RZ14schapedobbe1

Mensen, het is vandaag de dag van de arbeid. De dag waarin  het juk van de mensheid in het zonnetje staat, als je niet helemaal goed bij je hoofd bent of van de SP. Dat wij in het zweet des aanschijns ons brood moeten verdienen, terwijl je toch liever achterover leunde met een wijntje weib und gesang. Na ongeveer 13 jaar te doen alsof je wetenschapsjournalist bent, en alweer 1250 blogs is het tijd om als Zelfstandige Zonder Perspectief (ZZP) eens uit de school klappen. Werk is vreselijk, alleen het nutteloze heeft werkelijk zin in de zin van zintuiglijkheid.

Paradise Lost: Meer luchtkussentjes….
Wie heeft dat ooit bedacht, dat je met werk een doel zou hebben of een levensvervulling waar je dan op feestjes over zou moeten opscheppen. Allemaal ‘leuke projecten’ doen, doelen stellen. Zodat je als chef verkoop ‘toiletpapier met extra verende luchtkussentjes’ je targets gaat verhogen die het hoofdkantoor heeft opgelegd. Wij willen meer anussen strelen met onze luchtkussentjes, niet die van de concurrent en raken hevig verontrust als Popla dan toch 5 procent meer marktaandeel weet te bezetten. Of meer telefoons verkopen, meer dit meer zus meer enzovoort. Het existentialisme van de vrije markt, die gevangenis van behoeftenbevrediging met belachelijkheden.

En dan mag jij bij het halen van die doelen je trots voelen of zo, van ‘ nou dat heb ik dan toch maar weer gedaan’. Pffffff. Arbeid is kortom de last die ons is opgelegd sinds wij uit het Paradijs zijn verdreven, de wijze waarop de Heere ons er dagelijks van 9 tot 5 inwrijft dat hij die schanddaad in de hof van Eden nog niet vergeten is. Je kunt veel van Hem zeggen, maar een Olifantengeheugen heeft Hij wel, als je iets onschuldigs als de verkeerde appel eten na ruim 6000 jaar nog onthoudt. Wat een Ambtenaar, de Grote Hypotheekverstrekker. Bedenk goed wat je met je laatste Rolo doet, de erfzonde in caramel en chocola.

Eigenaar van schuld
Ja mensen, de Manna komt ons niet uit de lucht vallen. We hebben een populatie van 90 procent loonslaven, de mieren, forenzen, termieten, ratten die dagelijks heen en weer krioelen van hoop naar hoop met de blik op half zeven, na het ontbijt over te slaan terend op zo’n kaasbroodje Hollands afzien van de railcatering: net niet slecht genoeg voor net niet teveel geld om niet van aankoop af te zien. Om bij Utrecht CS te stranden bij de zoveelste stroomstoring door blaadjes in de dakgoot van het NS-hoofdkantoor.

En 10 procent van de slavenpopulatie kiest zelf hun juk, die noemen we ondernemers. Allen zijn zij lijfeigenen van schuldeisers, die in de gevangenis belanden als zij hun rekeningen niet betalen.

Velen hebben een contract getekend met zichzelf als onderpand aan geldwoekeraars (bankiers, hypotheekverstrekkers), die hen voor 4 procent rente per jaar een poot uitrukken. Deze mensen noemen zich ‘ huiseigenaar’, waarbij ze hun leven als onderpand gaven. Deze lijfeigenen hebben verder de neiging samen te klonteren bij lotgenoten, dan zijn het verenigingen van eigenaren van een hypotheek.

  • Iets zegt mij al jaren dat dit niet iets nastrevenswaardigs is. Het alternatief is ‘Into the Wild’. Zie je ‘m gaan, in je berenvel leven in de bossen bij Ermelo? Het beste dat je daarmee bereikt is figureren in een item van Hart van Nederland. Horror. Er is geen alternatief in dit aardse tranendal onder zeeniveau.

RZ14schapedobbe7Bloggen is uitstelgedrag
En dus dan ga je procrastinaten, zoals de Amerikanen dat noemen, uitstelgedrag vertonen. Waarbij je als overjarige puber wat onverstandige dingen gaat zeggen, doen en bovenmatig afleiding zoekt in dranktechnische beschouwingen danwel gynotechnische uitvluchten, waar deze zich voordoen.

Eigenlijk ben ik er na 1250 blogs voor Climategate.nl achter dat dit exact hetgene is dat ik voor dit blog doe. Ik schrijf de meeste blogs, de langste ook, wanneer ik echt geen zin in werk heb, het totaal uit je tenen moet komen. Ik heb 1250 keer geen zin in werk…. Dan ga je afleidingen zoeken, die je uitlegt als nuttig maar die welbeschouwd werkelijk niets opleveren dat enig perspectief biedt. Dat kan een blog zijn. Of….Nog maar weer eens een ‘ like’ uitdelen aan een vage Facebook-bekende met een foto van zijn vakantie in Noorwegen. Dat is goed voor je netwerk! (ja natuurlijk) En de veel te jonge Nadine heeft een nieuwe profielfoto waar ze er toch wel spannend uitziet. Like. Juist ja.

Schoonheid in onbeduidendheid
Ik bezocht met een facebook-vriendin afgelopen week Arie Boomsma en Thierry Baudet in de Rode Hoed. Ze hadden wat muzikanten opgetrommeld die muziek van Bach tot Bernstein speelden, Arie en Thierry, de respectievelijk gristelijke en conservatieve variant van Peppi en Kokki hebben daar een boek over geschreven. Rond het duo en de muzikanten hing zo’n aura van succesgelul en interessant zijn, het is ze van harte gegund en ze hebben het vreselijk druk, belangrijk en moeilijk enzo.

Het mooiste deel van de avond vond ik echter de persoon met de schijnbaar eenvoudigste en minst prestigieuze taak: de pageturner. Een blonde dame met stilettohakken naast de pianist, die volgde waar de pianoman in het stuk was om dan op tijd de bladzijde te draaien. De manier waarop ze aandachtig meelas, de ogen opverend met de op en neer springende noten op papier, de ranke vingers die de bladzijden aanraakten. Direct verliefd.

  • Natuurlijk, van tijd tot tijd wil ik zelf ook niet voor een ander onderdoen. Zodra de sociale wedijver weer parten speelt, en je de hete adem van mislukking in je nek voelt danwel het einde van je saldo voelt naderen komt daar zowaar dat woord waarvan je schijnt te moeten overlopen om mee te tellen: ambitie.

Oppervlakte-afhankelijk uitsterven
Nou vooruit, wij kennen onze intellectuele interesses, zijn niet geheel talentloos. Ik las The Theory of Island Biogeography revisited, een paper van Ilka Hanski over metapopulaties en species area relationship, ja dat klinkt naar werk en dat is het ook. Maar het is hobby, want je wilt gewoon weten hoe de natuur werkt. Het klinkt ook hoogdravender dan het is. In de ecologie heb je – naast een heleboel geleuter- eigenlijk maar 1 harde natuurwet, en dat is het verband tussen soortendiversiteit en oppervlakte. ‘ The closest thing to a law in ecology’.

RZ14schapedobbe8In ieder gebied migreren continue soorten naar binnen, en er sterven continue soorten uit. Bij een groter oppervlak ontstaat een evenwicht tussen extinctie en immigratie op een hoger niveau dan bij een kleiner oppervlak. Als je dat in 1963 in een paper opschrijft en je heet EO Wilson, bent dikke maatjes met Mc Arthur word je een ecologische legende. Ja, had u dat maar gedaan. Of niet.

Die theorie is steeds meer aangevuld met een netwerktheorie, die van de metapopulaties. De theorie is overigens gelijktijdig met de Eilandtheorie ontwikkeld door Levins. Wilson werd bekend, Levins niet. Zowel de eilandtheorie als die van metapopulaties vormen de basis vormt van ons natuurbeleid volgens de Ecologische Hoofdstructuur. Het komt er bij de metapopulatie-theorie op neer dat je niet een aangesloten oppervlak hoeft te hebben, een netwerk van kleine habitatjes kan ook: overal sterven continue deelpopulaties uit, maar vanuit die andere habitatjes kunnen dan weer nieuwe individuen de leegte koloniseren.

  • Kort samengevat. Eilandtheorie zegt: oppervlak is alles. Metapopulatie zegt ‘oppervlak is niet alles’. Tel daarbij de constatering dat kwaliteit (= een nogal vage entiteit) van een gebied meer meeweegt, of afwisseling van habitat en we hebben hier weer een typische ‘ harde’ natuurwet die de ecologie zo kenmerkt. Soms wel, soms niet.

Maar als je een klein eilandje hebt zonder omringende kolonisatiekernen, is de kans groot dat de soortendiversiteit over decennia steeds verder afneemt. Het uitsterven gaat immers door, maar het immigreren wil niet zo. Neem een heideterrein met een populatie adders omringd door intensieve landbouw. Die adders zitten daar sinds hun voorouders na de Ijstijd dachten: ‘nou nou, dat is me de heide wel’. En duizenden jaren later zitten hun achterachter enzovoortkinderen daar nog. Een heidebrandje, en hup. populatie weg. En door afwezige immigratie, dankzij de barriere van intensieve agrosteppe die afgelopen eeuw ontstond, betekent dat al snel lokaal uitsterven. Tenzij natuurliefhebbers een addertransplantatie uitvoeren.

Friese heidepostzegel: de Schoapedobbe
Zo kwam ik er toe om een door landbouwenclaves omsloten heidegebiedje te bezoeken, de Schoapedobbe. Niet omdat dit enige toegevoegde waarde heeft voor de desbetreffende betaalde opdracht: het leek mij een quasinuttig excuus om die opdracht te ontvluchten. En zeg nu zelf: hoe vaak blijft het mooi weer in Nederland? Je ziet dan met eigen ogen zo’n ecologisch eilandje tussen de landbouwgrond, een praktische bevestiging van eilandtheorie en metapopulaties. Hoopt een adder te vinden.
Je leest de natuurgids van het Friese Landschap en weet dan dat er een heideblauwtje leeft, zo’n weinig mobiel flintertje dat uitsterft als het te warm wordt omdat hij hier al sinds de ijstijden wat achterblijft, en rond de Schoapedobbe geen andere populaties lijken te handhaven. Of was dat de veenbesparelmoervlinder?

Zijn ze overigens allemaal gay bij de Vlinderstichting? Die namen van vlinders…… Het veenhooibeestje, zandblauwtje, orantjetipje, vaselinegeeltje, niveawatje, het anusblekertje, het gevoeligehuidje, het heidemietje. Ik zag iets blanks fladderen boven de struikheide, het huppelwitje? En een dagpauwoog, kijk zo’n naam kan je op een borrel ook nog wel laten vallen zonder schaamte..

RZ14schapedobbe3

Na dit nutteloze zijspoor verder met mijn lofzang op de nutteloosheid. Zodra je niet aan het werk bent, heb je het gevoel veel nuttiger bezig te zijn dan wanneer je weer een pak papier voor de vergetelheid produceert, puur omdat je saldo dit gebiedt. Geld ist nicht wichtig, es muss nur da sein zei Nina Hagen, het is het losgeld waarmee wij ons tijdelijk vrij kopen.

Ik stond op een heuvel, een joggend meisje met heerlijk klein kontje rende voorbij, de boompieper lanceerde een parachutevlucht, ‘dit boompje inclusief opstalrecht is van mij piep, piep’ . De brem stond in de bloei, knalgeel, de lucht rook zwaar naar naderende onweersbui. Na het broeierige heideterrein volgde een laan met bloeiende meidoorn, frisgroen met witte bloesems, een haas rende voor mijn voeten weg terwijl mijn terrier Trudy de achtervolging inzette.

  • Honden mogen niet los in de broedtijd, maar Trudy is een schatje. En ik heb bij natuurorganisaties een algehele uitzonderingsregeling bedongen. Een groen pasje. Ik ben het pasje alleen even kwijt.

 

Trudy heeft een losloopregeling in natuurgebied

Trudy heeft een losloopregeling in natuurgebied

Houden van...
Aan de rand van de heide ligt een zee van paardenbloemen, die massaal klaar staan hun zaadjes te laten meevoeren door de wind na eerst een beetje geel te zijn geweest. In de verte krast een raaf, Ravenswoud ligt vlakbij. “Nevermore’ krast hij, voor de ‘ jilted lovers’ waarover Nick Cave net nog in de autostereo zong, ‘ that people just ain’t no good’ . Hoeveel liefdes en dierbaren moet een mens versterven, waarmee je eerder ziel en zaligheid deelde maar waarvan je later niet meer weet of ze nog zouden leven?

Is ‘ houden van’ niet de meest lichamelijke uitdrukking die er in het Nederlands bestaat, datgene vastklemmen dat je onherroepelijk verliest. Zoals de ‘ havik’ , germaans habicht voor hebberd, grijperd zo treffend is voor deze roofvogel met de grootste klauwen van NL. Zo is ook de liefde voor natuur, het willen vasthouden van de huidige soortenrijkdom een gedoemd ‘ houden van’, iets vasthouden waarvan je weet dat het zal verdwijnen, plaatsmakend voor iets anders, niet beslist beter, ook niet meteen slechter: anders. De Schoapedobbe, die heidepostzegel in de agrosteppe zal plaatsmaken voor iets anders. Maar deze middag even niet, en het terreintje deelde haar geuren en sensaties even met mijn zinnen als in de roman Wolf Solent van John Cowper Powys.

Eigenlijk zijn de nuttigste, de meest zintuiglijke momenten van je leven die ogenblikken dat je niet werkt, tenzij liefde en houden van je werk is. Terwijl arbeid, zeker in productie zintuiglijke afstomping is, gedreven door overleving. Via deze via negativa, de constatering van het tegendeel leek mij voldoende aangetoond dat de Dag van de Arbeid voortaan de Dag van de Slavernij dient te heten, een dag van nationale rouw moet zijn.

Zalig is de nutteloosheid, de ledigheid van het duivels oorkussen want daarin vinden wij af en toe onze bestemming. En dan nu toch echt aan het werk….