klimaatscepticus klimaatontkenner Klimaatextremisten klimaatalarmisten en klimaatidealisten Klimaatrealisten en klimaatrationalisten

Erika Bjerström / Elsa Widding.

Trouwe lezers zullen zich de recente klacht van CLINTEL, De Groene Rekenkamer, Climategate.nl en Klimaatgek aan de NOS herinneren over haar tendentieuze klimaatberichtgeving, die als onvervalste klimaatpropaganda kan worden gekwalificeerd.

Zie hier en hier.

De NOS is niet de enige apostel van het apocalyptische opwarmingsevangelie. In vele andere westerse landen tappen de MSM uit hetzelfde politiek correcte vaatje.

Hier een voorbeeld uit Zweden, waar vooral de Zweedse staatsomroep (STV, Sveriges television) zich als fanatiek verdediger van een straf klimaatbeleid profileert en er niet voor terugdeinst klimaatsceptici publiekelijk te discrediteren.

Samnytt rapporteerde daar onlangs het volgende over (zie hier. Zweeds):

De uitzending van SVT over “klimaatontkenners” wordt gerapporteerd aan het Commissariaat voor de Media en de Media Ombudsman.

SVT noemt civiel ingenieur Elsa Widding “klimaatontkenner”. Widding, die eerder als expert als deskundige werkte bij de overheid en ook leidinggevende functies bekleedt bij Scandinavische energiebedrijven zoals Vattenfall, Statkraft en Fortum, rapporteert de uitspraken nu aan zowel de het Commissariaat van de Media als de Media Ombudsman wegens ernstige schendingen van de vereisten van objectiviteit en onpartijdigheid volgens de zendvergunning van SVT.

In het stuk, dat op 14 september in Aktuellt werd uitgezonden onder de kop “SVT heeft de methoden onderzocht die door klimaatsceptici worden gebruikt”, wordt Widding de “spin in het web” genoemd van oneerlijke klimaatontkenners, die opzettelijk desinformatie over het klimaatprobleem verspreiden.

Widding is van mening dat de uitzending van de staatstelevisie “propagandistisch” is en tot doel heeft deskundigen te discrediteren die pleiten voor een onpartijdig en feitelijk debat, en het rapporteren van feiten.

“SVT heeft een alarmerende agenda op het gebied van klimaat en stigmatiseert individuele burgers, in plaats van bij te dragen aan een open debat over een van onze belangrijkste kwesties”, zegt Elsa Widding.

Op haar eigen website schreef Elsa Widding de volgende analyse.

***

Auteur: Elsa Widding.

Het programma Aktuellt schonk op 14 september aandacht aan de zogenaamde klimaatontkenners die wetenschappelijke waarheden zouden ontkennen, gegevens zouden verdraaien etc. Erika Bjerström zei daarover het volgende:

De Sceptici gebruiken foute artikelen en interpreteren statistieken verkeerd; allemaal om de waarschuwingen van klimaatwetenschappers in twijfel te trekken.

De methoden die klimaatsceptici gebruiken om desinformatie te verspreiden zijn b.v. rapporten verkeerd interpreteren door selectief gebruik van meetreeksen en te verwijzen naar niet-gepeerreviewde rapporten of zelfs blogposts.

Het IPCC-rapport stelt dat het klimaat op aarde nu verandert in een tempo dat sinds duizenden jaren ongekend is. [sic]

Maar een kleine maar luidruchtige groep beweert dat het onderzoek van het IPCC is gemanipuleerd, met als doel het publiek te misleiden.

Zij [Elsa Widding] is een ingenieur die haar boodschap verspreidt in haar eigen kanaal Klimatkarusellen. SVT heeft haar uitspraken op Youtube bekeken en een aantal voorbeelden gekozen die we haar vroegen toe te lichten. Uit haar antwoord blijkt dat ze het gevestigde klimaatonderzoek niet accepteert. Een van haar beweringen… Dit is niet waar!

Ondanks het feit dat Elsa Widding herhaaldelijk is aangeboden om deel te nemen aan het debat, heeft ze geweigerd.

Natuurlijk is het waar dat er critici zijn die vinden dat het IPCC van alles fout heeft (zie de beschrijving hieronder van verschillende groepen), maar Elsa Widding is er daar niet een van. In het programma wordt Widding geïdentificeerd als een van degenen die zich schuldig hebben gemaakt aan het verspreiden van desinformatie en valse verklaringen over het IPCC. Dit is niet waar, aangezien Elsa Widding, in tegenstelling tot Erika Bjerström, in haar video’s verwijst naar wat er in de IPCC-rapporten te lezen is.

Iedereen die bekend is met het klimaat weet dat er veel onopgeloste problemen zijn in klimaatmodellen. Een veelgehoorde mening is dat de uitwisseling van gassen in het zeeoppervlak slecht bekend is en moeilijk te modelleren. Een ander veelbesproken probleem is de impact van wolken. En er zijn er meer.

De etiketten “klimaatsceptici” en “klimaatontkenners” worden door de SVT geplakt op mensen die de klimaatalarmistische boodschap in twijfel trekken of beweren dat het niet waar is.

Beide woorden hebben een negatieve connotatie gekregen in de massamedia en in het gepolitiseerde debat en worden ook vaak in verband gebracht met extreemrechtse en antidemocratische groeperingen. Dit geldt met name voor de term klimaatontkenners, die doet denken aan de extremisten die beweren dat de Holocaust niet heeft plaatsgevonden.

Onder de “naïeve gelovigen” in de alarmistische boodschap is alles zwart of wit, d.w.z. iedereen die op wetenschappelijke basis of anderszins niet onvoorwaardelijk het IPCC steunt, is een ontkenner (een concept dat een taalkundige anomalie is wanneer het niet mogelijk is om het weer in de loop van de tijd te ontkennen). Deze dichotome verdeeldheid bestaat echter alleen onder de naïeve gelovigen en daarom zijn ze gemakkelijk te herkennen in het debat.

In de onderstaande classificatie heb ik er daarom voor gekozen om geen ontkenners of sceptici te gebruiken die achter het klimaat staan, omdat het ook leidt tot het idee van een gebrek aan inzicht in zowel taal als het onderwerp zelf.

Onder realistische waarnemers is de kijk op het klimaat meer multidimensionaal, net als het klimaat zelf. Als men voor elke groep een “los concept” probeert te creëren met betrekking tot wat mensen weten over wetenschappelijke fenomenen, denken te weten of eenvoudigweg nadenken over feitelijke omstandigheden in hun verschillende manieren van handelen in het klimaatprobleem, zou de volgende indeling relevant kunnen zijn als een manier om betekenis te geven aan de verschillen in de maatschappelijk geconstrueerde realiteit, die het klimaatdebat heeft geïnstitutionaliseerd.

Groep 1 – Klimaatextremisten: te omschrijven als individuen/organisaties die alle klimaatinformatie apocalyptisch interpreteren (alsof de dag des oordeels elk ogenblik kan aanbreken). Achter dit soort interpretaties schuilt vaak onwetendheid, angst of een of andere vorm van bewuste of onbewuste doeleinden die de persoon/organisatie in kwestie ten goede kunnen komen. Deze groep gelooft dat iedereen die hun extremisme niet bevestigt, een ontkenner is. Ze geloven dat de wereld voor een onafwendbare catastrofe staat, tenzij alle uitstoot onmiddellijk stopt.

Groep 2 – Klimaatalarmisten: bestaat uit individuen/organisaties die voor zichzelf alles hebben te winnen bij een alarmerend klimaatdebat. Niet zelden gebruikt deze groep de klimaatextremisten als ‘hefboom’ voor hun eigen doeleinden. Hier komt maar al te vaak een oneerlijke agenda naar voren in hun acties in vergelijking met die van de extremisten. Binnen deze groep zijn zowel onwetenden als meer geïnformeerden. Onder de onwetenden zijn vaak politici te vinden. Onder de beter geïnformeerden bevinden zich ook onderzoekers die alles te winnen hebben bij een verhit debat, omdat dit kan leiden tot nieuwe onderzoekssubsidies. Het behalen van de doelstellingen van het Akkoord van Parijs wordt binnen deze groep absoluut noodzakelijk geacht. Ook het verrichten van symbolische handelingen zoals minder rundvlees eten, ethanol bij de autobrandstof mengen of minder vliegen wordt belangrijk geacht.

Groep 3 – Klimaatidealisten: zij lezen het rapport van het IPCC bijna volledig kritiekloos als de beste wetenschappelijke waarheid waar we toegang toe hebben. Ze kiezen ervoor om alle onzekere gegevens op de ongunstigst mogelijke manier te interpreteren binnen de door het IPCC gestelde foutlimieten. Het is niet ongebruikelijk om ervoor te kiezen om de gevolgen van klimaatverandering te beschrijven op basis van de worst case-modelscenario’s. De klimaatidealisten kunnen goed lezen en handelen daarom niet extremistisch/alarmistisch op de manier zoals de hierboven beschreven groepen. Vaak wordt verwezen naar de berekeningen van het IPCC over wat nodig wordt geacht om de wereldwijde netto-emissies te verminderen. Klimaatidealisten steunen de klimaatwet.

Groep 4 – Klimaatrealisten: zij lezen het rapport van het IPCC als de beste wetenschappelijke waarheid waar we vandaag toegang toe hebben. Ze kiezen ervoor om hun vertrouwen te stellen in de meest waarschijnlijke gegevens van het IPCC.

Het doel van de Overeenkomst van Parijs om de temperatuurstijging onder de 1,5 graad te houden, wordt echter als onuitvoerbaar beschouwd, tenzij bijna alle op fossiele brandstoffen gebaseerde energieproductie wordt stopgezet.

Een temperatuurstijging van 1,2 graden sinds het pre-industriële tijdperk wordt als meer positief dan negatief voor de planeet beschouwd en het probleem van een toenemend gehalte aan broeikasgassen in de atmosfeer wordt in de loop van de tijd als een oplosbaar probleem beschouwd. Klimaatrealisten zijn tegen paniekmaatregelen en pleiten in plaats daarvan voor een plan dat gebaseerd is op de beste wetenschap en dat economisch en sociaal aanvaardbaar is. Men gaat ervan uit dat de mensheid een verdere temperatuurstijging van 2 graden volledig aankan. De Klimaatwet is onredelijk en moet worden afgeschaft.

Groep 5 – Klimaatrationalisten: zij kiezen ervoor om alle onzekere data zo gunstig mogelijk te interpreteren binnen de door het IPCC gestelde foutenmarges en soms zelfs een beetje daarbuiten. De klimaatrationalisten focussen op de grote onzekerheden van de modellen en menen dat het IPCC te veel belang hecht aan de uitstoot van koolstofdioxide door de mens en andere mogelijke beïnvloedende factoren introduceert. Klimaatrationalisten zoeken daarom een hoorzitting omdat het IPCC niet alle mogelijke aspecten behandelt die het klimaat kunnen beïnvloeden. Volgens de rationalisten draagt deze vorm van niet-observatie bij aan een nog grotere onzekerheid dan tot uiting komt in de modelscenario’s die het IPCC presenteert. De projecties van de klimaatmodellen moeten daarom niet worden geïnterpreteerd als voorspellingen van een verre toekomst, maar als waarschuwingen om in de nabije toekomst niet achteloos fossiele reserves te verbranden. De doelstellingen van het Akkoord van Parijs worden ver beneden een mogelijke problematische temperatuurstijging geacht. Klimaatrationalisten zijn normaal gesproken zeer goed geïnformeerd, vaak emeritus professoren, met deskundige kennis in de basiswetenschappen van het klimaatprobleem.

Groep 6 – Klimaatonverschilligen: zij geven niet om het IPCC, maar nemen de politieke retoriek over dat we in een klimaatcrisis zitten, zij aanvaarden de politieke wil dat Zweden fossielvrij moet worden en de doelstellingen van het Akkoord van Parijs moet waarmaken zonder verder na te denken over de gevolgen. Het is niet ongebruikelijk dat deze groep voor het eigen belang (ook commercieel) gebruikt / exploiteert waar de groepen 1 t/m 3 voor staan zonder een eigen grotere inzet of kennis van het klimaatvraagstuk zelf als zodanig. Een andere passende betekenis voor deze groep zou dan ook klimaatexploitanten kunnen zijn.

Groep 7 – Klimaatnegationisten: zij verwerpen het klimaatdebat waarbij zij het IPCC verwijten dat het onderzoek dat het IPCC selecteert voor het samenstellen van de stand van kennis grotendeels over politiek gaat.

Er is onder hen een sterke scepsis over het belang van koolstofdioxide voor de temperatuur en soms ook over het broeikaseffect. Klimaatnegationisten hebben vaak hun eigen blogs waarin wordt beweerd dat opwarming helemaal niet wordt beïnvloed door het atmosferische CO2-gehalte maar totaal andere oorzaken heeft. Negationisten “bewijzen” dit met argumenten die door velen als duidelijk fysiek incorrect worden beschouwd. Onder de negationisten zijn er ook die erop wijzen dat het publiek is misleid door het IPCC als politieke organisatie. Dat het IPCC de taak heeft om een door de VN geleide planeconomie voor de wereld voor te bereiden.

***

Klimaatextremisten, klimaatalarmisten en klimaatidealisten gaan vol op het orgel in SVT, SR [Sveriges Radio] en in de grote kranten met krachtige steun van het journalistenkorps in Zweden. Ze handelen om ervoor te zorgen dat het beleid klimaatverandering zo snel mogelijk implementeert, meestal zonder na te denken over consequenties.

Klimaatrealisten en klimaatrationalisten stellen dat andere problemen in de samenleving belangrijker zijn dan de pogingen om de uitstoot van kooldioxide in de atmosfeer te verminderen. Het klimaat verandert niet in het tempo dat de bovenstaande alarmistsche groepen denken, en de gevolgen van klimaatverandering die in de media worden besproken, zijn normaal gesproken niet gekoppeld aan het toenemende gehalte aan koolstofdioxide in de atmosfeer.

Klimaatrealisten en klimaatrationalisten zijn van mening dat we de hulpbronnen van de wereld op een betere manier moeten prioriteren en ons moeten concentreren op wat belangrijker is voor de mensheid dan het verminderen van de fossiele afhankelijkheid op korte termijn. Binnen deze twee groepen wordt vaak verwezen naar gegevens uit het grote wetenschappelijke werk van enkele duizenden pagina’s samengesteld door het IPCC, AR6. Het is ook binnen deze twee groepen dat de wetenschappelijke kritiek op zowel het IPCC als het gepolitiseerde debat te vinden is.

Klimaatonverschilligen denken niet na over wat goed of fout is in de wetenschappelijke discussie over het klimaat. Misschien vinden ze het te moeilijk of ontbreekt het hen aan interesse en de juiste inzet. Het is niet ongebruikelijk om te kiezen voor de benadering die politiek het meest correct is en/of het gunstigst is voor de persoonlijke loopbaanontwikkeling. Of ze negeren het thema volledig en nemen niet deel aan welk debat dan ook.

De klimaatnegationisten daarentegen zijn van mening dat delen van de wetenschappelijke basis voor het IPCC in principe onjuist zijn – d.w.z. men bekritiseert niet alleen verschillende veronderstellingen van het IPCC, maar is van mening dat het hele IPCC een hoax is. De groep omvat zowel niet-deskundigen als deskundigen.

De grenzen voor het aangeven van de betekenis van de actieve of inactieve actoren in het klimaatdebat zijn natuurlijk vervaagd. Groepen 1, 2 kunnen worden omschreven als bijna religieus voelend. Groepen 3, 4 en 5 moeten met elkaar in dialoog kunnen gaan met volledig respect voor het anders waarderen van onzekere informatie. In de huidige situatie is de onzekerheid nog erg groot, maar er moeten problemen zijn waarbij men elkaar kan benaderen.

De hoeveelheid wetenschappelijke geschriften is gigantisch en niemand is in staat om alle relevante geschriften over een enkel relevant onderwerp te lezen. De geschriften geven ook vaak tegenstrijdige resultaten en dan moet men ook de onzekerheden en geloofwaardigheid van de auteurs beoordelen. Het feit dat een publicatie is beoordeeld (peer-review) betekent niet dat deze correct is, alleen dat de reviewer geen duidelijke fouten heeft gevonden of niet vindt dat de publicatie niets van waarde bevat.

Klimaatwetenschap is een zeer moeilijk vakgebied en is gebaseerd op veel verschillende basiswetenschappen. Het is daarom onredelijk om te stellen dat iemand veel van deze disciplines kan beheersen. Natuurkunde, scheikunde, oceanografie, biologie, geologie, paleo-ecologie, paleontologie en nog veel meer. Voeg daarbij de subdisciplines, vloeistofmechanica, spectroscopie, thermodynamica, enz.

In deze complexe situatie zijn gezond verstand en respect voor de opvattingen van anderen van onschatbare waarde, maar helaas zeldzaam in verschillende van de bovenstaande groepen.

De zaak / het debat wordt er niet beter op als journalisten zoals SVT’s klimaatreporter Erika Bjerström zich vrijwillig als woordvoerder van groep 2, de Klimatalarmisten, opwerpt, terwijl ze Elsa Widding in groep 7 plaatst.

Elsa Widding heeft veel tijd, energie en energie gestoken in het interpreteren van het dikke rapport van het IPCC, gepubliceerd op haar video’s op Youtube, mede met de hulp van deskundige professoren in moleculaire fysica, dynamische meteorologie, oceanografie, biochemie, fysische chemie, biologie, astrofysica en wetenschapstheorie enz. Widding verwijst ook naar het IPCC en AR6 (het omvangrijke wetenschappelijke rapport van 4000 pagina’s, samengesteld door het IPCC) wanneer ze de schriftelijk vragen beantwoordt die Bjerström haar stelt vóór de uitzending in Aktuellt, maar die in de uitzending worden genegeerd.

***

Zweedse bron hier.