Peperduur schroot cr 590

Waarom weer een brief aan de kamer?
Vandaag is de brief uit het vorige topic verstuurd aan alle fracties van de tweede kamer en aan de commissie I&M.

Er staat niets nieuws in: niet voor u maar ook niet voor de kamerleden. Hij is ook niet agressiever van toon dan de vorige brieven die wezen op de astronomische kosten van het energieakkoord.
Waarom moest hij dan toch verstuurd worden?

Als je hem goed leest gaat hij niet over het energieakkoord maar over de tweede kamer en de minister. Het staat er in heel vriendelijke woorden, maar het is nu schriftelijk met zoveel woorden aan onze politici meegedeeld: jullie verzaken je plicht!
Jullie verschuilen je achter een volstrekt willekeurig samengesteld orgaan zonder enige democratische legitimiteit, en tekenen, vervuld van mosgroene ijver, voor een megaproject waarvan je in de verste verte geen idee hebt welke kosten het met zich mee zal brengen.
Een enkel verstandig kamerlid doet wél zijn plicht en vraagt de minister om de werkelijke kosten. En als die dan botweg weigert om de kamer de gevraagde informatie te verstrekken, zwijgen jullie in alle talen.

De brief is zoals gezegd veel vriendelijker gesteld. Hij verzoekt de fracties slechts om nogmaals bij de minister aan te dringen op het verstrekken van de integrale kosten van het akkoord, en geeft een aantal suggesties voor kostenposten waar naar gekeken zou moeten worden.
Maar de kamerleden moeten wel erg slechte lezers zijn als ze de achterliggende boodschap niet begrijpen!

Historie
Sinds wij hier op climategate.nl onze eerste verontrustende berekeningen over de werkelijke kosten van het energieakkoord begonnen te publiceren, heb ik meerdere kamerleden en SER ondertekenaars gesproken. Geen van hen had enig idee van de kosten van het energieakkoord. Niet of het nou tien of honderd miljard zou gaan kosten.

Mijn eigen vermoedens van meer dan 100 miljard werden als erg onwaarschijnlijk terzijde geschoven. De best ingelichten kenden de 14 miljard van het ECN/EIB rapport. SER voorzitter Wiebe Draaijer presteerde het zelfs om nog in november 2013 publiek dit rapport als correct naar voren te schuiven. Terwijl de auteurs ervan (ECN) nota bene in de zaal zaten en al vijf weken daarvoor schriftelijk aan ons bevestigd hadden dat dit slechts een zeer klein deel van de kosten betrof.

Ook het antwoord op onze vragen hierover aan Kamp, namelijk dat het wind op zee gedeelte alleen al 18 miljard ging kosten maakte niemand wakker. Behalve René Leegte en Reinette Klever die de juiste scherpe vragen aan Kamp stelden over de werkelijke kosten van het gehele akkoord. Maar Kamp schoffeerde de kamer door de vragen gewoon onbeantwoord te laten.

Intussen begonnen degenen rond de SER die ik op de kosten aansprak zich steeds ongemakkelijker te voelen. Ook linkse kamerleden raakten in de war. Kamp had inmiddels al toegegeven dat de SDE premie op de elektriciteitsrekening naar 3 miljard per jaar gaat. Dat is over 15 jaar al 45 van de door mij geschatte 100 miljard, en dus al €450 per gezin per jaar. Voorwaar geen kattenpis, maar nog steeds maar een deel van de kosten.

Toch durfde niemand zijn mond open te doen: in het hoofdlijnendebat over het energieakkoord had bijna iedereen zich aan het initiatief verbonden, meestal met de aanmerking dat het wat hen betreft niet ver genoeg ging. Tsja, dan is het pijnlijk om achteraf toe te moeten geven dat het een onbetaalbaar luchtkasteel betreft dat juist flink minder moet.

De geldstroom en de kamer
Het gemak waarmee de politici zich achter het energieakkoord schaarden, is te verklaren uit de financiering ervan: de hoofdmoot komt uit SDE subsidies, die niet op de landsbegroting drukken, maar op de energierekening van de burgers. De rest zit verborgen in algemene belastingderving en subsidies. Er hoeft dus ogenschijnlijk niet voor bezuinigd te worden, en er hoeven geen eigen stokpaardjes te sneuvelen. Dan is het makkelijk tekenen natuurlijk.

Onder het hoofdadagium van de politiek “na ons de zondvloed” ziet men dus wel wat er gebeurt tegen de tijd dat die energierekening te hoog wordt.

Maar daar zit hem nu juist de kneep: het energieakkoord is voor een groot deel gebaseerd op private investeringen. Daartoe worden de bedrijven verleid met enorme subsidies op de exploitatie. Dat houdt in dat tegen de tijd dat de windparken zwaar gesubsidieerde stroom beginnen te leveren en de elektriciteitsrekening van de gezinnen omhoog vliegt, de investeringen allang gedaan zijn. Dan liggen ook de subsidies voor 15 jaar vast en kan de kamer daar niets meer aan veranderen.

De komende vijf jaar worden de meeste van die verplichtingen aangegaan, tenzij de kamer nú ingrijpt. Op deze verantwoordelijkheid worden ze in de brief gewezen, dus achteraf is er nu geen excuus meer voor onverantwoorde passiviteit.

De ondertekenaars
Deze keer is de groep ondertekenaars niet alleen indrukwekkend wat betreft maatschappelijke positie en staat van dienst, maar ook opvallend breed.

Zo zien we bekende namen als die van de publicisten Paul Cliteur en Adjiedj Bakas, de economen Ewoud Jansen en Jean Wanningen, en vakbondsvoorzitter Reinier Castelein. Zij ondersteunen hiermee de waarschuwing in de brief dat de hoge kosten van het energieakkoord ernstige maatschappelijke consequenties zullen hebben.

Verder tekent een hele reeks klinkende namen uit de energiewereld. Dit bevestigt de suggestie dat het energieakkoord aanzienlijke verborgen kosten veroorzaakt in de energievoorziening, die bij de integrale kosten moeten worden meegerekend, zoals in de brief gesteld wordt.

Wat nu?
De brief biedt de fracties en de minister de mogelijkheid om zich te herpakken. In de herkansing kan de kamer doen waar ze voor is ingesteld: het controleren van het beleid en het bewaken van het belang van de burgers.
De brief negeren zou een erg domme zet zijn. Als de 100 miljard klopt, zal vroeger of later de bom barsten en zullen de politici ter verantwoording geroepen worden.

Kamp kan niet wegkomen met een tweede ontwijkend antwoord. En na de “vergissing” van 14 miljard waarop het eerste debat gebaseerd was, is ECN ook niet de partij om deze klus aan te geven. Gelukkig zijn er ook een paar onafhankelijke ingenieursbureaus waar je deze vraag aan kunt voorleggen.

Verder zit er ook een economische kant aan de problematiek: wat zijn de gevolgen voor de economie van een koopkrachtdaling van de gezinnen van €1000?
En welke gevolgen voor het staatsbudget hebben de maatregelen via derving van energiebelasting en investeringspremies voor duurzame energie?
Er zullen dus ook onafhankelijke economen moeten worden ingezet.

Wind op zee on hold!
Deze onderzoeken en berekeningen zullen enige tijd vergen.

Het is een kwestie van zorgvuldig beleid om het aangaan van grote verplichtingen te bevriezen tot er een principieel debat is gevoerd over de wenselijkheid en haalbaarheid van deze uitgaven.
Dit geldt dan speciaal voor de investeringen in de off-shore windparken, aangezien die veruit de hoogste kosten per bespaarde ton CO2 betreffen , en ook meteen de grootste en langstlopende verplichtingen van het EA betreffen.

Dit zou de eerste daad moeten worden van onze inmiddels hopelijk wakker geworden tweede kamer. Liefst nog vóór het reces!