Onderstaand opinie-artikel verschijnt vandaag in het Reformatorisch Daglbad als repliek op Klaas van Egmond van de Universiteit Utrecht in die zelfde krant op 25 augustus. Hij wil christenen een nieuwe verlossingsleer prediken, ‘de duurzaamheid’. Zijn zuurzame geloofsgenoten als Jan Rotmans azen ondertussen al op de kerkgebouwen die leegkomen voor nieuwe samenkomsten
Onlangs mocht Klaas van Egmond van de Universiteit Utrecht een oude bewering herhalen: 2000 jaar christendom en ‘Het Westen’hebben De Aarde naar de afgrond geduwd. Wie enige historische en ecologische kennis heeft, kreeg een deja vu. Hier herkauwt alwéér iemand van de babyboomgeneratie de historicus Lynn White en zijn navolgers.
Om kort samen te vatten: Lynn White’s invloedrijke essay ‘On the historical roots of our ecological crisis’uit 1967 poneert de stelling dat Genesis een kunstmatige scheiding aanbracht tussen mens en natuur. De mens als door God aangestelde ‘heerser’ zou zich dankzij deze opdracht gesteund weten in een houding van exploitatie van natuurlijke hulpbronnen. De oplossing: White en navolgers willen de natuur vergoddelijken, zoals ‘natuurvolken’ doen en sommige Franciscanen. Wie de boom vereert, die zou haar laten staan.
Maar heeft deze analyse ook raakvlak met de werkelijkheid? Of spant White het paard achter de wagen door menselijke zwakheden – het christelijke begrip zonde- te vereenzelvigen met één filosofie die hem niet bevalt? Ik verdedig die laatste stelling.
Niet Genesis maar de genen
Het bodemarchief zit namelijk tjokvol met bewijzen van zogenaamde ‘natuurvolken’die alles vereerden dat los en vast zat. Maar die even goed hun natuurlijke hulpbronnen uitputten, diersoorten deden uitsterven en ecologische moeilijkheden veroorzaakten.
Neem de Maori’s die zich een vestigden op Nieuw Zeeland, en daarbij een loopvogel en zijn predator de Haast arend deden uitsterven naast vele andere diersoorten. Veel van de Amerikaanse ‘wildernis’die Westerse kolonisten aantroffen, was al vele malen platgebrand door de daar levende Indianen zonder dat Genesis daar aan te pas kwam.
Klassiek en overbekend verhaal, opgetekend door bioloog Jared Diamond in ‘Collapse’ is de geschiedenis van Paaseiland. Twee stammen maakten elkaar het leven zuur, nadat ze eerst alle bomen op het eiland kapten voor het transport van beelden. Toen Westerse ontdekkingsreizigers op Paaseiland aankwamen, troffen ze onder de laatste overlevenden geen enkele Paaseilander die zich op Genesis beriep. Verdween de mammoet door het lezen van Genesis?
Hoogste biodiversiteit China bevindt zich in de keuken
Dat andere filosofieën wél een garantie zouden bieden voor devote omgang met natuurlijke hulpbronnen lijkt eveneens onwaarschijnlijk. Neem het Oosten: het Chinese karakterteken voor ‘dier’is ‘bewegend ding’. Dat is een object, geen bezield subject dat verering eist. De hoogste biodiversiteit in China bevindt zich op de menukaart van de Schezuan-keuken.
Ecosimplisme
Kortom, analyses die een als negatief ervaren omgang met niet-mensen willen vastpinnen op één filosofie gaan hopeloos mank. Een manco dat al door tijdgenoten van Lynn White al werd onderschreven. Mensen die overigens zéér gedreven waren om een andere omgang met de natuur te bepleiten.
Zoals door bioloog Barry Commoner in zijn ‘The Closing Circle’ uit 1972. Hij hekelt simplisten, die complexe ecologische problematiek tot ‘De Grote Oorzaak’willen versimpelen, meestal met politieke agenda. Ook Noors filosoof Arne Naess, grondlegger van Deep Ecology maakt gehakt van geschop tegen het christendom. Naess bepleit meer oog voor de onderlinge samenhang in de natuur. Beide klassiekers vragen ons om beter te kijken, en dat al in Van Egmond’s studietijd.
Wat is ‘Het Westen’?
Ook dient iemand die tegen ‘Het Westen’schopt, goed te definiëren wat dat Westen is. Daarvoor kun je het beste te rade gaan bij iemand, die daarvoor ook geleerd heeft. Ian Morris, historicus/archeoloog en hoogleraar aan Stanford University tekende recent nog 10.000 jaar menselijke geschiedenis op in ‘Why the West Rules, for now.’ Het Westen, daarbij horen volgens Morris ook de Arabieren, en het hele gebied waar de Bijbel de Hof van Eden situeert .
De Westerse dominantie is nog recent. ‘Het Oosten’, China, lag 1000 jaar lang voor op het Westen in haar ‘ecologische voetafdruk’: de mate van energieverbruik en fysieke invloed op de omgeving. De Chinezen gebruikten al 1000 jaar geleden steenkool. Pas met de uitvinding van de stoommachine door James Watt kwam ‘Het Westen’ echt voorop te liggen: een technische reden die ‘onze’geografie plots tot voordeel maakte.
Zou een natuurvolk met stoommachine plots milieuactivist worden? Of is hij dan plots Westerling? Dergelijke warrige analyses helpen ons duidelijk niet verder, en dat is al 40 jaar bekend. Wat ons brengt bij de vraag waarom moderne academici nog steeds blijven schoppen tegen traditioneel Christendom.
Ik vond een prachtige analyse in Aaron Wildavsky en Mary Douglas hun antropologische klassieker ‘Risk and Culture’ uit 1982. Zij vragen zich hierin af, waarom de meest welvarende en gezonde generatie uit de menselijke geschiedenis zich zo overdreven zorgen maakt over ‘het Milieu’. Religie en vooral het gebrek daaraan speelt hier een rol. ‘De Natuur’ is volgens hen een goede kandidaat als God-subsituut voor geseculariseerde hoger opgeleiden. Deze duldt duidelijk geen bijbelse concurrentie.
Spot on! Smaakt naar meer. ;-)