Een gastbijdrage van Reynier Pronk.

Nu mijn eerdere stukje tot zoveel reacties heeft geleid, waarvoor dank, denk ik dat het nodig is om enkele onderwerpen nader toe te lichten.

Feasibility

Begint een project niet met een feasibility (study)? Vroeg iemand. Het antwoord is nee, want waarom zou je een heel project optuigen als de uitkomst van de haalbaarheidsstudie negatief kan uitpakken en je het project vervolgens weer moet afblazen? Een groter gevaar is trouwens, dat het project, ondanks de ongunstige uitkomsten van de studie, toch wordt doorgezet, want ‘wij zijn nu eenmaal al begonnen en lekker bezig’.

NB: Niet elke feasibility study leidt tot een project en niet elk project wordt voorafgegaan door een feasibility study.

Alvorens de akkoorden van Parijs te ratificeren, was een haalbaarheidsstudie op z’n plaats geweest. Deze had moeten worden uitgevoerd door een klein team van onafhankelijke deskundigen uit verschillende vakgebieden/disciplines.

Wat vooral niet had mogen gebeuren is: allerlei belanghebbenden (en niet eens allemaal) het onderling maar laten uitmaken. Inderdaad: de klimaattafels. Ik denk niet dat het nodig is om uit te leggen waarom dit een slecht idee was en is.

(Drie)dubbele doelstelling – een goed idee?

Terecht werd gewezen op het feit dat klimaat en energietransitie twee verschillende zaken zijn, maar ze liggen wel in elkaars verlengde. Wiebes heeft hier ook nog ‘van het gas af’ aan toegevoegd. Die doelstelling is er om andere redenen in gefietst. Andere landen gaan juist over op aardgas (!) als ‘klimaatmaatregel’.

Een project moet slechts één (hoofd)doelstelling hebben; de andere zijn dan randvoorwaarden of zelfs andere projecten. Waarom? Als je drie doelstellingen nastreeft, dan gaan die elkaar vroeg of laat in de weg zitten.

Stel: ‘Versneld van het gas af’ krijgt voorrang, dan moeten er andere keuzes worden gemaakt om in de energiebehoefte te voorzien. Dat kan leiden tot het langer open moeten houden van kolencentrales, het inkopen van bruinkoolstroom uit Duitsland of kernstroom uit Frankrijk. De klimaatdoelstellingen worden daardoor ondergeschikt gemaakt aan ‘van het gas af’ en, was klimaat niet juist onze hoofddoelstelling? Als ‘van het gas af’ een randvoorwaarde was geweest, dan ontstaat zo’n dilemma, of beter: ‘trilemma’ niet.

Een grotere valkuil is nog CO2-reductie als doelstelling (eigenlijk is dit eerder een taakstelling dan een doelstelling). Was de centrale doelstelling niet dat de opwarming moest worden beperkt? Stel dat Nederland de CO2-doelstelling haalt en de temperatuur loopt ondanks dat toch op? Is ons project dan geslaagd, want doelstelling is immers behaald?

Wat als blijkt dat de temperatuur helemaal niet verder stijgt, maar daalt en we eigenlijk CO2 terug de atmosfeer in zouden moeten pompen(:-), maar dat staat niet in de doelstelling dus gaan we dan ijzerenheinig door? Wat als wij Tatasteel en Shell het land uit zouden pesten en ze gaan elders de productie en dus de CO2-uitstoot verhogen? CO2- doelstelling gehaald; missie geslaagd?

Een dergelijke doelstelling is dus niet SMART en had daarom nooit geaccepteerd mogen worden.

(Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden)

Als het een taakstelling is, wie houdt dan de centrale doelstelling in de gaten? En, hoe verhoudt zich dat dan tot de soevereiniteit van elk individueel land? En wat als andere landen zich er niet aan houden? Een boete? Met de huidige rentestand zal een land graag een boete betalen en zo z’n verplichtingen afkopen.

Probleem of risico?

Er werd betwijfeld of het project had moeten gaan over het oplossen van een probleem, of het mitigeren van een risico. Er is volgens de schrijver immers al een probleem?

Bij mijn weten zijn er nog geen dijken doorgebroken, noch is de complete bevolking van de Alblasserwaard op drift geraakt richting Utrechtse heuvelrug Dus welk probleem wij nu al hebben is mij niet duidelijk. Dat het iets warmer is geworden? Is dat een probleem?

Wij geven op dit moment miljarden uit aan dijkverhoging, gebaseerd op een rapport van de commissie Veerman (die toegegeven heeft sterk te hebben overdreven). Dat is daardoor een mitigerende maatregel die leidt tot overdreven hoge dijken. Dat lijkt mij voorlopig meer dan afdoende in het geval de zeespiegel het is z’n bol krijgt om stevig te stijgen (wat die bij mijn weten nog niet doet). Overigens, als Veerman niet had overdreven had het ons veel geld bespaard.

Een risico kent overigens twee kanten: de gebeurtenis zelf en de impact die het heeft. Bijvoorbeeld: Als de weersvoorspelling is dat wij volgende week grote hoeveelheden regen kunnen verwachten, dan heb je pas een probleem als je een buitenactiviteit hebt gepland, (laten we zeggen: een tuinfeest of het bezoeken van een festival). Misschien moeten die worden uitgesteld, of worden verplaatst naar een sporthal of grote schuur. Als je alleen maar je hond hoeft uit te laten, dan volstaat een paraplu en als je die niet hebt wordt je nat of blijf je lekker binnen (=adaptatie).

Wat ik niet kan is de regenbui voorkomen. Wij moeten leven met het feit dat niet alles te voorkomen is. Ik kan bijvoorbeeld ook niet voorkomen dat de opwarming van de aardatmosfeer beperkt blijft tot 1,5 °C. U wel? Welke maatregel wij ook nemen, het zal niet (kunnen) leiden tot de 1,5°C doelstelling al was het alleen al om dat tijdens het project niet kan worden gemeten hoever we daarmee zijn.

Stel dat het zeewater toch over de dijken komt. Gaan we dan als een haas extra centrales sluiten, windmolens bijbouwen en extra zonneparken aanleggen in de hoop het klimaat op andere gedachten te brengen? Dat lijkt me niet. Dan rest ons niets anders dan met de gevolgen te leven.

Nog even terug naar de Business Case en de opties die aan de hand daarvan moeten worden afgewogen: (Dit is slechts een voorbeeld.)

  1. Do nothing: In dat geval leggen we de bouw van wind- en zonneparken stil en wachten we de ontwikkelingen rustig af. Dat is de enig juiste optie; wij kunnen immers op geen enkele manier de einddoelstelling van Parijs (helpen) halen. Doorgaan is dan geldverspilling. Onze huidige infrastructuur kan dan rustig in stand blijven.

  2. Do minimum: De dijkverhogingen ronden wij nog af en we maken een noodscenario voor als het toch mis mocht gaan. Er worden nieuwe eisen gesteld voor nieuwbouw en nieuwe bedrijfsactiviteiten; de bestaande infrastructuur blijft gehandhaafd.

  3. Do something: Dat zou kunnen inhouden dat wetenschappers en bedrijfsleven gestimuleerd worden om nieuwe technieken ontwikkelen om op termijn schonere producten te maken.

Business Case

Wanneer is een project geslaagd? Niet als het eindresultaat is geleverd; niet als er binnen budget en tijdbestek is opgeleverd en zelfs niet als de vereiste kwaliteit is geleverd. Wanneer dan wel?

Als het beoogde zakelijke doel is bereikt, vastgelegd in de Business Case.

M.a.w. je kunt geheel volgens specificatie, op tijd en binnen budget een nieuw type mobieltje op de markt zetten, maar als de concurrent eerder komt dan jij, met een beter en/of goedkoper toestel, dan heb je het nakijken en heb je je voor niets ingespannen en ben je bovendien je investering kwijt.

De opwerkingsfabriek in Kalkar (u weet wel: waarvoor wij jarenlang een zg. ‘Kalkar-heffing’ moesten betalen) zal wellicht hebben voldaan alle eisen. Het glas zal geheven zijn op de tijdige oplevering, maar die fabriek was bij oplevering al obsoleet.

De Amsterdamse containerhaven heeft jarenlang werkloos gewacht op het eerste containerschip.

De HSL had al jaren in vol bedrijf moeten zijn en is dat tot op de dag van vandaag nog niet.

Is het maken van een Business Case zaligmakend? Helaas niet. Omdat zowel het project als de implementatie, het gebruik van de resultaten en het incasseren van de baten in de toekomst liggen, kan er naar hartenlust gefantaseerd worden over de kosten (te laag) als de opbrengsten (te hoog) als de risico’s (te optimistisch).

De schrijvers van een BC doen dat vaak willens en wetens om er iets door te drukken of juist tegen te houden (met de omgekeerde argumentatie). Ze worden er immers er toch niet op afgerekend als het aan het licht komt?

In mijn optiek is het bewust schrijven van een verkeerde Business Case een vorm van fraude en oplichting, want het kost de gemeenschap vele miljarden.

Eén reageerder vond de Noord/Zuid-lijn prachtig. Dan kunnen we elkaar een hand geven, want dat vind ik ook! Maar in de Business Case stond dat er dagelijks gemiddeld 200.000 betalende reizigers gebruik van zouden maken. Dat wordt bij lange na niet gehaald. Uit eigen ervaring weet ik dat de bovengrondse trams boordevol zitten, en de metro niet.

Bovendien heeft de gemeente het gebruik willen ‘stimuleren’ door een paar belangrijke bovengrondse lijnen op te heffen. Dat leidt misschien wel tot extra reizigers, maar levert geen extra geld op.

De kosten zijn gestegen van 1,4 miljard tot meer dan 3 miljard en de oplevering was oorspronkelijk gepland in 2011. Geen wonder dat de erfpacht, de OZB en de parkeertarieven in Amsterdam de pan uit rijzen!

De Betuwelijn is gebaseerd op de verwachting dat er elke drie minuten een goederentrein zou vertrekken naar Duitsland. Dat dit argument is geslikt, gaat mijn begrip te boven. Iedere weldenkende burger kan uitrekenen hoeveel treinstellen, locs en rangeerterreinen je daarvoor nodig hebt. Dat is technisch uitgesloten. De infrastructuur in Duitsland is nog lang niet aangepast. Met een beetje geluk zie je er soms een goederentrein overheen rijden. Een alternatief was geweest: 40 extra binnenschepen(!).

Modellen

Tegen wetenschappelijke modellen heb ik op zich geen bezwaar. Het wordt pas een probleem als men projecties in de (verre) toekomst als ‘100% waar presenteert en daar zijn bijna alle wetenschappers het over eens’ gaat uitventen. Nogmaals: in de toekomst kijken is een vaardigheid die bij mijn weten nog niet is uitgevonden.

Vanwege de enorme consequenties vind ik ook dit een vorm van fraude die vervolging verdient. Zeker nu gebleken is dat men niet verifieerbare/reproduceerbare homogenisaties met data uit het verleden heeft toegepast. Dit zet de bijl aan de wortels van de zuivere wetenschap!

Randvoorwaarden

Door het ontbreken van een projectmatige aanpak, zijn ook randvoorwaarden niet overwogen. Laat ik er een paar noemen:

  • de te kiezen oplossingen mogen niet tot verrommeling van het landschap leiden;
  • de vervangende energiebronnen dienen vraaggestuurd te zijn en niet aanbodgestuurd;
  • de gekozen oplossingen moeten t.o.v. de huidige, op z’n minst gelijkwaardig, en bij voorkeur beter zijn voor zowel bedrijven als burgers;
  • de economie mag er niet onder lijden en onze concurrentiepositie mag niet worden aangetast.

Dat zou leveranciers dwingen om met vernieuwende oplossingen te komen. En zeg niet dat er geen tijd meer te verliezen is, want er is tijd genoeg. Kijk nog even hier naar.

Bedenk dat onze voorouders blij waren niet meer afhankelijk te zijn van wind of daglicht. Dat heeft tot enorme productiviteitsverhoging en welvaart geleid. Nu de omgekeerde weg is ingeslagen, valt terugval te vrezen. Maar ook ik kan niet in de toekomst kijken …

Draagvlak

Reynier Pronk.

Zouden bovengenoemde randvoorwaarden zijn toegepast, dan had de Crisis & Herstelwet in de la kunnen blijven liggen. Alleen door dwang kan de agenda worden doorgedrukt. Ik houd niet van voorspellen, maar het zou zomaar kunnen dat het hele project juist op draagvlak sneuvelt. Een ijzeren wet is dat je nog zo’n mooi project kunt hebben, maar zonder draagvlak wordt het niets.

De slachtoffers in Meeden en Utrecht verdienen onze steun.

R Pronk

NB: Ik heb steeds voor het gemak over projecten gesproken, terwijl het hier gaat over een zg. programma; een samenhangend geheel van projecten met een gemeenschappelijke Business Case. Hiervoor gelden echter dezelfde principes.