Temperatuur afgeleid uit IJslandse gletsjers

Alle klimaatsceptici geloven dat mensen een zeer sterke invloed hebben op het klimaat. Neem het door het IPCC grotendeels verwaarloosde Urban Heat Island-effect. Je hoeft geen academicus te zijn om dat te snappen: wie in Amsterdam woont en ’s winters wil schaatsen, die gaat naar de polders van Waterland. Daar is het 2 graden kouder dan in de stad en het ijs is er veel eerder op schaatsdikte.

Nieuwe paper bevestigt alweer: Alpen vroeger veel warmer dan nu
Zie tegelijk deze verse paper in Geology op 1 juli, die eigenlijk wel een aparte posting waard is, : de auteurs Goehring et al (geen godwin) constateren dat de Rhone Gletsjers in het grootste deel van het Holoceen KLEINER waren dan nu: het was toen WARMER. Maar die opwarming was vast een ‘lokaal verschijnsel’, om het IPCC te citeren. De opwarming tot 1998 was ‘uniek en globaal’ en CO2 is Zijn Oorzaak Amen.

Geen mensen, geen trend
Opvallend is steeds, dat waar regionale/lokale menselijke invloed grotendeels ontbreekt, neem rurale stations in Noord Amerika, het Zuidelijk Halfrond (zie Kiwi-gate, zonder ‘correcties’ was er geen opwarmende trend op Nieuw Zeeland), of bovenstaande grafiek van Noord IJsland:

    Dat die veel besproken opwarming van de aarde anders verloopt dan de ‘global average temperature’, zoals samengesteld door Climategate-universiteit CRU. Vaak is er geen trend te ontwaren die enige correlatie vertoont met de stijgende CO2-concentratie in de atmosfeer.


Bovenstaande grafiek is samengesteld uit gletsjers op IJsland door Wastl et al. Je kunt uit het krimpen of groeien van gletsjers natuurlijk niet zomaar de luchttemperatuur afleiden. Zie ook onze eerdere posting over de menselijke invloed op de Kilimanjaro en de neerslagpatronen. Voor je een temperatuurtrend uit gletsjers afleidt, moet je eerst corrigeren voor veranderingen in neerslagpatronen. Dat deden de auteurs. En zij vinden een ‘sprong vanuit de Kleine IJstijd’ in 1920, waarna je eigenlijk nauwelijks nog enige trend kunt ontwaren.

Zie ook dit proefschrift, uitgegeven door het Fins Meteorologisch Insitituut. De Daily Temperature Range neemt af, maar van een met CO2 gelijklopende temperatuurcorrelatie is geen sprake. De auteurs reppen over een verschuiving van klimaat, met meer zeeklimaat-achtige trekken.

Gletsjers vroeger in Holoceen KLEINER dan nu
Bovengenoemde auteurs, Wastl et al constateren dat in het Holocene Optimum (waaruit ook de 2-gradendoelstelling is afgeleid door Joachim Schelnhuber van het PIK) het liefst VIER graden warmer was in de IJslandse winter dan in de Kleine IJstijd. Dat kwam door de enorme methaanuitstoot van schetende IJsberen en ..nee, nu word ik flauw.

Ik bespreek in Marcel’s boek nog een aantal van dit soort voorbeelden, zoals de metingen aan fossiele bomen in de Alpen van Gerholt Patzelt. Daaruit blijkt ook dat de boomgrens in de Alpen in 60 procent van het Holoceen HOGER lag dan nu. Ergo, vroeger was het in grote delen van Europa warmer dan nu. Claims over de ‘huidige unieke opwarming’ zijn eenvoudig feitelijk onjuist.

Wat zegt dit?
Dat ‘de hoofdconclusies overeind blijven’, en dat we het IPCC als woord van God moeten zien, samen met hun klimaatclown Pachauri. Grapje.

Zoals Marcel ook al de problematiek bespreekt met temperatuurmetingen in het beste Nederlandse klimaatboek na Kroonenberg, moet je terug naar de data. En dan blijft uiteindelijk steeds een verrassend dun verhaaltje over. Hoe kunnen klimaatalarmisten dus ooit met zulke zekerheid vastklampen aan hoge klimaatgevoeligheid voor CO2, wanneer we hun betrekkingen met de milieubeweging en honger naar onderzoeksgeld wegstrepen?

    In IPCC AR4 het zesde hoofdstuk doen de paleomensen de grootste moeite om aan te tonen, hoe verschijnselen als de Middeleeuwse Warmteperiode en het Holocene Optimum regionale fenomenen waren, die overal op verschillende tijdstippen plaatsvonden. Wanneer je echter naar de huidige ‘Global’ Warming kijkt, en je zou de zelfde moeite doen als de IPCC-auteurs kun je even goed voldoende voorbeelden vinden die de ‘Global’ warming op zijn minst relativeren.

Hier nog een grafiek, die van de West Europese temperatuur, samengesteld door Phil Jones op basis van 5 locaties. Volgens mij is die milde opwarming, die voornamelijk alleen in de winter is te zien van de laatste decennia tot 1998 een ‘lokaal verschijnsel’, waarbij regionale menselijke invloeden een rol spelen. Temeer omdat je bij vele stations in Europa geen enkele trend vindt. Misschien staart men zich wel teveel blind op die theoretische 4 watt per vierkante meter bij CO2-verdubbeling. Wat jullie?