaan. Als je de (populariserende) wetenschappers mag geloven.

Wel, ik geloof ze. We zien het aan tektonische verschuivingen. De Himalaya is niet zonder geweld ontstaan. Australië is van Antarctica losgescheurd. Dat moeten processen zijn geweest die ongeziene, ongeëvenaarde krachten opriepen. De mensheid is te jong om dat meegemaakt te hebben. Maar je kunt je het voorstellingsvermogen van de populariseerders van wetenschap zelf wel weer voorstellen.

Niets van dit alles zien we in deze tijd terug. Okay, de schade van een orkaan is iets groter dan vroeger. Maar dat komt omdat ie meer obstakels op zijn weg vindt. Okay, er vallen ijsballen uit de lucht bij Lago di Garda, er zijn wat meer hittegolven …

uhh … even die hittegolven relativeren. Het KNMI heeft die gehomogeniseerd. Vandaar dat er tegenwoordig meer zijn dan er in de geschiedenisboeken van vroeger staan. Ja, protesteer maar alarmisten, maar in Amerika lag het aantal hittegolven aan het begin van de vorige eeuw feitelijk hoger dan in deze tijd. Homogenisatie van de cijfers over de hierboven genoemde grootheden – temperatuur, neerslag en zonne-uren betekent bovenal manipulatie …

… terug naar waar ik was … uhh … er vallen dus ijsballen uit de lucht.

Laten we aannemen dat dat een teken is van climate change. (Ik denk niet dat de dinosauriërs er kapot van zouden zijn geweest, maar soit.) Welke climate change staat ons dan te wachten? Iemand die dat weet? Iemand die zijn vinger opsteekt? Wordt het een Eemian, of wordt het een grote ijstijd?

Nee, ik geloof dus niet in climate change, en ik geloof ook niet in de voorspellingen over climate change. Ik geloof niet in de voorspelbaarheid van climate development. Ik geloof ook niet in de voorspellende waarde van cijfertjes uit een chaotisch systeem.

Ik hoor wel van één algemene klimatologische kerk.
Ik zie wel de gemeenschap der klimatologen.
Ik geloof in de Heilige Geest die over de wateren zweeft en iedereen probeert in te blazen over climate change.
En in een leven na de nieuwe ijstijd.

Er zijn nog wel een paar redenen hoor, waarom ik er niet zo in geloof.

De geslotenheid van de wetenschap. De oorverdovende stilte die steeds valt in die klimatologenburcht als een journalist of politicus het rampverhaal weer wat meer opblaast. De zoektocht naar de Holy GrailEquilibrium Climate Sensitivity, en ze noemen het nota bene ook nog Holy Grail – er zijn geloof ik weer drie expedities onderweg. De erkenning dat we het over een chaotisch gebeuren hebben, maar het wel systeem noemen, en trendlijntjes zoeken in een bak gevuld met proxies. Om er maar een paar te noemen.

Dat blijvend te signaleren, op één of andere manier te verbeelden, is mijn enige reden om jullie hier zo nu en dan, af en toe te laten merken dat ik nog steeds leef.

***

Weet je wat, ik neem jullie even mee, terug naar ca. 1670. Beter gezegd: het is nu 1670.

Er zijn laptops. Er is nog geen Einstein langs gekomen, maar er zijn al wel klimatologen en proxies … én modelleurs.
Het rampjaar is niet verschoven, het komt er aan. Maar de regering is radeloos, en het volk redeloos om een heel andere reden. Het is namelijk verschrikkelijk koud. En er zijn inmiddels thermometers waardoor ze weten: zo koud!

En iedereen denkt dat het kouder gaat worden – de Verlichting heeft nog niet alle terreinen blootgelegd, maar ze weten inmiddels van glacialen. En iedereen roept dat we op moeten houden met het verstoken van fossielen – doen we, om het een beetje warm te krijgen, hebben we bijtijds ontdekt. Maar het proces wordt nog niet goed begrepen. Einstein is nog steeds niet langs gekomen. Dus vuurtjes stoken is de boosdoener, zo stuur je onze warmte van de aarde via de atmosfeer de interplanetaire, en zelfs de interstellaire ruimte in.

Ene Labohm is sceptisch en heeft een site geopend met de pesterige naam: Vriezen we dood dan vriezen we dood – en regelmatig verschijnt daarop de vraag: waar blijft toch die verschrikkelijke afkoeling. Daniel Dennett, de filosoof, is ook wat vroeger geboren en schrijft nu, namens de vereniging van sceptic scientists, dat Labohm zich geen scepticus mag noemen.

Dankzij de thermometers zijn er neergaande en opgaande lijntjes. En er was de laatste tijd weer een opgaand lijntje – waren nog niet uitverkocht. Iedereen gelukkig.

Maar, inmiddels leven we in het jaar 1673, iedereen ziet dat het lijntje, dat net zo mooi omhoog aan het gaan was, weer de diepte indondert. Naar een ongekend dieptepunt? Nee, geen vraagteken. Een ongekend dieptepunt!

Labohm , die er niet koud of warm van wordt, schrijft op zijn site nog steeds: waar blijft nou die verschrikkelijke afkoeling. Maar de alarmisten worden er horendol van. En de ijsflagellanten – zo genoemd, want ze geselen zichzelf op de ijsvloer, kleren uit om te voelen hoe koud het is, om te laten zien hoe blauw je wel niet kunt worden onder deze ijzige temperaturen – dreigen met gewelddadige acties. De schout moet zelfs ingrijpen. En in stilte wacht iedereen – ook de sceptici, laten we eerlijk zijn – op het einde der tijden.

En iedereen brult: climate change. Een nieuwe ijstijd.

***

Leonardo da Gioiella.

En de planeet? Die bleef gewoon zijn rondjes draaien … terug naar 2023 …. waarin we inmiddels echt gebogen achter laptops zitten … maar nog steeds in een grot, kijkend naar op en neer én heen en weer dansende schaduwen …

En nog steeds weten we niks beters te doen dan lijntjes op laptops omhoog en omlaag te doen gaan – en daar opnieuw vreselijk bang van te worden.

***